In het begin van 2008 komt de Belgische politie Janus waarschuwen. Er is informatie binnengekomen dat hij gevaar loopt. In het algemeen geldt: als de politie via informatiekanalen van de onderwereld die signalen opvangt, kan ze overgaan tot een waarschuwing. Janus wil graag weten uit welke hoek de dreiging komt, maar dat zeggen de agenten niet. Hij wantrouwt de actie eigenlijk. Volgens hem wil de politie vooral paniek zaaien. “Maar ik ben niet zo gauw bang.”
Paniek of niet: hij begint wapens te verstoppen in allerlei hoeken en gaten, zoals onder de grond bij het chalet op camping Parelstrand, de camping waar Janus vaak verblijft. Die camping is in Lommel, een plaatsje net over de grens in België. Ook steekt Janus vanaf dat moment altijd een pistool bij zich; een 7.65 FN Model 1910, van Belgische makelij. Hij is meer op zijn hoede dan ooit.
Kort daarna vinden twee vreemde situaties plaats. Een is op camping Parelstrand. “Ik werd gebeld door iemand van de camping dat er twee mannen in het zwart gekleed bij ons huisje stonden te rommelen. Dus ik erheen, wapen mee. Ik schiet ze kapot, dacht ik. Maar toen we daar aankwamen, waren ze al weg.”
Janus en de mannen met wie hij is, onder wie undercover Billy, zoeken de omgeving af of ze wat verdachts vinden. “Billy kwam terug en zei dat er ergens gaas kapot was geknipt. Hij zei dat die lui waarschijnlijk daardoor waren gevlucht.”
Nu zegt Janus dat Billy een spelletje speelde. “Hij zag in het donker dat het hek was doorgeknipt. Zo moest ik concluderen dat het in ieder geval geen politie was, want die mogen niet zomaar iets kapot maken. Billy hield de politie op deze manier een hand boven het hoofd.” Janus denkt dat de mannen afluisterapparatuur in zijn chalet wilden plaatsen. “Dat mislukte, omdat ik alles zo had beveiligd dat je nooit zomaar binnen kon komen. Als ik ergens kozijnen kocht, haalde ik de bijgeleverde sloten eruit. Ergens anders ging ik sloten halen en die zette ik erin. Als de politie dan met een loper wilde binnenkomen, paste die niet. Ja, ik was daar heel precies in.”
Vier knallen
De andere vreemde situatie vindt plaats als hij met zijn auto naar de villa in Lommel gaat. Hij pakt het weggetje aan de zijkant, het weggetje dat wij de eerste keer naar Lommel ook hebben genomen. “Daardoor floepten de poortlichten op de parkeerplaats aan; dat maakt het lastiger voor mensen om zich te verstoppen. Ik had zo beter overzicht over de situatie.”
Benieuwd naar de rest van het artikel? Bekijk 'm in de nieuwste Panorama of check het via Blendle.
- Paul Tolenaar, Netflix, Privéarchief