Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert
Premium

Dit zijn de mooiste, grappigste en grofste scheldtradities van Europa

31 januari is het Internationale Vloekdag en mogen we weer 24 uur lang verantwoord tekeergaan. Om alvast een beetje in de stemming te komen hebben wij vast wat mooie tradities voor je op een rijtje gezet. 

Dit zijn de mooiste, grappigste en grofste scheldtradities van Europa

Darmdreuner! Reserve-Belg! Strontkontverklonterende basisbacterie! Nog niet zo lang geleden vielen dergelijke, kleurrijke uitspattingen nog onder de noemer agressie. Of zwakke taalvaardigheid. En soms zelfs lage intelligentie. Dat blijken nu allemaal kutconclusies.

Schelden heeft juist tal van voordelen, zo leert de wetenschap ons. Ga maar eens een rondje googelen. Vloeken verhoogt onze pijngrens. Scheldsalvo’s stimuleren onze sportieve prestaties. Samen tieren op een ander schept een broederlijke band. Fucks, kutjes en godverdommes helpen voorts onze identiteit te beheren, zelfvertrouwen te kweken en onze dominantie over anderen te vergroten. 

Onze voorouders moeten dit al zo gevoeld hebben, want schelden is iets wat we al eeuwenlang doen. Het zou natuurlijk best kunnen dat de eerste mens op aarde de tweede mens al voor rotte vis uitmaakte, maar daar is verder geen bewijs van te vinden. Daarom houden deskundigen het erop dat we voor de oerknal van de vocabulaire vunzigheid zo’n 800 jaar terug moeten in de tijd.

Rond het jaar 1250 is er volgens de geschiedenisboeken een Britse geinponem geweest die het woordje fart bedacht. Zo maar. Ineens was er dat scheldwoordje, de eerste vies en grappig klinkende term in de Engelstalige literatuur. En daarmee was het hek van de dam. De allereerste fuck kwam in 1310, en wel als bijnaam van een of andere pechvogel: Roger Fuckbythenavele. Ofwel: Roger de Navelfucker. Volgens historicus Paul Booth was het Rogers ex-vrouw die het woord bedacht om hem een hak te zetten. En zo kwam het f-woord voor het eerst als krachtterm in de taal terecht. Een innovatie die de tand des tijds uitstekend heeft doorstaan. Anno 2025 begrijpen wij nog steeds heel goed waar Roger ’m graag in stak. Die ouwe gluipglipper!

Ruim zeven eeuwen en heel veel vieze woordjes verder, zijn we aangespoeld in een tijd waarin schelden zo normaal is als ademen, seksen en poepen. Iedere uithoek van de wereld kent inmiddels z’n eigen scheldtradities en -stijlen. In ieder land, iedere stad of iedere buurt zult u weer op een andere manier worden uitgemaakt voor beschuitlul, biobakbeffer of wandelende braakemmer. 

Brabant is het grofst

Om maar in eigen land te beginnen: wij zijn qua schelden vooral geobsedeerd door genitaliën (klootzak, kut, lul). En we hebben een breed pallet aan verwensingen, die van regio tot regio flink verschillen. Een Belse knol klinkt voor Randstedelingen wellicht als een hip speciaalbiertje, maar betekent onder de rivieren toch echt gewoon vies, dik wijf. Net zoals een poalingvel geen vegan gerecht is, maar iets waarmee men in Den Bosch en omstreken een graatmager mens aanduidt. 

Brabanders zijn van alle Nederlanders het grofst in de mond als we een onderzoekje van de NOS uit 2015 mogen geloven. In Tilburg en Eindhoven schelden ze er het vaakst op los. Althans, op Twitter. “Maar,” tekent taaladviseur Lydeke Roos van het Genootschap Onze Taal daarbij aan, “het taalgebruik op Twitter komt redelijk overeen met onze spreektaal.” Als dat klopt, zijn Middelburg en Maastricht de ‘netste’ steden van Nederland: in Twitterberichten uit die plaatsen troffen de onderzoekers de minste krachttermen aan. Andere conclusie: iedere Nederlandse stad kent zo zijn favoriete scheldwoord. Tering hoor je het meest in Den Haag, flikker in Utrecht en lul, kut, en godverdomme in zo’n beetje iedere andere stad. 

