Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert

Bij de politierechter: 'PTSS'er door een LVB'er'

LVB’ers (Licht Verstandelijk Beperkten) vereisen een speciale benadering, maar de impact van hun daden is even groot als die van ieder ander. Hoe zit dat dan met hun straf?

PTSS

Vanonder de capuchon van zijn hoodie verschijnt een vrolijke bos pluizig, springerig kroeshaar. Zelf lijkt de 21-jarige Gregory* minder vrolijk. Zelfs voor praten lijkt hij de energie niet te kunnen opbrengen. De antwoorden op de vragen die de rechter hem stelt zijn kort, liefst één enkel woord, binnensmonds en nauwelijks verstaanbaar. Gregory behoort tot de naar schatting 350.000 Nederlanders met het label LVB: Licht Verstandelijk Beperkt. Mensen met een IQ tussen de 50 en 70 (het gemiddelde is 100) met een beperkt sociaal aanpassingsvermogen. Wat voor de gemiddelde Nederlander volstrekt helder is, is voor een LVB’er soms Chinees. Omgaan met hen vereist dus een speciale benadering. Tegelijkertijd is de impact van hun daden op anderen even groot als die van ieder ander. Dat brengt de rechter vandaag in een lastige spagaat. Temeer omdat Gregory’s slachtoffers, een echtpaar van rond de vijftig, recht achter hem in de zaal zitten. LVB of niet, zij verwachten dat degene die hun huis binnendrong gewoon de straf krijgt die hem toekomt.

Op een avond in december ziet Gregory de schuifpui van een woning op een kiertje staan. Binnen oogt het huis verlaten. Hij besluit een kijkje te gaan nemen. Terwijl hij de woning doorzoekt op waardevolle spullen verschijnt ineens de vrouw des huizes bovenaan de trap. Gregory maakt dat hij wegkomt. Wanneer de bewoners van het huis even later de balans opmaken blijkt dat er een mobiele telefoon en vier tablets verdwenen zijn. Maar niet voor lang. Met de app Find My Phone is de locatie van de gestolen mobiele telefoon snel gevonden. Nog diezelfde avond treft de politie de gehele buit aan, verstopt in een wasmand in de begeleid wonen instelling waar Gregory al enkele jaren woont.

“Waarom heb je die spullen gestolen?” vraagt de rechter.

“Ik had geld nodig,” fluistert Gregory.

“Waarvoor?”

“Honger,” antwoordt Gregory, die desondanks niet op het idee kwam de koelkast open te trekken.

“Vind je zelf dat je straf verdient?”

“Jawel.”

“Waarom vind je dat?”

“Weet ik niet.”

“Je bent niet zo’n prater, hè,” stelt de rechter vast.

Zwijgend schudt Gregory het hoofd.

“Ik las in een van je eerdere verklaringen dat je er wel spijt van hebt, klopt dat?”

Gregory’s antwoorden aan de rechter zijn kort, liefst één enkel woord, binnensmonds en nauwelijks verstaanbaar

“Jawel.”

“Zou je je excuses willen aanbieden?”

“Jawel.”

“Ze zitten achter je. Als je je omdraait...” stelt de rechter voor, maar Gregory verroert geen vin.

“Als je dat niet wil, wil je het dan misschien wel tegen mij zeggen?”

Dan prevelt Gregory iets waarin de rechter blijkbaar zijn excuses herkent, maar wat in de rest van de zaal volstrekt onverstaanbaar is. De rest van het moeizame gesprek gaat over de instelling waar Gregory woont en hoe hem dat bevalt (“Goed” ), wat hij zoal doet overdag (“Beats maken” ), waar hij dat doet (“Studio” ), wanneer (“Bijna elke dag, soms ook ’s nachts” ) en over het blowen dat hij regelmatig doet (en waar hij blijkbaar wel geld voor heeft).

Daarna is het woord aan de vrouw bij wie hij inbrak. Op haar had het voorval een enorme impact. En nog steeds, vertelt ze. Ze heeft er PTSS aan over gehouden. Ze is continu angstig. Bang dat een vreemde opnieuw haar woning binnendringt, bang om Gregory, die in dezelfde wijk woont, op straat tegen te komen. Hoewel ze de gestolen spullen nog dezelfde avond terugkregen, vordert het echtpaar een stevige schadevergoeding. Voor het bezoek aan een psycholoog (bijna 300 euro) en een chiropractor (180 euro), voor immateriële schade (400 euro) en voor het camerasysteem dat zij na het incident lieten installeren (880 euro).

Op woninginbraak staat normaal gesproken een celstraf van drie maanden, maar die legt de rechter Gregory niet op. Zijn blanco strafblad en zijn LVB spelen daarbij een rol, maar ook het feit dat hij volgens de rechter ’oprecht spijt heeft betuigd van zijn daden’, al denken zijn slachtoffers daar mogelijk anders over. Haar vonnis is conform de eis van de officier van justitie: 200 uur taakstraf, waarvan de helft voorwaardelijk. Ook de ingediende schadevergoeding wijst ze toe, met uitzondering van het aangeschafte camerasysteem.

* Alle namen in deze rubriek zijn om privacyredenen gefingeerd

Misdaad
  • Petra Urban