Wallen-ondernemer Cor van Dijk: 'Wat wil Femke Halsema dan? Van de wallen een vinex-wijk maken?
En dat complete Red Light District komt weer een beetje tot leven, nu corona geluwd lijkt?
“Langzaam start de boel weer op. De Casa Rosso is inmiddels weer open. Daar zijn we heel blij mee. Normaal kunnen 184 mensen de live voorstelling in Casa Rosso bekijken, nu zijn dat er nog vijftig.
Daarmee draaien we verlies, maar je wilt ook dat de buurt weer gaat draaien. Terug naar het normaal. Alles grijpt hier in elkaar. Zijn de ramen dicht, dan komen er minder mensen in de kroegen hier. Zijn de kroegen dicht, dan lopen er minder mensen langs de Casa Rosso. Veel toeristen kopen pas een kaartje als ze de Casa Rosso zien.”
Dus jullie hopen op veel toeristen.
“Ja natuurlijk. Al is het niet zo: hoe meer mensen op de Wallen, hoe meer mensen in de Casa Rosso. Was het maar waar. Maar we moeten het deels wel hebben van langslopend publiek, ja. Dat klopt.”
‘Overlast door onaangepast gedrag is een groot probleem. Dronken mensen, kotsende mensen, zakkenrollers, wildplassers, dealers’
Veel Amsterdammers vonden het wel even lekker rustig, zonder toeristen.
“Voor corona werd de Amsterdamse binnenstad overlopen, zeggen veel mensen. Misschien is dat ergens wel zo. Maar mensen zijn nu eenmaal meer gaan reizen, wij zitten zelf toch ook vaker een weekend in Barcelona of Parijs?
En Amsterdam kan niet zonder toeristen. Ik geef een voorbeeld.
Er is een bloemenwinkel hier in de buurt, een stukje terug, net even buiten het Red Light District. Die bloemenman, aardige gozer, daar niet van, zei altijd: Die toeristen? Weg ermee, ik word er kotsziek van. Maar wat blijkt? Tijdens corona komt hij erachter dat veel van zijn bloemen worden gekocht door medewerkers van hotels hier uit de buurt. Zijn grootste klanten zijn de hotels. Die zetten zijn bloemen in de lobby, bij de receptie, op de bar. Toen de hotels leeg waren, verkocht de bloemenman geen bloemen meer.”
Ook veel bewoners van de Wallen klagen over drukte.
“We hebben hier onze buren, daar zijn we hartstikke goed mee. En je hebt de bewoners, die klagen. Maar die wonen niet in het Red Light District, die wonen verderop. Zij denken dat als de ramen sluiten ze tot de grachtengordel behoren, dan worden hun huizen nóg meer geld waard. En klagen over drukte? Drukte op zich is geen groot probleem. Dat kun je managen, als je wilt. Nee, overlast door onaangepast gedrag is een groot probleem. Dronken mensen, kotsende mensen, zakkenrollers, wildplassers, dealers. In dat soort mensen hebben wij ook geen zin. Zaterdagavond tussen 23.00 en 02.00 uur, dan is er inderdaad overlast. Maar juist op dat moment zie je de mensen van Handhaving niet, want die zijn al naar huis. Op momenten dat de mensen van Handhaving er wel zijn, zie je toeristen raar kijken. Hendhefing? What the hell is that, hendhefing?! Dus je kunt Handhaving er wel neerzetten, maar helpt het nou echt? Wij zien liever meer blauw op straat. Met de politie werken we heel prettig samen.
We hebben een directe lijn met ze, een direct nummer. Er hoeft hier maar iets te gebeuren, we bellen en binnen twee minuten staat er een motoragent op de stoep. Top.”
Burgermeester Femke Halsema overweegt om de ramen te sluiten en het erotisch entertainment naar de rand van de stad te verplaatsen.
“En daarmee denkt mevrouw Halsema verkeerd, vind ik. Deze rosse buurt is zo’n beetje even oud als Amsterdam zelf. Je gaat toch niet het hart uit de stad trekken?
Het Red Light District is een van de redenen waarom toeristen naar Amsterdam komen. Amsterdam! Het grootste dorp van Nederland, de kleinste stad ter wereld. Als je je in het buitenland voorstelt als Nederlander, dan zeggen de mensen: Ah, Cruijff! Rembrandt! Ajax! Red Light District! De Wallen zijn een onverslaanbaar fenomeen, een topmerk.”
Raamprostitutie is uit de tijd, zegt Halsema.
“Vindt zij dat zelf of heeft ze dat aan de sekswerkers zelf gevraagd?”
Geen idee.