Wie dieper inzoomt op Nederlandse scheldtradities, ziet een samenhang tussen geschiedenis, imago en culturele waarden. “Rotterdammers zijn de rechtdoorzee werkers; Amsterdammers de gezellige tramconducteurs; Hagenezen hebben het stereotype van vloeken en grofheid. Zo heeft iedere stad wel wat,” aldus taalkundige Ingrid Tieken-Boon van Ostade in het AD

Kijk naar Amsterdam, de stad van mokkels, geintjesflikkers en gladjanussen. Allemaal van oorsprong Joodse, Jiddisch termen. Rotterdam, waar een dag niet gegodvurredomd gelijk staat aan een dag niet geleefd, is dan weer doordrenkt van de harde taal van generaties havenarbeiders. “Als ik in Rotterdam zeg dat ik iets niet goed vind, komt dat niet zo binnen. Maar als ik zeg dat ik iets teringslecht vind wel. Het is een manier om woorden kracht bij te zetten,” concludeert taalkundige Marc van Oostendorp. 

Op een bezemsteel

Geen stad in Nederland waar men het kunstzinnig schelden zo goed beheerst als Den Haag. Mannen met opgepompte spieren en een overdaad aan tattoos lopen daar de hele dag te schelden met ziektes, seks en vrouwen. Althans, dat is het imago. “We schelden niet meer dan in andere steden of streken, maar we zijn wél heer en meester in kruidig taalgebruik,” aldus komiek en ras-Hagenees Sjaak Bral. En geef hem eens ongelijk: wie een tijdje in de Hofstad rondloopt, zal al snel mooie voorbeelden van dat kruidige te horen krijgen. Krèg de radiohoest of krèg de vergietziekte, bijvoorbeeld. Of: ik wou dat je een potplant was, dan gaf ik je water totdat je verzoop! En ook een mooie: krèg de schimmel an al je gewrichte en hap stront met kapsones! “In Den Haag zijn wij vrijgevig en wensen iemand anders altijd iets toe. Je kan het van ons krijgen,” licht Bral toe. “Waar in andere moerasachtige gebieden, zoals Limburg, om de hete vlaai wordt heen gedraaid, zeggen wij waar het op staat.” 

In ieder land, iedere stad of iedere buurt zult u weer op een andere manier worden uitgemaakt voor beschuitlul, biobakbeffer of wandelende braakemmer

De komiek vindt zijn eigen volkje en taaltje boven alles onbegrepen. “Helaas denkt men vaak dat het Haags negatief en kwetsend is. Maar als ik zeg: Je hebt leuk haar, het zou alleen op een bezemsteel motten zitten, is dat bedoeld als een aanmoediging om eens naar de kapper te gaan.” 

En dan hebben we ook nog scheld- en vloekgewoontes uit streken waar mensen alleen zichzelf verstaan als ze anderen uitschelden. Neem de Twentse uitroep Zonn zo’j vuur de ploge zet’n, ‘n kabinet van ‘n wief!, ne bokse vol vleais! Twee dagen hebben wij gezocht naar een Nederlandse vertaling. Tevergeefs.

Je moeders kutje

Kijken we over de grens dan zien we dat de Belgen komisch en kinderlijk schelden (scheefpoeper, labbekak, zurkeltrutte) en dat de Duitsers zich vooral wenden tot fecaliën (Scheiße en alle samenstellingen daarmee beslaan naar schatting 40% van het complete Duitse vloekboek). Fransen zijn net als Nederlanders geobsedeerd door genitaliën: con (lul), bouffon (eikel) en salope (kut, kutwijf) behoren er tot de favorieten. In Italië vinden ze het komisch als u geen echte, heteroseksuele vent bent. Dan wordt u al snel een vaffanculo genoemd, ofwel een kontneuker. De Polen schelden weinig, zegt men, al kunt u er als vrouw nog weleens suka (hoer) genoemd worden. 

Op de Balkan zijn ze er juist weer een groot liefhebber van. Wat heet! Ze vloeken en tieren alsof hun leven ervan afhangt. In Servië luidt een gezegde: als een Serviër je niet uitscheldt, vertrouwt hij je niet. Daarmee is alles gezegd. Dus, gaat u er deze zomer op vakantie, schrik dan niet als de hotelreceptionist een pizda ti materina naar uw hoofd slingert. Ja, het betekent ik neuk je moeders rottende kut, maar u heeft dan kennelijk het vertrouwen van het Servische volk gewonnen. En als een local roept dat hij je bloedige kind gaat neuken in haar kut, of dat hij een hond je moeder in haar kut laat neuken, dan zit u helemaal gebakken.

Maar pas op: noemt een Serviër u een stinkende tiet, dan moet u maken dat u wegkomt. Veel erger wordt het namelijk niet. Ja, alleen nog als uw volledige stamboom erbij betrokken wordt. Dan krijgt u uitspattingen als: ik ga iedereen dood neuken in je familie, je nakomelingen en je voorouders. En: ik ga de hele eerste rij op je begrafenis neuken. Maar verder is Servië een prachtig land. Mooie natuur en zo.

