Oktober 1973, de Jom Kippoer-oorlog breekt uit. Syrië en Egypte zijn Israël binnengevallen, in de hoop zo gebieden te heroveren die ze enkele jaren eerder (tijdens de Zesdaagse Oorlog) hadden verloren. De wereld kijkt verschrikt toe. De eerste dagen ziet het er slecht uit voor de Joodse staat. De Verenigde Staten scharen zich achter Israël. Nederland ook. Sterker nog, wanneer de Europese Gemeenschap (de voorloper van de EU) een pro-Arabische verklaring wil afgeven, houdt Nederland dat tegen.
Minister van Buitenlandse Zaken Max van der Stoel neemt hebben immers nog hun eigen olieproductie. Maar Nederland heeft dat niet. Wat nu? Het kabinet-Den Uyl hoopt aanvankelijk nog op Europese steun, maar komt al snel van een koude kermis thuis. Andere Europese landen, zoals Groot-Brittannië en Frankrijk, kiezen eieren voor hun geld en roepen Israël op om zich terug te trekken uit de bezette gebieden. Ons kleine landje staat er alleen voor. Drie weken na aanvang is de Jom Kippoer-oorlog alweer voorbij. Israël heeft gewonnen. Maar dat is allerminst een reden voor de Arabische landen om water bij de wijn te doen. Integendeel zelfs. Nederland zal boeten en krijgt de volle toorn van Arabische wereld over zich heen: een complete olieboycot. De paniek slaat toe. De Arabische boycot concentreert zich namelijk in het bijzonder op de Rotterdamse haven: het olieknooppunt van de westerse wereld, dat voor 45 procent afhankelijk is van Arabische olie.
Plotseling bevindt Nederland zich in het oog van de storm. Een olietekort dat maanden, mogelijk zelfs langer, kan aanhouden, wordt gevreesd. En alsof dat nog niet genoeg is, gooit de OPEC ook nog eens de olieprijs met 70 procent omhoog voor alle andere westerse landen. Daarnaast schroeven de Arabieren de eigen olieproductie terug met 5 procent per maand, om zo de prijs nog verder op te drijven. Binnen twee weken is de olieprijs al verviervoudigd, van 3 dollar per vat naar 12 dollar. De Nederlandse steun aan Israël openlijk een pro-Israëlisch en anti-Arabisch standpunt in. Het kabinet-Den Uyl, waar hij deel van uitmaakt, levert zelfs in het geheim munitie en reserve-onderdelen voor tanks aan Israël. Dat alles schiet de Arabische wereld compleet in het verkeerde keelgat. Een reactie kan niet uitblijven.
Olieboycot
Op 17 oktober 1973 besluit de OPEC (Organisatie van olie-exporterende landen) een olieboycot in te stellen, om zo de Verenigde Staten en Nederland te treffen. De Amerikanen zijn niet erg onder de indruk van de maatregel, zij hebben immers nog hun eigen olieproductie. Maar Nederland heeft dat niet. Wat nu?
Het kabinet-Den Uyl hoopt aanvankelijk nog op Europese steun, maar komt al snel van een koude kermis thuis. Andere Europese landen, zoals Groot-Brittannië en Frankrijk, kiezen eieren voor hun geld en roepen Israël op om zich terug te trekken uit de bezette gebieden. Ons kleine landje staat er alleen voor.
Benieuwd naar de rest van het artikel? Bekijk 'm in de nieuwste Panorama of check het via Blendle.
- NL Beeld