“Waarschijnlijk het eerste. Met die ramen zijn niet zoveel grote problemen meer. Er is hier heel strenge controle. Ook sociaal. En ook de raamexploitanten nemen hun verantwoordelijkheid. Die willen ook helemaal geen ellende en narigheid. Je moet ingeschreven staan bij de Kamer van Koophandel als je sekswerker bent op de Wallen en je moet je paspoort overleggen. De vrouwen hebben een etalage. Ze verkopen. En vergeet niet: door het raam kun je ook beslissen wat je niet bij je binnen wil hebben. En zo heel veel ramen zijn er hier niet meer. De laatste jaren zijn er ruim honderd gesloten. En daardoor wordt het weer drukker op de Oudezijds Achterburgwal, want hier zijn ze nog wel. De gemeente heeft er al voor gezorgd dat het Red Light District steeds meer lijkt op een Red Light Strip.”
Nog even en moeten voor de Wallen naar de Bijlmer.
“O nee! Dat nooit! Niet zo lang wij leven. Dit is een unieke buurt.
Het moet wel een beetje in je dna zitten om hier te wonen of te werken. Het was vroeger natuurlijk veel meer een buurt met meer wilde verhalen. Met mooie, karakteristieke figuren weggelopen uit de boeken van Baantjer. Of nee, Appie Baantjer had die unieke mensen hier zelf zien lopen. Jan is ook een fenomeen in de buurt – en terecht! Maar neem mij nou, ik heb 32 jaar gewerkt als gemeenteambtenaar. Ik bedoel, dit is en blijft een spannende buurt. En de mooiste buurt om te werken. Dat was vroeger zo. Dat was voor corona zo en dat blijft na corona zo. Maar er is wel een slag gemaakt. Het is hier veilig, we zijn allemaal professionals. Er zijn in de Amsterdamse binnenstad 28 ondernemersverenigingen, van eentje ben ik de voorzitter. We laten niet uit onze handen glippen wat er is opgebouwd. Wat wil Halsema dan? Van de Wallen een Vinex-wijk maken?"
Geen bloot meer in het centrum van Amsterdam.
“Het wordt steeds preutser. We slaan daar, wat mij betreft, volledig in door. De rosse buurt van de Wallen moet zijn sfeer behouden. De Wallen is niet alleen erotiek. Het is ook: gezellig, warm, knus, een stukje historie, schitterende kroegen. We organiseren ook evenementen als Red Light Jazz. Dan staat Hans Dulfer op het podium van de Casa Rosso. Hartstikke leuk. Het Red Light District is het kleinste dorp van Nederland: iedereen kent elkaar hier. Ik zit hier zes dagen per week. Zelf woon ik in Diemen, want dat moest toen ik als ambtenaar bij de gemeente Diemen ging werken. Ik denk dan weleens als ik op zondagmiddag naar mijn auto loop om naar de Oudezijds Achterburgwal te rijden: mijn buren zitten lekker in het zonnetje te barbecueën en ik moet weer aan het werk. Maar zodra ik de gracht oprij, ben ik ook hier weer thuis. En glimlach ik van oor tot oor.”
‘We laten niet uit onze handen glippen wat er is opgebouwd. Wat wil Femke Halsema dan? Van de Wallen een Vinex-wijk maken?’
Denk je nooit: het houdt op met de Casa Rosso, het houdt op met de Bananenbar? Het raakt uit de tijd?
“Lady Gaga loopt hier met haar gevolg de deur plat... Met iedereen erbij, hè. Achtergrondzangeressen, muzikanten, roadies. En zij is niet de enige wereldster die ons theater bezoekt. De Casa Rosso is ooit opgericht door Zwarte Joop. Echte naam Maurits de Vries, in 1968. Joop zei ooit tegen Jan: Nog een paar jaar, Jan. Dan is de nieuwigheid er waarschijnlijk wel vanaf.
We zijn nu ruim vijftig jaar verder. Jan zegt altijd tegen mij: Cor, 90 procent van de mensen heeft alleen maar zijn of haar partner ooit naakt gezien. Ik weet niet of dat waar is, maar de Casa Rosso zit nog altijd vol – als er geen corona is.
En die aantrekkingskracht werkt wederzijds. Want ook de optredende artiesten belden mij tot voor kort twee keer per week op. Cor, wanneer mogen we nu eindelijk weer komen? Wanneer kunnen we eindelijk weer de bühne op? Nou, nu. En we hopen dat we op deze manier nog heel lang door mogen draaien. Er is slechts één verschil tussen voor en na corona: de desinfectiepalen laten we staan.
En geloof me: voor corona was de Casa Rosso op de drukke avonden stijf uitverkocht. De vuilnisman en de miljonair gebroederlijk naast elkaar. Alle rangen en standen en alle kleuren van de wereld komen naar ons theater en dat heeft de politieke partij van mevrouw Halsema toch zo graag? Wat zij roepen brengen wij al heel in de praktijk. Al héél lang!”
- Paul Tolenaar