Ook in buurland Kroatië spelen moeders en (orale) seks een hoofdrol in de langlopende scheldcultuur aldaar. Kroaten mogen bijvoorbeeld graag picˇka ti materina (je moeders kutje) roepen. Op het internetplatform Reddit licht een Kroatische gebruiker de lokale gewoontes nog wat verder toe: “Ik begroet mijn beste vriend altijd met di si pičko, jebo ti pas mater.” Vrij vertaald: waar ben je geweest, kut, een hond moet je moeder neuken. Rare jongens, die Kroaten, we horen het u zeggen. “Maar er zijn ook beleefdere scheldwoorden in onze taal te vinden,” vervolgt de Kroaat. “Ik schijt in je mond of ik schijt op je rug bijvoorbeeld. Maar dé favoriet in ons land is deze hersenkraker: ik neuk je pik in een kut. Hele generaties knappe koppen proberen al decennialang te ontrafelen hoe je dat zou kunnen doen.” 

Kontgat

In Roemenië schelden ze het liefst met muie, wat zoiets betekent als zuig m’n lul. Pikant detail: ruim 80% van de Roemenen is christelijk-orthodox, maar scheldt wel vrijuit met het geliefde ik neuk al je moeders goden en Christussen. Ook al rare jongens, die Roemenen.

Steekt u vanuit de Balkan de grens over naar Oostenrijk, dan zult u merken dat u het nettere deel van Europa betreedt. Hier laat men dode moeders, bloederige kinderen en seks met honden liever links liggen. Oostenrijkers schelden graag met lichaamsdelen. Hier bent u geen sukkel, maar een kont. Of een kontgat. In een uitzonderlijk geval een Beidl, ofwel een scrotum. De Oostenrijkse elite blijft liever weg van vunzigheden en scheldt sneller met Schwuchtel (flikker), Mongo (mongool) of Hure (hoer). 

Een Kroaat begroet zijn beste vriend met di si picko, jebo ti pas mater. Vrij vertaald: waar ben je geweest, kut, een hond moet je moeder neuken

Iets zuidelijker, in landen als Spanje en Italië, zijn het toch weer de familieleden die het moeten ontgelden. Figlio di puttana!, schreeuwt de woedende Italiaan. Hoerenzoon! Of erger: Li mortacci tua, de tuo nonno, de tua madre e dei 3/4 daa palazzina tua. Vrij vertaald: fuck al jouw dode familieleden, en die van je opa, en van je moeder, en van driekwart van jouw appartementenblok. Maar schelden in Italië kan ook op gemoedelijke wijze. Sterker nog: Italiaans is wellicht de enige taal waarin een goed, inhoudelijk gesprek kan worden gevoerd met louter scheldwoorden. Populaire termen als cazzo (klote), minchia (lul), merda (shit) en figa (kut) zijn niet per se negatief, maar een manier om teleurstelling, verbazing of puur geluk uit te drukken.

Brandende videorecorder

Helemaal noordwaarts, richting Scandinavië, belanden we ineens in een totale deceptie. Lang verhaal kort: de noorderlingen bakken er niks van. In Denemarken is het nooit gelukt waardige vertalingen te vinden voor klassiekers als fuck en shit. En dus roepen ze er maar dingen als skidespræller (schijtfriemelaar), kors i røven (een kruis in je reet) en røvbana (kontbanaan). De grofste woorden in Finland, Zweden en Noorwegen: saatana (satan), perkele (duivel) en helvetti (hel). Pas maar op. Beledigingen die helemaal niet beledigen, zijn wel in meer landen gebruikelijk. Wie een Griek pislink maakt, zal bijvoorbeeld de volgende bizarre verwensing te horen krijgen: moge je videorecorder in de fik vliegen. 

In Japan, welbeschouwd het beleefdste land ter wereld, kunnen ze eigenlijk helemaal niet schelden. Daar verheft u simpelweg uw stem als u iemand te grazen wenst te nemen. Waar kijk je naar? Als u dat met een wat agressieve intonatie uitspreekt in het Japans, zegt u ineens zoveel als: waar de fuck kijk jij naar, met je tyfusporem? Honkbalspeler Ichiro Suzuki, die in zijn carrière ook Engels en Spaans leerde, zei hier eens over: “Westerse talen staan mij toe dingen te zeggen die ik anders niet zou kunnen uitdrukken.”

Dodelijke ziekte

Terug naar de polder. Hoe leuk, bizar en schokkend scheldtradities en -gewoontes over de grens ook moge zijn, wij Nederlanders spannen in sommige opzichten toch wel de kroon. Want in geen enkel ander land is het zo gebruikelijk om je medemens een dodelijke ziekte toe te wensen. De BBC verwoordde het eens als volgt: Much of the Dutch strong language makes use of cancer, cholera, and typhus; if you want to make something offensive in Dutch, just add kanker to it. – cancer sufferer is an extremely coarse insult. Poor health seems to upset the Dutch more than violations of the moral code. 

