Welke krant je ook openslaat, welke nieuwssite je ook bezoekt, je struikelt over de artikelen met termen als phishing, DDOS-aanvallen en Whats- Appfraude. Soms – heel soms – is het nieuws positief. Zoals het bericht van afgelopen week dat de politie ruim 300.000 euro in beslag heeft genomen tijdens een doorzoeking van de woningen van twee mannen in Roosendaal die verdacht worden van cybercrime. Blijkbaar lopen dit soort gasten toch weleens tegen de lamp.
Toch zijn de meeste berichten een stuk verontrustender. Alleen in de eerste drie maanden van 2021 registreerde de politie al 3800 cybercrimegevallen, een verdubbeling van dezelfde periode vorig jaar. Nu stijgt de toename van digitale criminaliteit natuurlijk al langer, maar niet in deze extreme mate, waarschijnlijk als gevolg van de coronacrisis. Liefst twee derde van de Nederlanders kwam het afgelopen jaar in aanraking met een cyberdreiging, aldus het Openbaar Ministerie.
Of de oplossing dichtbij is, is nog maar de vraag. De politie zegt meer geld nodig te hebben om het probleem aan te pakken: zo’n 300 miljoen euro, dat onder meer bedoeld is voor het vergroten van de digitale vaardigheid van politiemensen. Veel Nederlandse bedrijven en organisaties hebben bovendien hun beveiliging niet op orde en kunnen niet eens de meest basale digitale aanvallen afweren, waarschuwde begin deze maand de Cyber Security Raad, een adviesorgaan van het kabinet. Feit blijft daarnaast dat de pakkans op internet nog altijd een stuk lager is dan in de fysieke wereld. Het lijkt dus een wedstrijd die voorlopig niet te winnen valt.
- iStock