Ze vertelde dat ze de vriendin van een Amsterdamse crimineel was. Zijn naam dook de laatste jaren al een paar keer op in de media. Hij werkte samen met een van de grootste gangsters van Nederland ooit en er was een aanslag op zijn leven gepleegd die hij had overleefd. De dame die voor me zat, zei dat het goed met hem ging, maar dat hij wel erg geschrokken was. “Hij is wat stiller dan anders, maar hij herstelt gelukkig snel,” had ze gezegd. Hij kreeg alweer praatjes, volgens haar.
Ik wilde die crimineel natuurlijk weleens zelf spreken, dat was mijn doel, maar ze zei dat ik eerst met haar zou moeten afspreken om me te leren kennen. Prima. We dronken een kop koffie en hebben wat gesproken over van alles en nog wat en toen wilde ik ter zake komen. Ja, ze zou een goed woordje voor me doen en ja, ze schatte zelf wel in dat hij wilde meewerken aan een verhaal. “Hij moet nog een beetje aansterken, maar ik verwacht dat ie over een paar weken wel kan afspreken,” zei ze nog. Daarna namen we afscheid.
Hij vertelde me dat ie als rechercheur al jarenlang in Amsterdam werkte. Hij had allemaal geweldige verhalen over bekende Amsterdamse criminelen en kende bijna iedereen. Als er iemand werd opgepakt of neergeschoten of als er op een andere manier iets nieuws te melden was over een bepaalde crimineel, dan appte hij me om te zeggen dat hij als rechercheur nog op ‘die klootzak’ gejaagd had. Hij wist me allerlei mooie anekdotes te melden over die crimineel: tijdens verhoren gaf hij bijvoorbeeld geen duimbreed toe.
Daar had ie dan wel weer bewondering voor, maar toch was het een klerelijer waar de wereld niks aan zou missen, zo wist hij zeker.
Het bovenstaande is allemaal gelul. Dat wil zeggen: de twee mensen die ik beschrijf bestaan wel echt, maar het zijn fantasten. Ze hebben ooit contact met mij gezocht, via Twitter of Facebook of weet ik veel welk ander medium, en vertelden me een aardig verhaal waar ik meer van wilde weten. Ik nodigde ze uit voor een kop koffie ergens en vanaf de eerste seconde had ik al mijn twijfels. Maar ja, je weet het ook niet zeker, dus ga je vragen stellen. Ik moet zeggen: hun antwoorden waren soms echt sterk. Ik ging naar huis met een opgewonden gevoel: ik zit op een goed verhaal! Maar bij naspeuring bleek er helemaal niets van te kloppen. Ik had te maken met fantasten. De één heb ik geconfronteerd met de lulverhalen die ze tegen me ophing, de ander laat ik gewoon in de waan. Af en toe krijg ik nog weleens een appje van hem met een heel verhaal over een crimineel of een zaak die hij nog heeft gedraaid. Soms best vermakelijk, maar je hebt er natuurlijk geen hol aan.