De Poolse Tomasz* (35) draagt een korte spijkerbroek en een vormeloze hoodie. Boven op zijn hoofd prijkt iets dat, met behulp van een paar bussen haarlak, vermoedelijk kan verrijzen tot een fiere hanenkam. Nu is het niet meer dan een lullig plukje haar op een verder glanzend kale schedel.
Tomasz kwam 2,5 jaar geleden naar ons land om hier te werken. Hij kent het negatieve beeld dat sommige Nederlanders van Poolse gastarbeiders hebben, maar voor hem gaat dat beeld niet op. Anders dan zijn kapsel wellicht doet vermoeden is hij een serieuze jongen en een harde werker, verzekert hij de rechter. Drinken doet hij niet of nauwelijks en met politie en justitie is hij nog nooit in aanraking geweest. Althans, niet totdat er ineens een behoorlijke politiemacht bij hem in de tuin stond en hij, zonder zich van enig kwaad bewust te zijn, met handboeien om een politiebusje in werd gedirigeerd. Dat is nu twee maanden geleden. Sindsdien is alles anders. Het uitzendbureau waarvoor hij ruim twee jaar in de kassen in het Westland werkte, wilde niets meer met hem te maken hebben. Tot overmaat van ramp werd hij daardoor ook meteen dakloos. Het huis waarin hij een kamer bewoonde, was eigendom van het uitzendbureau.
Zijn aanhouding is het gevolg van een anonieme tip die de politie krijgt. Vanuit de achtertuin van het huis waar Tomasz met nog vijf andere Polen woont, zou een levendige handel in gestolen fietsen worden gedreven. En dat verhaal is niet uit de lucht gegrepen, merkt de politie al snel wanneer ze de poort door zijn. De tuin ligt bezaaid met fietsen en allerhande onderdelen daarvan. Wanneer een agent met groene vingers het manshoge onkruid verwijdert dat tegen een golfplaten schuurtje aan groeit, komt er nóg meer tevoorschijn. Wat opvalt is dat vrijwel alle sloten zijn doorgezaagd of vakkundig van het frame zijn verwijderd. In totaal gaat het om vijftien complete fietsen en een karrenvracht aan losse onderdelen. Nader onderzoek wijst uit dat vier van de fietsen als gestolen geregistreerd staan.
“Ik repareer graag fietsen,” zegt Tomasz. “Het is mijn hobby.”
“En hoe komt u dan aan die fietsen?”
“Mensen, vooral landgenoten, brengen die naar mij. Ze weten dat ik het graag doe, voor een vriendenprijsje.”
“En u denkt dan niet, als u zo’n fiets met een doorgezaagd slot ziet: hier klopt iets niet?” vraagt de rechter.
Anders dan zijn kapsel wellicht doet vermoeden is hij een serieuze jongen en een harde werker, verzekert hij de rechter
“Niet alle fietsen die in de tuin stonden, waren van mij,”
verdedigt Tomasz zichzelf. “Er woonden daar nog meer mensen. Zij zetten die fietsen daar neer. Ik heb nog nooit een fiets met een doorgezaagd slot van iemand aangenomen.
Met diefstal wil ik niets te maken hebben.”
Het verhaal dat Tomasz vandaag vertelt, klinkt wellicht plausibel, maar dat is het niet. Op de dag van de inval, nog voor hij als verdachte werd aangemerkt, werd hem gevraagd om de fietsen aan te wijzen die volgens hem zijn eigendom waren. Van de vier fietsen die hij aanwees, stonden er drie als gestolen geregistreerd. Vooral van een van de fietsen was dat overduidelijk.
“Kent u Swapfiets?” vraagt de rechter. “Die fietsen met zo’n blauwe voorband?”
“Inmiddels wel,” antwoordt Tomasz.
“Weet u hoe dat werkt?”
Tomasz haalt zijn schouders op. “Ongeveer,” zegt hij.
Het bedrijf Swapfiets verkoopt abonnementen. In ruil voor een vast bedrag per maand krijgen de leden de beschikking over een fiets – herkenbaar aan de blauwe voorband – en daarnaast de garantie dat die fiets bij pech altijd kosteloos wordt gerepareerd. De fiets blijft te allen tijde eigendom van Swapfiets.
“U repareert graag fietsen, u weet er veel van. U gaat mij toch niet vertellen dat u zo’n fiets niet herkent?”
“Nu wel, toen niet,” zegt Tomasz.
Hoe hard hij zijn onschuld ook volhoudt, het gaat er bij de rechter niet in. Tomasz had volgens hem moeten weten dat de Swapfiets, een dure, zo goed als nieuwe elektrische fiets zonder slot, van diefstal afkomstig was. Hetzelfde geldt voor de Cube-mountainbike en voor de Sparta-damesfiets. Voor witwassen legt de rechter Tomasz een werkstraf op van 80 uur, plus een voorwaardelijke celstraf van een week. De drie fietsen gaan terug naar hun rechtmatige eigenaar.
- Adrien Stanziani