Als ik er niet was geweest dan was die man total loss geslagen,” zegt Farouk (19) om maar meteen duidelijk te maken dat het in zijn ogen te bizar voor woorden is dat hij van openlijke geweld en mishandeling wordt beticht. Door zijn heldhaftige optreden voorkwám hij juist dat er iemand op straat werd afgetuigd. Alle vragen die iets anders suggereren, schieten hem dan ook linea recta in het verkeerde keelgat.
“Waar ging die ruzie nou precies over?”
“Weet ik veel,” bromt Farouk.
“Kende u het slachtoffer?”
“Nee man.”
“U was met uw neef, kende uw neef het slachtoffer wel?”
“Weet ik veel.”
“Er zat nog een derde man bij u in de auto. Wie was hij?”
“Weet ik veel, man!” snauwt Farouk geïrriteerd.
Samen met zijn neef en een derde man zat hij in een auto die voor een coffeeshop geparkeerd stond toen zijn neef door het geopende raam woorden kreeg met een voorbijganger. Van wat er over en weer gezegd is weet Farouk zo goed als niets meer, op iets heel specifieks na. De voorbijganger zou zijn neef namelijk gevraagd hebben of hij recentelijk ‘een geslachtsverandering had ondergaan’. Op dat moment stormde de neef de auto uit en vloog hij de man aan.
“Het enige wat ik heb geprobeerd is die ruzie te sussen,” zegt Farouk terwijl de rechter een gevecht levert met de techniek in een poging de camerabeelden van het incident tot leven te wekken.
Dan gaat er een beeldscherm aan.
Wat volgt is een explosie van geweld. De man die als eerste het beeld binnenwandelt, wordt vrijwel onmiddellijk naar de grond gewerkt door de neef. Een jongen die zijn fiets op slot aan het zetten is, kan nog net opzij springen. Een paar tellen later verschijnt ook Farouk zelf. Terwijl zijn neef het slachtoffer tegen de grond drukt, deelt Farouk, ontspannen met een sigaret in de mond, een aantal welgemikte trappen, klappen en knietjes uit. Wanneer zijn neef zich terugtrekt uit het gevecht gaat Farouk nog even door, al is hij zonder assistentie beduidend minder doeltreffend. Hij moet zelfs een paar klappen incasseren. “Dus zo sust u een ruzie?” vraagt de rechter.
“Inderdaad,” zegt Farouk, die na het zien van de beelden met gepaste trots achterover leunt.
“U deelt toch een paar rake knietjes en klappen uit, ook op het hoofd van het slachtoffer, of zie ik dat nou verkeerd?”
“Die waren allemaal voor mijn neef bedoeld,” legt Farouk uit. “Ik probeerde hem van die man af te schoppen.”
“Maar dat lukte niet helemaal?” informeert de rechter.
“Jawel hoor, hij ging toch van hem af?” pareert Farouk de aanval.
“En toen ging u zelf nog even door met slaan,” vervolgt de rechter.
“Dat was pure zelfverdediging,” zegt Farouk. “Hij begon mij ineens te slaan, terwijl ik hem net had gered!”
De officier doet geen moeite om zijn verwondering te verbergen. “Dit is de grootste klets die ik ooit heb gehoord,” zegt hij. De rechter drukt zich zakelijker uit: een werkstraf van 150 uur, een maand voorwaardelijke celstraf en een meld- en behandelverplichting bij de reclassering.
*Alle namen in deze rubriek zijn om privacy-redenen gefingeerd.
- Petra Urban