Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert

Bij de politierechter: 'Vuurwerk en korte lontjes'

Een drukke kroeg, wat illegaal vuurwerk, een aantal leden van een motorclub, en een vriend met een kort lontje: er bestaan slechtere recepten voor heibel.

Vuurwerk

Eind september, op een vrijdagavond, komt bij de meldkamer van de politie een, zeker voor de tijd van het jaar, opvallende melding binnen: vuurwerkoverlast. Pal voor een café in het dorp De Bilt zou het volgens de melder tekeergaan alsof het al Oud en Nieuw is. Een man met een zwarte bodywarmer en een grijze Seat Ibiza zouden erbij betrokken zijn.

Wanneer de agenten ter plaatse komen zijn de kruitdampen al opgetrokken. Op straat treffen zij nog wel de restanten van het spektakel aan. Iets verderop staat een grijze Seat Ibiza geparkeerd. In het café, waar het gezellig druk is, en waar ook een aantal leden van een motorclub zit, valt hun oog al snel op een man met een zwarte bodywarmer.

Een man die zij herkennen van een eerder incident waarbij zij de handen vol aan hem hadden gehad. Wanneer ze hem aanspreken komt al snel een tweede man zich hinderlijk met het gesprek bemoeien.

“En die man, dat was u,” stelt de rechter vast.

“Dat was ik, ja,” bevestigt Lorenzo*, een 28-jarige fietsenmaker die wel zijn moeder naar de zitting heeft meegenomen, maar geen advocaat.

“Waarom bemoeide u zich ermee?” vraagt de rechter.

“Het was goed bedoeld. De jongen met die bodywarmer is een goede vriend van me en ik weet dat hij nogal een kort lontje kan hebben. Zeker als hij wat gedronken heeft. Ik wilde voorkomen dat het uit de hand liep.”

Dat mislukt. Nadat de agenten hem herhaaldelijk maar tevergeefs gevraagd hebben zich niet met de zaak te bemoeien, besluiten ze het over een andere boeg te gooien.

“In wat voor een auto rijd jij?” vraagt een van de agenten aan hem.

“In wat voor een auto rijd jíj?” stelt Lorenzo direct de bijdehante en door alcohol gedreven wedervraag.

Dat kunnen de agenten slecht waarderen. Omdat steeds meer kroegvolk zich met de zaak bemoeit, besluiten ze het tweetal mee naar buiten te nemen. Daar tonen Lorenzo en zijn vriend hun ID-bewijzen en beantwoorden ze keurig de hen gestelde vragen. Met het afgestoken vuurwerk hebben zij niets te maken, zeggen ze. Terwijl Lorenzo de ene agent te woord staat, ziet hij hoe even verderop de andere agent het portier en daarna de kofferbak van zijn auto opent, die om onduidelijke redenen niet is afgesloten.

“Dat vond ik raar,” zegt Lorenzo. “Ik heb daar geen toestemming voor gegeven en er is mij ook nooit verteld dat ze dat ze mijn auto wilden doorzoeken.”

Toch besluit hij er op dat moment geen punt van te maken.

Er ligt niets in zijn auto dat er niet in mag liggen, en hij heeft geen zin in nog meer gedoe. Hij wil vooral zo snel mogelijk weer aan het bier. Nog altijd lijkt het allemaal met een sisser af te lopen, maar dat verandert wanneer hij kort daarna de kroeg weer binnenstapt, de deur achter zich dichttrekt, en luidkeels ‘KANKERWOUTEN!’ roept.

Terwijl Lorenzo de ene agent te woord staat, ziet hij hoe even verderop de andere agent het portier en daarna de kofferbak van zijn auto opent

Onmiddellijk zwaait de deur achter hem weer open en stappen de agenten voor een tweede keer binnen. Dit keer zijn ze minder vriendelijk, maar hetzelfde kan worden gezegd van de cafégangers, van wie er één zelfs dreigend een barkruk boven zijn hoofd tilt. Met getrokken tasers, en met Lorenzo tussen hen in, banen de agenten zich een weg naar buiten.

Het is al na middernacht wanneer de zware deur van de politiecel achter hem in het slot valt. Pas de volgende middag, om half drie, gaat die weer open en mag hij naar huis. Een paar weken later valt de rekening op de mat: een boete van 300 euro wegens belediging.

“Maar daartegen heeft u bezwaar aangetekend. Waarom?” vraagt de rechter.

“Omdat ik vind dat ik hen niet heb beledigd,” zegt Lorenzo.

“Ik heb dat woord wel gezegd, en misschien ook wel geroepen, maar niet tegen die agenten. Ik wist niet eens dat ze het konden horen. Ze stonden buiten, de deur was dicht.”

De officier van justitie gaat daar niet in mee. Ze eist alsnog een boete van 300 euro. En ook de rechter vindt de belediging wel degelijk bewezen. Toch is Lorenzo hier vandaag niet voor niets geweest. Omdat hij na het voorval een nacht en ruim een halve dag vastzat, en daardoor ongelukkigerwijs de eerste werkdag misliep bij zijn nieuwe werkgever – ‘daar had ik gelijk wat uit te leggen, zeg maar...’ – legt de rechter hem wel de geëiste boete op, maar dan geheel voorwaardelijk.

*Alle namen in deze rubriek zijn om privacy-redenen gefingeerd

Misdaad
  • Petra Urban