Dienders in de beklaagdenbank
Elke week schrijft misdaadverslaggever Henk Strootman een column over wat hem opvalt in de crimewereld. Deze week: agenten in de rechtszaal.
Er wordt soms gesuggereerd dat de Nederlandse politie racistisch is, te gemakkelijk geweld gebruikt en overal maar mee wegkomt. De verwijten komen doorgaans uit de hoek van mensen voor wie de politie sowieso niet hun ‘beste vriend’ is, om de slogan uit de jaren 70 maar eens aan te halen.
Intussen is het maar de vraag of die critici gelijk hebben, want er lijkt wel degelijk een andere wind te waaien als het gaat om het zelfreinigend vermogen van de politie. Vorige week nog hadden we het over de nieuwe methode waarmee agenten kunnen worden opgespoord die voor privédoeleinden in de politiesystemen snuffelen. Ook het onderling uitwisselen van foute grappen in appgroepen blijft niet meer zonder gevolgen. Er zijn inmiddels al de nodige dienders de laan uitgestuurd voor het delen van racistische opmerkingen. Hoe deze misstanden aan het licht zijn gekomen, is een ander verhaal: dat moet verklikkerswerk zijn geweest. Van je collega’s moet je het maar hebben. Kennelijk is de politie toch minder een gesloten bolwerk dan wordt gedacht.
Ook in het Rotterdamse korps wordt de bezem stevig gehanteerd. Zo werd vorige week bekendgemaakt dat het OM acht agenten gaat vervolgen die betrokken zijn geweest bij de arrestatie van de 32-jarige Pool Mateusz, in juni vorig jaar. De man was met zijn fiets tegen een auto aangereden en had daarna nogal verward gedrag vertoond. Een poging om hem aan te houden was volledig uit de hand gelopen. Mateusz werd getaserd en moest door meerdere agenten in bedwang worden gehouden. De actie kende een trieste afloop, want de Pool overleefde de schermutseling niet. Om uit te zoeken in hoeverre de agenten de geweldsinstructie hebben overtreden, wordt de zaak nu onderzocht. De betrokken dienders zijn nog wel aan het werk, zij het dat sommige dat in een binnendienstfunctie doen.
De korpsleiding spreekt van een ‘verdrietige zaak’ en dat is het natuurlijk ook. Toch zorgt zo’n affaire voor onrust binnen de gelederen. Agenten staan meer en meer bloot aan agressie op straat en zijn onzeker over wanneer ze wel of niet geweld mogen toepassen. Elke duw, klap met gummistok of houdgreep wordt door omstanders gefilmd en zonder bijbehorende context op internet gegooid. Dat niet alleen, ook weet elke agent dat het overtreden van de geweldsinstructie consequenties heeft.
En daarover weet een 38-jarige agente uit – weer – Rotterdam mee te praten. De vrouw controleerde in mei vorig jaar in de wijk Feijenoord een donkere VW Golf omdat de automatische kentekenherkenning een signaaltje had afgegeven. Het voertuig zou mogelijk betrokken zijn geweest bij één of meer explosies die de stad teisteren. De drie inzittenden werkten aanvankelijk mee, maar al snel leek de bestuurder naar ‘iets in zijn broekband’ te grijpen, waarop hij hard was weggereden. De agente gaf later aan dat ze vermoedde dat hij een wapen pakte en had daarom vijf schoten gelost op de auto. De auto werd later leeg teruggevonden en er zijn geen aanwijzingen dat er iemand gewond is geraakt.
Ook deze zaak is inmiddels in onderzoek bij het OM en daarover is meer chagrijn in het korps dan over de fatale arrestatie. Het ging toch om mogelijk zware criminelen? En heeft de aanpak van de reeks explosies niet alle prioriteit? Het incident was voor GeenStijl zelfs reden om een kritisch stuk te schrijven en een lans te breken voor de agente. Maar de realiteit is dat het schieten op een wegrijdende auto meestal zinloos is en – anders dan in Hollywood-producties – slechts in zeer uitzonderlijke gevallen toegestaan. De agente moest in een paar seconden een beslissing nemen, waarschijnlijk had ze in dit geval het wapen dus beter in de holster kunnen laten. Maar dat is makkelijk gezegd natuurlijk. Iets met beste stuurlui.
- NLBEELD, DPG Media/Carlo ter Ellen