Hij zit het me kraakhelder voor te rekenen. “Kijk, voor één kilo coke moet je ongeveer tien ruggen rekenen.” Tien ruggen betekent dus tienduizend euro. “Dat ben je gewoon kwijt. Het grootste deel van dat geld gaat naar de overkant.” ‘De overkant’ wil zeggen: de Colombianen of de Bolivianen of uit welk Zuid-Amerikaans land het goedje ook maar komt. “Als je die kilo dan eindelijk thuis hebt, dan is het hier al 25 ruggen waard. Min die investeringskosten van die tien ruggen heb je dus met één kilo coke een winst van 15.000 euro.”
Maar hij zegt er meteen bij dat dit natuurlijk klein bier is.
“Kijk, strafbaar is het sowieso, dus als je er al voor gaat, dan vind ik dat je ook niet kinderachtig moet zijn. Dan moet je ook meteen een substantiële hoeveelheid bestellen. Dat is interessant omdat de inkoopprijs dan zakt. Als je 100 kilo bestelt, dan is de prijs 8000 euro per kilo. Dus met 100 kilo doe je een investering van 800.000 euro. Dat is natuurlijk een serieuze investering, maar als je ’m binnen hebt, dan ga je feest vieren. Want die 100 kilo is hier wel even 2,5 miljoen waard. Dan ben je dus miljonair.”
Hij kijkt me aan met zijn pretoogjes en lacht zijn breedste lach. Dat is een rendement van iets meer dan 212 procent.
Ik klap mijn laptop open en zoek naar wat het gemiddelde rendement van een beetje risicovolle belegger is geweest, want cokehandel is natuurlijk ook een risicovolle onderneming. Ik lees: “Een dynamische belegger die veel risico neemt, heeft op de lange termijn een rendement van tussen de 5 en 7 procent.” Oké...
Ik begin nog tegen mijn gesprekspartner over versnijden. Hij wuift het weg. Dat is niet zijn pakkie-an. Maar hij zegt dat het wel gebeurt. Dat die 100 kilo versneden wordt. Dan stoppen ze er andere op coke gelijkende stoffen doorheen waardoor de zuiverheid minder wordt, maar de hoeveelheid toeneemt. Stoffen die veel met coke versneden worden, zijn bijvoorbeeld het lokale verdovingsmiddel levamisol of de pijnstiller fenacetine. Maar mijn gesprekspartner is duidelijk niet zo van het versnijden. Hij wil alleen maar doorgaan, beuken met die blokken, rauzen.
‘Strafbaar is het sowieso, dus kun je beter meteen een substantiële hoeveelheid bestellen’
Onder het genot van een opwekkend kopje koffie bespreken we het onuitroeibare karakter van de cokehandel. Zelfs met corona, met de sluiting van de horeca, zonder nachtclubs, zonder uitgaansleven en zonder doorhalen in het weekend lijkt de aanvoer van cocaïne niet te stuiten. En al die onderscheppingen van de laatste tijd lijken de handelaren ook niet af te schrikken. In de haven van Rotterdam werd vorig jaar maar liefst 40 ton coke onderschept. In de haven van Antwerpen was het zelfs iets meer dan 65 ton. Bij elkaar is dat iets meer dan 105.000 kilo coke. Straatwaarde van dit alles is meer dan 2,6 miljard euro. Duizelingwekkende cijfers.
Maar volgens mijn gesprekspartner gaat er een veelvoud van die onderscheppingen gewoon door. “En dat moet ook wel, want anders houden de handelaren het toch voor gezien? Maar blijkbaar is het nog steeds interessant.”
Tja, blijkbaar wel.