Misdaadcolumn: Ridouan Taghi als verdienmodel
Elke week schrijft misdaadverslaggever Henk Strootman een column over wat hem opvalt in de crimewereld. Deze week: Ridouan Taghi.
Over Willem Holleeder zijn in de loop der jaren heel wat boeken verschenen. Goede boeken en slechte boeken. Soms het resultaat van diepgravend journalistiek onderzoek, soms gemakzuchtig op een achternamiddag in elkaar geflanst. Maar wat bliksemt het, aan Holleeder viel een tijd lang goed te verdienen. Hij werd niet voor niks een knuffelcrimineel genoemd. Talloze BN’ers gingen als verliefde bakvissen met hem op de foto en lachten slaafs om zijn gevatte Amsterdamse kwinkslagen. Dieptepunt was natuurlijk Holleeders optreden in College Tour; niet bepaald iets waar presentator Twan Huys met trots op terugkijkt.
Holleeder, aan wie onlangs definitief levenslang werd opgelegd, gold dus lang als een verdienmodel. Zelfs zijn zus Astrid pikte met de bestsellers Judas en Dagboek van een getuige een graantje mee, al waren haar motieven niet louter en alleen door geld ingegeven. Dat true crime een geliefd genre is, heeft ook mede-Heineken-ontvoerder Jan ‘de Poes’ Boellaard ontdekt. Samen met zijn broer George schreef hij Wij willen gangster worden en de opvolger Het gebeurde in het westen rolt binnenkort van de persen.
Zelfs de ooit zo gevreesde xtc-koning Janus van Wesenbeeck, op wiens leven de Netflix-series Undercover en Ferry zijn geïnspireerd, heeft voor de tweede keer meegewerkt aan een boek. Eerder al tekende de helaas te vroeg overleden misdaadjournalist Hendrik Jan Korterink zijn levensverhaal op, binnenkort brengt misdaadjournalist Vico Olling (bekend van boeken over ‘De Kouwe Ouwe’ Stanley Hillis en ex-politieman Martin Hoogland) een nieuwe versie op de markt.
Het lag dus min of meer in de lijn der verwachtingen dat journalistiek Nederland zich zou storten op de volgende criminele melkkoe: Ridouan T. Iedereeen met een vlot pennetje zou aan de hand van de duizenden krantenartikelen die over hem zijn verschenen, in staat moeten zijn een boek over hem te schrijven. Ik zie de titels al voor me. De vlegeljaren van Ridouan T., Mijn schooljaren met Ridouan, Ridouan T. van A tot Z en De patron. Reken maar dat het over de toonbank zou vliegen. Maar vooralsnog lijkt niemand zich eraan te willen wagen. Althans, bíjna niemand. Een zekere Hans Werdmölder, criminoloog en antropoloog, blijkt in oktober vorig jaar het boek De zaak Ridouan T. te hebben uitgebracht. Het was me eerlijk gezegd volledig ontgaan. Wellicht omdat de schrijver niet tot de inner circle van het crimewereldje behoort.
Op de vraag waarom er slechts één boek over Ridouan T. is verschenen, lijkt het antwoord voor de hand te liggen: angst. Kennelijk gaat er van hem en zijn organisatie meer dreiging uit dan van Holleeder en trawanten. En dat is begrijpelijk: meer nog dan bij de poldermaffia kijken ze bij de Mocro Maffia niet op een moord meer of minder. Wie de organisatie voor de voeten loopt, moet oppassen dat niet ergens in een appje wordt besloten dat die lastpak maar moet gaan slapen. De nabestaanden van onder anderen misdaadblogger Martin Kok, spyshop-eigenaar Ronald Bakker en advocaat Derk Wiersum weten daarover mee te praten. Ik zou Peter R. de Vries aan het rijtje willen toevoegen, maar er was onvoldoende bewijs om T. hiervoor te vervolgen. Nu T. levenslang heeft gekregen, mag je aannemen dat de rust rond zijn persoon enigszins zal terugkeren. Zo is het met Willem Holleeder immers ook gegaan. Wie weet is de tijd dan rijp voor Ridouan T. als verdienmodel. Er zijn vast uitgevers en streamingdiensten die er brood in zien.
Het is alleen te hopen dat het allemaal niet zal leiden tot persoonsverheerlijking. De Mocro Maffia is gedrenkt in bloed en tranen en daar is niets romantisch of heroïsch aan. Oude erecodes bestonden niet, vriendschappen stelden niets voor. Om maar in boektermen te blijven: het Marengo-proces is een gitzwarte bladzijde uit de Nederlandse misdaadgeschiedenis. Een hoofdstuk om snel te vergeten.
- ANP