Is het niet lastig om dat blad vol te krijgen nu, met corona en zo?”
Geregeld wordt mij die vraag gesteld. En ik moet eerlijk zeggen dat het vergeleken met vroeger toen we nog geregeld elkaars handen schudden en bij elkaar op bezoek kwamen, het nu, in het nieuwe normaal, wel allemaal wat lastiger is geworden, inderdaad.
In de eerste plaats lag het misdaadnieuws tijdens die eerste golf van vorig jaar ineens stil. Er gebeurde heel weinig waar je over kon schrijven. Toch werd dat op een gegeven moment gedurende die eerste lockdown wel helemaal goedgemaakt. Dat had vooral te maken met de kraak van EncroChat, de dienst waarmee de criminelen dachten veilig te kunnen communiceren. De politie kon door een kraak van die dienst drie maanden lang live meekijken met wat er allemaal gezegd werd over die lijn. Het leverde heel veel nieuws op, veel verdachten en veel zaken die anno nu nog steeds in de voorbereidende fase zitten.
Je kunt aan de wijze van de verdediging van de advocaten vaak zien hoe sterk het bewijs gevonden wordt. Als het bewijs niet heel sterk is, zullen advocaten het natuurlijk niet nalaten om daar inhoudelijk gehakt van te maken. Nu, met het bewijs van EncroChat dat op tafel ligt tegen hun cliënten, hameren ze vooral op de manier waarop het bewijs tegen hun cliënt verkregen is. Dat zou onrechtmatig zijn. Ach, we zullen het allemaal wel zien in de komende maanden en jaren.
Maar even terug naar mijn werk en corona: ik kan nergens meer afspreken met iemand om een kop koffie te drinken of een broodje te eten. Zelfs op de redactie van Panorama mag je eigenlijk niet zijn van de regering. Thuiswerken is de norm.
Maar waar moet je mensen interviewen? Elke keer is het een lastig gepuzzel om tot een gesprek te komen.
De man die ik interviewde zat in zijn keuken, met zijn raam open. Aan de andere kant van dat raam zat ik op straat
Ik vind het altijd erg vrijpostig om meteen bij iemand thuis te gaan zitten, maar de laatste tijd kan het niet anders. Die geïnterviewde moet dat wel goed vinden, hè? Er is me een paar weken geleden al eens gevraagd of ik een recente coronatest kon laten zien voordat het gesprek plaats kon vinden. Ik heb nog geen coronatest gedaan en kon dat dus niet. Het kwam nu aan op de creativiteit van de man die ik wilde interviewen. Dat leverde wel een interview op dat op een wel heel bijzondere manier tot stand kwam. De man die ik interviewde zat in zijn keuken, met zijn keukenraam naar de straat toe geopend. Aan de andere kant van dat raam zat ik op een stoel die hij had klaargezet op straat. Zo spraken we met elkaar over zaken als moord en doodslag en drugs en gevangenissen. Regelmatig werd me een warme kop koffie of thee door de man aangereikt, al of niet vergezeld met een jodenkoek (mag je dat nog zeggen? Ja toch?). Ik maakte me aan het begin van het uiteindelijk twee uur durende interview nog even druk of de straat niet iets te veel kon meegenieten van wat we zeiden tegen elkaar, maar daar zat hij niet mee. Als hij het zelf nodig vond, praatte hij wat zachter. Het was een goed gesprek, maar na twee uur buiten in de vrieskou reed ik, ondanks die warme drankjes, in mijn auto als een ijspegel terug naar huis. Corona heb ik niet, maar ik vecht sinds die tijd al wel tegen een verkoudheid.