De traditie om elkaar de liegende vinkentering, het touwtyfus, de cholera of de pleuris toe te wensen is van alle tijden. Dat ligt anders bij kanker, een ziekte waarmee vermoedelijk pas sinds enkele decennia wordt gescholden. Een vervelende man is een kankerlul en een dito vrouw een kankerhoer. Nare ziektes zijn bij ons zelfs een doodgewoon ‘versterkwoordje’ geworden. De metro is niet gewoon druk, maar teringdruk. En je verjaardag was kankergezellig. 

Waarom wij zo graag schelden met ziektes, is nooit onderzocht. Al probeert een enkele taalkundige deze gevoelige snaar nog weleens te verklaren in een interview. Zo ook hoogleraar Piet van Sterkenburg. “Onze calvinistische mentaliteit zorgt er voor dat een mens bij een ziekteverwensing net dat gebruikt wat hij zelf het meeste vreest.” Juist ja: de dood, of dodelijke ziektes.

Volgens Reinhold Aman, een Duitser die een heel tijdschrift weidde aan aanstootgevende taal, gaat onze dubieuze gewoonte om met kanker te schelden terug naar het Jiddisch, een taal waarin ziekteverwensingen ook al normaal zijn. “Omdat er in Nederland altijd zo veel joden gewoond hebben, denk ik dat het heel goed mogelijk is dat een aantal van die ziekteverwensingen uit het Jiddisch vertaald zijn.” 

Volgens Gerrit Komrij, dichter en schrijver van het boek Krijg de Vinketering!, ligt het allemaal eenvoudiger. “We schelden zoals we ons visitekaartje presenteren: in de hoop dat de ander nog eens aan je zal denken.” 

Tegenbeweging

Toch gaat deze oer-Hollandse gewoonte veel mensen te ver. De tegenbeweging raakt op stoom. Studenten van het Lentiz VMBO Maasland die schelden met kanker, moeten in een werkstuk uitleggen wat kanker is, wat het doet het met een mens en of zij familieleden hebben die het gehad hebben. “Vaak leveren ze het met tranen in de ogen in,” stelt een docent. Op een hogeschool in Naaldwijk proberen ze een cultuurverandering te bewerkstelligen met een goede doelenactie, postercampagne en bewustwordingsgesprekken. Zo ook Devano Boonman, een 19-jarige jongen met een hersentumor die momenteel scholen langsgaat om zijn leeftijdsgenoten er bewust van te maken “dat je er anders tegenaan kijkt als je het zelf meemaakt.” 

Acteur Robert De Hoog vindt het ’te bizar voor woorden’ dat wij in Nederland schelden met deze ziekte. Intussen vloekt zijn eigen televisiepersonage Tatta, uit Mocro Maffia een de lopende band met diezelfde ziekte. “Ik liep laatst met mijn vriendin over straat en hoorde een aantal jochies het woord kanker te pas en te onpas gebruiken. Ik vind dat écht niet kunnen en wilde daar wat van zeggen,” zei de acteur daar enkele jaren terug over.

“Maar mijn vriendin zei: Laat ze nou, het zijn gewoon kinderen. En waarschijnlijk hebben ze het van jou geleerd. Je karakter in Mocro Maffia zegt het ook met grote regelmaat, dus denk je echt dat ze deze boodschap van jou gaan aannemen? Daar had ze wel een punt.” Toch wil De Hoog er vanaf en hij schrapte de term dan ook uit zijn eigen serie Sleepers. “Daar kijken heel veel jonge mensen naar. Als wij het niet meer zo tentoonspreiden, zal het voor hen minder leuk of vet zijn om dat woord te gebruiken. Het zou mooi zijn als het straks in geen een serie of film meer te horen is. Ik ben me er zó van bewust wat voor schade de ziekte aanricht. Ik heb van dichtbij meegemaakt hoe zwaar het is om deze ziekte te hebben. En iedereen kent wel iemand die ermee te maken heeft.”

Of het allemaal nut heeft? Een cultuurverandering gebeurt niet zomaar. In 2011 deden bezorgde jongeren ook al een serieuze poging. Hun website hetnieuwevloeken.nl moest scheldwoorden als teringlijer, kankerlul en tyfushond uit onze scheldtradities gummen, en vervangen door lieflijke vloekjes als schobbedebonk, pierenpamper en addergebroed.

Conclusie, veertien jaar na dato: is niet helemaal gelukt. Sommige dingen veranderen gewoon nooit. Hoe kut dat ook is.

Premium
Je hebt zojuist een premium artikel gelezen.

Online onbeperkt lezen en Panorama thuisbezorgd?

Abonneer nu en profiteer!

Probeer direct
Lifestyle
  • Adobe Stock