Een heet hangijzer bij de aankomende Tweede Kamerverkiezingen zal het rekeningrijden zijn –betalen per gereden kilometer, ofwel: hoe meer je rijdt, hoe meer je betaalt.
Maar 26 jaar geleden, in 1997, had nog bijna niemand het daarover. Toen luidde het toverwoord om het fileprobleem op te lossen: carpoolen. Politiek Den Haag vond het fantastisch, net als ondernemers langs de snelweg die speciale koffietenten plaatsten langs de zogenaamde carpoolplekken, zoals die langs de A7 bij de Zaanse Schans. Sterker nog: de lokale ondernemer Ted Deckers maakte er zelfs een full service carpool-concept van, compleet met aanpalend servicegebouw met daarin onder andere een supermarkt en zelfs een stomerij. Deckers: “’s Ochtends je vuile was inleveren, ’s avonds schoon weer ophalen. En ook nooit meer in de rij bij de supermarkt!”
Het was nou typisch zo’n ondernemer die maar al te graag zijn verhaal wilde doen bij onze verslaggever van toen, Bart Luteijn, en zich ook graag door onze fotograaf Paul Tolenaar liet portretteren. Terwijl zij, Luteijn en Tolenaar, vooral op zoek waren naar iets andere ‘ondernemers’.
Met de invoering van het carpoolen eind jaren negentig ontstond er namelijk ook een ander fenomeen op de carpoolplekken: carpoolprostitutie. Pionier op dat gebied was de toen 27-jarige Leila die al in 1993, nu precies 30 jaar geleden dus, haar camper ombouwde tot rijdend sekspaleis en een vaste plek had bij de carpoolplek aan de A12, bij Waddinxveen. Een goudmijn, zo zei ze, maar ook een makkelijk te copuleren... sorry, te kopiëren concept. Al vrij snel doken er overal in Nederland sekscampers op, voor de snel-weer-weg-seks zullen we maar zeggen, maar er werd in die tijd dan ook volop voor geadverteerd in kranten en tijdschriften.
‘Via een 06-nummer wordt de klant naar een gereedstaande camper gedirigeerd, een prima concept!’
En de politie? Die stond erbij en keek ernaar (misschien zelfs letterlijk, wie zal het zeggen). Seks in een camper was namelijk niet strafbaar, want van het schenden van de eerbaarheid, zoals dat in ambtelijke termen heet, was geen sprake. Het gebeurde officieel namelijk binnen en niet buiten, dus het werd oogluikend toegestaan door onze dienders. Ook in De Telegraaf stonden in die tijd seksadvertenties voor carpoolseks. Uit onze reportage van toen:
“Via een 06-nummer wordt de klant gedirigeerd naar een gereedstaande camper. Een prima concept, al wordt de groei en bloei van carpoolprostitutie die men een paar jaar geleden voorspelde, in de kiem gesmoord.”
Wat wilde nu het geval? Op sommige plekken was de aanloop van prostituees en klanten zo groot dat Rijkswaterstaat palen plaatste met een maximale doorrijhoogte van 1,90 meter (te laag voor campers dus), zoals die er op de meeste plekken nog steeds staan. Met die wetenschap kijk je nu waarschijnlijk toch iets anders naar die palen. En bedenk dan ook wat zich allemaal op die plek heeft afgespeeld. Daar is niet veel fantasie voor nodig, of wel?