Misdaadcolumn: 'Waarom de musicalmoord wel en toch niet opgelost is'
Elke week schrijft misdaadverslaggever Henk Strootman een column over wat hem opvalt in de crimewereld. Deze week: 'De moord op Wilma Bres'
Een van de meest spraakmakende cold cases van de afgelopen decennia is de moord op Wilma Bres (32) uit Delft. Het is een zaak uit 1989 die bekendstaat als de Musicalmoord. Wilma was lid van een toneelvereniging en had op de avond van zaterdag 15 juli een hoofdrol vertolkt in het stuk Sweeney Todd van Stephen Sondheim.
In de oorspronkelijke uitvoering wordt een moord gepleegd, iets wat voor de avond in de Delftse schouwburg min of meer uit het stuk was geschreven. Na afloop dronk Wilma nog een glaasje met haar medespelers, waarop ze haar fiets pakte en naar huis aan de Kloosterkade reed.
Wilma was daar bijna toen op de Muyskenlaan het noodlot toesloeg. Een late voorbijganger vond haar. Wilma lag midden op straat, half op haar zij, overleden aan meerdere messteken. Ze had de sleutels van haar huis al in de hand geklemd, de fiets lag half in de struiken. De politie richtte zich in eerste instantie op de bezoekers en uitvoerenden van de musicalavond. Daarbij was uiteraard grote interesse voor de opmerkelijke overeenkomst tussen de fictieve moord uit de musical en de gruwelmoord later die nacht. Was een bezoeker wellicht op een macabere manier geïnspireerd geraakt? Moesten Wilma’s medespelers wellicht eens goed tegen het licht worden gehouden?
Het Recherche Bijstandsteam (RBT) leverde bepaald geen half werk. Tientallen mensen, onder wie vrienden, collega’s, familieleden, psychiatrische patiënten, bezoekers van de musical en wat stille aanbidders werden gehoord. De recherche wist een goed beeld te krijgen van het slachtoffer. Wilma Bres was een intelligente jonge vrouw met een introvert karakter. Bepaald geen feestbeest. Ze woonde alleen en hoopte ooit een leuke partner te vinden. Er waren geen conflicten of andere zaken in haar leven die de moord konden verklaren. De zaak liep al snel muurvast.
M.O. zou volledig door het lint zijn gegaan en als een wilde op Wilma hebben ingestoken
In 2012 besteedde Peter R. de Vries Misdaadverslaggever uitgebreid aandacht aan de zaak. De Vries kreeg inzage in het dossier, reconstrueerde het drama, sprak met getuigen en ging – met verborgen camera – langs bij een mogelijke verdachte. Meer dan een miljoen kijkers zaten aan de buis gekluisterd. “Veel sms’jes naar aanleiding van uitzending over moord op Wilma Bres in Delft,” schreef De Vries de volgende dag op Twitter. “Wie heeft het gedaan? Eerste e-mails met tips ook binnen!” Maar ondanks alle nieuwe informatie zorgde de uitzending niet voor de gouden tip. Althans, niet meteen.
In 2015 ontving De Vries de tip waarop hij had gehoopt, maar niet meer had gerekend, het échte verhaal over de Musicalmoord. Er stonden details in die alleen de dader kon weten.
De moord was volgens de tipgever gepleegd door de destijds 14-jarige M.O. Een lastpak uit een probleemgezin. Zijn naam was in 1989 niet één keer bij de recherche in beeld gekomen. De knul woonde in de buurt van de plaats delict en hing vaak tot laat op straat rond. Wilma had haar jonge buurtgenoot in die fatale nacht herkend en iets geroepen als “Hé snotneus, wat doe jij hier nog?” M.O., die mogelijk onder invloed was, zou hierop volledig door het lint zijn gegaan en als een wilde op Wilma hebben ingestoken. Later zou een kennis van de jongen, die overigens wél in het dossier voorkomt, maar nooit iets heeft willen verklaren, hem hebben geholpen bij het verslepen van de fiets en het wegmaken van sporen.
Zaak rond zou je denken. Maar zo simpel bleek het niet.
Door de jonge leeftijd van de vermoedelijke dader is de zaak verjaard, waardoor de politie al jaren aarzelt over de te nemen vervolgstappen. Strafrechtelijk is er weinig eer meer te behalen, maar voor Wilma’s nabestaanden zou het van grote waarde zijn als de zaak alsnog wordt opgelost. Volgens de tipgever gaat M.O. al jaren gebukt onder zijn verleden. Misschien hét moment voor hem om schoon schip te maken?