30 tellen, 33 doden: ‘Ik ben wel te ver gegaan’

Het is 18 juli 2019, iets voor half tien ’s ochtends. Een gezette man met een bril duwt een metalen trolley door de straten van Kyoto. Zijn knalrode T-shirt zit onder de zweetvlekken. Dat hij stinkt als een bunzing kan hem niks schelen. Shinji Aoba (41) is op een missie. Hij parkeert het wagentje voor een onopmerkelijk, drie verdiepingen tellend pand. Dit is het hoofdkantoor van Kyoto Animation, dat al jaren een begrip is in de wereld van anime en manga.

Hier sjouwt Aoba twee zware emmers van zijn wagentje en giet de inhoud over de vloer bij de ingang. Terwijl de ruimte zich vult met een sterke benzinelucht schreeuwt Aoba: “Sterf! Sterf allemaal!” Hij haalt een aansteker tevoorschijn en binnen een paar tellen staat de hele benedenverdieping in lichterlaaie.

Hideaki Hatta (69), die ‘KyoAni’ in 1985 met zijn vrouw Yoko heeft opgericht, drukt de oproepen weg. Hij zit in een belangrijke vergadering over de rol die zijn bedrijf kan spelen bij de promotie van de Paralympische Spelen. Dan ziet hij het bericht: ‘Brand in Studio 1’.

Op weg naar het hoofdkantoor passeren brandweerauto’s en ambulances met loeiende sirenes. De rookpluimen zijn van grote afstand te zien. Het terrein rond de studio is een inferno veranderd. Uit pure wanhoop springen werknemers uit de ramen. Anderen rennen als menselijke fakkels over straat.

Hatta dringt door het politiekordon om zich over zijn mensen te ontfermen. Urenlang zit hij op het asfalt naast de gewonden die onherkenbaar zijn door hun vreselijke brandwonden.

Wanneer het vuur na ruim vijf uur is uitgewoed, vindt de brandweer 33 verkoolde lichamen in het pand. Twintig liggen opeengehoopt bij de nooduitgang naar het dakterras. Volgens de onderzoekers hebben de dikke rook en hoge temperaturen ‘in hooguit dertig seconden’ het verschil gemaakt tussen leven en dood. Nog drie werknemers zullen aan hun verwondingen bezwijken, waarmee het dodental op 36 komt.

Benieuwd naar de rest van het artikel? Bekijk 'm in de nieuwste Panorama of check het via Blendle.