Het lijkt de laatste tijd een beetje stil rondom jou. Hoe komt dat?
“Dat is een bewuste keuze geweest. Ik ben het afgelopen jaar een paar keer benaderd voor spelprogramma’s. Bij Expeditie Robinson zat ik zelfs al in de medische keuring toen ik dacht: dit is niks voor mij. Ik wil ’s ochtends onder de douche staan, ik wil deo kunnen opdoen. Pas sinds drie jaar eet ik vis, daarvoor moest ik er niets van weten. Op zo’n eiland moet je vis eten die nog rauw is. Jolanda grapte nog: Het is wel goed voor de lijn. Want ik was op dat moment wat zwaarder. Maar ik voelde me niet geroepen. Datzelfde geldt voor onder meer Steenrijk, Straatarm. Ben ik ook mee in gesprek geweest, maar dat is niet meer hoe ik op tv wil komen.”
Dat klinkt alsof je een moment van inzicht hebt gehad.
“Ik zit al 30 jaar in het vak, waarvan 27 jaar als beroepsmuzikant. Door het programma Ik geloof in mij ben ik in één klap een cultheld geworden, waardoor ik geen nee durfde te zeggen. Het was coronatijd, ik moest wat. Ik heb zelfs aan Ranking the stars meegedaan, mensen die elkaar allemaal aan het afzeiken zijn. Ik weet dat veel mensen een oordeel over mij hebben, dat zie ik terug in bladen en showbizzprogramma’s.
Dan staat er weer dat ik een vuile kwal ben, een komediant of arrogant. Je mag niet over jezelf zeggen dat je een goed hart hebt, maar ik zeg je één ding: ik sta voor iedereen klaar en doe elke week voor niks dingetjes. Zo’n Ranking the stars, met BN’ers die elkaar steken onder water geven, dat past niet bij mij. Daarom heb ik vorig jaar besloten om een nieuwe koers te gaan varen. Dichterbij mezelf blijven, meer stabiliteit.”
Hoe ziet de nieuwe koers van René le Blanc eruit?
“In oktober vorig jaar heb ik afscheid genomen van Mirjam, die mijn management deed. Er was geen ruzie, maar ik wilde de dingen meer naar me gaan toetrekken. Nieuwe neuzen in het verhaal brengen, eens kijken hoe het ook kan. Datzelfde geldt voor het platenlabel waar ik bij zat. Zij zeiden steeds: Joh René, ga Nederlandstalig zingen, die markt is groot en veel makkelijker.
Het moest allemaal losser, toegankelijker. Maar ik ben bekend geworden als de Nederlandse Engelbert Humperdinck, dan ga ik toch niet ineens op het podium staan in een korte broek met mijn blouse opgerold? Ik ben René met een pak en een overhemd, daar wil ik niet vanaf wijken. In december heb ik afscheid genomen van mijn platenlabel en inmiddels heb ik een eigen boekingskantoor opgezet. Er is ook een nieuwe manager, Bert, een grote jongen in Oostenrijk. Maar ik noem hem liever zaakwaarnemer, manager is zo ouderwets. Ik bepaal alles zelf, als eigen baas.”
Benieuwd naar de rest van het artikel? Bekijk 'm in de nieuwste Panorama of check het via Blendle.
- Clemens Rikken