Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert

Bij de politierechter: 'Applaus voor Holland!'

Soms is de aanval inderdaad de beste verdediging, ook in de rechtbank. Maar de rechter onder schot houden werkt meestal niet.

Bij de politierechter: 'Applaus voor Holland!'

“Is dit mijn tegenstander? Is dit hem? Is dit het mietje dat zo nodig stoer moest doen voor zijn chickie?”

Over een rij stoelen heen buigt Kevin (29) zich nogal intimiderend naar het jonge stel dat in de zaal zit.

“Meneer, ik wil dat u nu gaat zitten en mij aankijkt,” zegt de rechter.

“Is dit hem? Dan zal ik hem eens even goed bekijken,” zegt Kevin terwijl hij zijn gezicht nog dichter bij dat van ‘zijn tegenstander’ probeert te brengen.

“Meneer, u gaat nú zitten, anders laat ik u uit de zaal verwijderen,” zegt de rechter. Dan draait Kevin zich om.

“Je kan wel boos worden op mij, maar ik ben het slachtoffer hier. Ik ben het slachtoffer, en niet deze jongen hier. Dat snap je toch hopelijk wel.”

“En ik wil dat u mij aanspreekt met u,” zegt de rechter kalm.

“Prima. Mag ik dan nu vertellen hoe het zit?” vraagt Kevin. De toestemming wacht hij niet af.

“Ik wil ’s avonds laat invoegen op een zo goed als verlaten weg. Er rijdt maar één auto, dus er is ruimte zat, maar wat doet die pik?”

“Hoho,” onderbreekt de rechter hem.

“Wat doet die man?” herstelt Kevin. “Die blijft veertig rijden. Waar je tachtig mag. Dat is levensgevaarlijk, meneer. Levensgevaarlijk. Maar het wordt nog gekker. Telkens als ik hem probeer in te halen, geeft ie gas bij. En dan komt er een tegenligger aan. En ik zit naast hem. Op zo’n moment speelt hij gewoon met mijn leven. Dat is gewoon alsof iemand een doorgeladen pistool op je kop zet.”

Ter illustratie richt hij een uitgestoken arm en wijsvinger pontificaal op de rechter.

“Doet u die hand weg, meneer,” gebiedt de rechter.

“Zo voelt dat,” zegt Kevin die zijn vinger nog secondelang op de rechter gericht houdt. “Zo voelt dat, snap je?”

“Snapt ú,” verbetert de rechter hem.

“Ik zeg toch u,” zegt Kevin.

“Nee, u zei je,” zegt de rechter.

“Oh sorry, man,” zegt Kevin.

Vloekend en tierend

Toen zijn kwelgeest een parkeerplaats op reed, volgde Kevin hem. Hij sprong uit zijn auto, liep vloekend en tierend op zijn tegenstander af, en gebood hem uit te stappen. De bestuurder weigerde. In plaats daarvan sloot hij zijn auto hermetisch af, waarna Kevin zijn zijspiegel aan gruzelementen trapte, nog een paar klappen op de auto gaf en vervolgens foeterend verdween.

Voor de vernieling van de spiegel eist de officier van justitie een werkstraf van 25 uur. Kevin heeft liever een boete.

“Zeg maar hoeveel je moet hebben,” zegt hij. Hij staat op en haalt een prop bankbiljetten tevoorschijn. Een aantal munten valt op de grond. “Vijf meier of zo?” Wanneer de rechter hem vraagt te gaan zitten en zijn mond te houden, ontploft Kevin pas echt.

“Ja, natuurlijk moet ik mijn mond houden. Mijn kant van het verhaal interesseert niemand. De kaarten waren al geschud voordat ik hier binnenkwam. Doe jij maar lekker wat je moet doen. Beloon die jongen maar voor zijn gedrag. Veroordeel mij maar. Doe maar lekker, kerel.”

“Applaus voor Holland!” roept hij nog terwijl leden van de parketpolitie hem de zaal uitwerken. Van de uitspraak (25 uur werkstraf ) krijgt hij niets meer mee.

Misdaad
  • Petra Urban