Twee mannen komen op gepaste afstand van elkaar de rechtszaal binnen. De ene glanzend kaal en tenger, de ander met een indrukwekkend postuur en een vrome baard. Opvallend genoeg wordt niet de laatste, maar juist de eerste verdacht van het mishandelen en bedreigen van de ander. Met een welgemikte kaakslag zou hij het gebit van zijn veel grotere flatgenoot grotendeels hebben geruïneerd, waarna hij hem ook nog met een zwaard zou hebben bedreigd.
“U kunt zich niet voorstellen hoe het is om ruim een jaar lang geïntimideerd en gekleineerd te worden,” verklaart verdachte Jeroen* (34) zijn woedeuitbarsting. “Al die opmerkingen, al die blikken, al dat getreiter. Tot die dag was ik altijd de verstandigste geweest. Ik was altijd degene geweest die wegkeek, degene die opzij stapte en doorliep. En dan zat ik mij thuis weer op te vreten... Het is bloed zuigen, bloed zuigen en nog eens bloed zuigen wat hij doet. En dan sla ik een keer en dan zit ik gelijk hier...”
Tot voor kort woonden de twee in dezelfde galerijflat. Niet op dezelfde verdieping, maar toch kwamen ze elkaar geregeld tegen. Zo ook op de dag waarop het misging. Jeroen had wat te eten gehaald en wilde met zijn fiets door de toegangsdeur van de flat. Daar was Basir, het slachtoffer, net bezig met het buitenzetten van de vuilniszakken.
“Ik wou naar binnen, maar hij liet me er niet langs,” herinnert Jeroen zich. “Hij kwam helemaal in mijn aura. Toen ontplofte ik.” Van het incident zijn camerabeelden, maar daaruit blijkt niet dat Basir de doorgang verspert. Integendeel, er is ruimte zat voor Jeroen en zijn fiets. Ook van mogelijk getreiter of uitlokking lijkt geen sprake. Na de klap haast Jeroen zich naar zijn woning, waar even later ook Basir opduikt. Wanneer Jeroen hem over de galerij ziet naderen, grijpt hij een zwaard dat hij thuis heeft liggen en stormt ermee naar buiten. “Kom dan jongen, kom dan jongen! Ik maak je dood, klootzak!”
Jeroen leeft van een bijstandsuitkering die hij elke maand grotendeels aan wiet spendeert.
Ondanks zijn coltrui zit hij zo nu en dan zichtbaar te rillen. Hij maakt een geëmotioneerde indruk, iets wat niet gezegd kan worden van zijn slachtoffer. Stoïcijns en met zijn sportschoolarmen stijf over elkaar staart Basir zwijgzaam voor zich uit. Zijn advocaat voert het woord.
“Mijn cliënt is bedreigd met een zwaard dat niet zou misstaan in een aflevering van Game of Thrones. Als iemand daarmee dreigend voor je staat, dan doet dat wat met je,” verklaart hij de 3000 euro immateriële schadevergoeding die hij eist. Samen met de gemaakte tandartskosten en de gederfde inkomsten (Basir is sinds het incident naar eigen zeggen geestelijk niet meer in staat om te werken) brengt dat de totale schadevergoeding op 7500 euro.
Maar dat vindt de rechter veel te gortig. In hoeverre de renovatiewerkzaamheden aan het gebit van Basir een direct en noodzakelijk gevolg waren van de klap is volgens haar onvoldoende duidelijk. Hetzelfde geldt voor de gederfde inkomsten. De schadevergoeding wordt bepaald op 549 euro. Voor de mishandeling en de bedreiging krijgt Jeroen een werkstraf van 40 uur, twee weken voorwaardelijke celstraf, een boete van 170 euro en een meld- en behandelverplichting bij de reclassering.
*Alle namen in deze rubriek zijn om privacy-redenen gefingeerd.
- Jochem Davidse
- Petra Urban