Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert

Deel 5: de ontvoering van Sabine Dardenne.

Het zal je maar gebeuren: ontvoerd worden en zo lang worden vastgehouden totdat iedereen denkt dat je dood bent

https://cdn.pijper.io/core/panorama-fallback1.png

Duur: tachtig dagen.

In de klauwen van Dutroux

Het zal je maar gebeuren: ontvoerd worden en zo lang worden vastgehouden totdat iedereen denkt dat je dood bent. In deze serie beschrijft Panorama horrorontvoeringen die de wereld schokten en waarvan de slachtoffers het wonder boven wonder kunnen navertellen.

De 12-jarige Sabine Dardenne is op dinsdag 28 mei 1996 op weg naar school. Ze zit op haar nieuwe felgroene Viking Dunlop-fiets, een cadeau van haar peetoom voor haar plechtige communie. Haar schooltas bungelt op haar rug en omdat ze vandaag zwemles heeft, ligt haar rode zwemtas op haar bagagedrager. In haar schooltas zit haar door moeder ondertekend rapport met daarop een dikke onvoldoende voor wiskunde, een vak waar ze geen jota van snapt. Sabine hoopt dat haar vriendin Davina, die langs de weg naar school woont, op haar staat te wachten, zodat ze het laatste stuk samen kunnen fietsen. Helaas, geen Davina vandaag.

Het huis van Dutroux in Marcinelle nadat het monster door de mand is gevallen.

Sabine trapt door over de verlaten weg in de Belgische Ardennen als ze hoort dat er iets achter haar rijdt. Ze kijkt om en ziet een volkomen doorgeroeste witte Renault Trafic-bus die is omgebouwd tot camper. Voor de ruiten hangen geelbruine gordijntjes en tientallen stickers belemmeren het zicht naar binnen. Als de bestelbus langs haar rijdt, ziet Sabine dat de zijdeur van de bus is opengeschoven en dat er een man uithangt. Foute boel, denkt ze en ze voelt hoe de angst als een verlammende golf over haar heen komt. Ze zet zich schrap als ze voelt hoe twee handen haar vastgrijpen en met een grote zwaai van haar fiets trekken. Sabine is klein voor haar twaalf jaar. Met haar 33 kilo en 1.45 meter zeker geen partij voor de kerel die haar in zijn handen heeft. Hij rolt haar in een vieze deken en propt vier pillen in haar mond. Ze spuugt ze uit en kijkt dan voor het eerst in de gitzwarte ogen van haar ontvoerder. Het lijkt alsof er geen leven in zit. Als de bus stopt, schreeuwt hij naar de bestuurder: “Schiet op en pak die fiets!” Sabines fiets klettert naast haar neer, samen met haar zwemtas. En dan verdwijnt Sabine Dardenne van de aardbodem. Voor tachtig lange dagen. Niemand denkt nog dat ze levend gevonden zal worden.

‘Een ranzige ploert’

In haar bestseller Ik was twaalf en fietste naar school beschrijft ze later de eerste indruk van haar ontvoerder: ‘Ik werd meteen agressief van die idioot. Een ranzige ploert, hij zag er goor uit, had angstaanjagende ogen, vet, plat haar alsof er frituurvet in zat, een belachelijke snor. Ik zei bij mezelf: wat is dat voor een viezerd? Ik vertrouw hem voor geen cent.’

Het lukt Sabine om de eerste lading pillen die ze in haar mond krijgt uit te spugen, maar daarna lost haar ontvoerder er stiekem twee op in cola, die ze opdrinkt omdat ze dorst heeft. De drugs maken haar slaperig, maar ze is te bang om te slapen. Als de bus na twee uur rijden stopt, beveelt hij haar in een gore en veel te kleine koffer te kruipen. Ze weigert, maar hij en zijn handlanger duwen haar met geweld erin. Ze wordt uit de bus een huis in gedragen. Hij trekt haar uit de koffer, zijn handlanger is verdwenen. Ze is alleen met Marc Dutroux.

Ze is in een chaotisch huis. In de woonkamer liggen overal bakstenen, gereedschap en bouwgruis, afkomstig van een half voltooide schouw die er wordt gebouwd. Er staan lege kasten, wiegjes, een niet aangesloten magnetron en een kachel. Midden tussen de rotzooi staat een tafel met stoelen. Sabine realiseert zich dat het niet een doorsnee woonhuis is. Hij brengt haar naar een kamer met een stapelbed, beveelt haar zich uit te kleden en in bed te gaan liggen. Ze is te moe en angstig om te weigeren. Hij doet een ketting om haar hals met een hangslot eraan en bevestigt dat aan het bed. Daarna gooit hij een vieze deken over haar heen.

De koffer waarin Dutroux zijn prooi Sabine stopt tijdens de ontvoering.

Een dag later komt Dutroux de kamer in en vertelt Sabine dat hij haar leven heeft gered. Hij vertelt haar over zijn gemene maar machtige chef die haar kwaad wil doen omdat haar vader, toen die nog rijkswachter was, hem iets heeft geflikt. Daar moeten Sabines ouders nu voor boeten. Ze moeten losgeld betalen voor Sabine. 3 miljoen Belgische franc (ongeveer 75.000 euro). En als ze dat weigeren, moet hij Sabine vermoorden.

Op die tweede dag beginnen ook al zijn – zoals Sabine in haar boek beschrijft – ‘handtastelijkheden’. Het meisje begrijpt niet waarom een man die zegt haar redder te zijn vieze en onbegrijpelijke dingen met haar doet. Zowel fysiek als psychisch wordt het meisje gemanipuleerd. Terwijl de hele wereld koortsachtig op zoek is naar Sabine Dardenne en duizenden posters worden opgehangen, maakt Dutroux haar in haar isolement wijs dat haar ouders het losgeld niet willen betalen en dat ook de autoriteiten weigeren te helpen haar leven te redden. Later vertelt hij haar ook dat haar ouders haar spullen al in kartonnen dozen hebben gestopt en haar al zijn vergeten. Sabine mag kiezen: de chef wil haar dood hebben. Wat wil ze zelf? Sabine zegt dat ze wil leven. “In dat geval zal ik je verbergen,” biedt haar ‘redder’ aan. “Ik zal zeggen dat je dood bent, maar je blijft in leven en ik zal voor je zorgen. Dan kun je niet hier boven blijven, de chef kan hier elk moment binnenlopen, dit is het hoofdkwartier. Ga maar mee, beneden is een verstopplek.”

Wil je het hele artikel over de mislukte wonderkinderen lezen?  De nieuwe Panorama ligt nu in de winkel met daarin nog veel meer moois! Ook is die hier te bestellen.  Alleen benieuwd naar dit artikel? Lees dit artikel dan op Blendle..