Rond 2008 neemt de plofkraak voor het eerst een vlucht. De methode die criminelen op dat moment het vaakst gebruiken is die van een gasaanval. Een brandbaar gas zoals acetyleen pompen ze via een gasslang de kluisruimte in, die eenmaal volgelopen tot ontploffing wordt gebracht, waardoor de kluis openspringt.
Deze methode bereikt tussen 2011 en 2013 een hoogtepunt met meer dan honderd plofkraken per jaar, maar raakt onbruikbaar wanneer banken de automaten voorzien van systemen die het zuurstof wegdrukken wanneer er gas naar binnen wordt gepompt. Zonder zuurstof geen ontbranding.
De methode die vervolgens populair raakt onder plofkrakers, is de zogenoemde pizzaschuifmethode.
Met een gestolen bankpas wordt een bedrag opgevraagd om de geldschuif te openen. Daarna worden de explosieven door middel van een stang en via de geldschuif in het toestel geschoven, als een pizzabakker die een pizza in de oven schuift. Via een elektrodraad vindt vervolgens de ontsteking plaats.
Gezien de daling van het aantal plofkraken sinds 2019 lijkt ook die methode ondertussen onder controle, maar nu hebben criminelen dus weer iets nieuws ontdekt: zelfgemaakte zware explosieven. Deze worden aan de buitenkant van een geldautomaat bevestigd. Met name in Amsterdam zorgt dat voor een explosieve stijging van het aantal plofkraken. Grote vraag blijft vooral of deze methode de dieven iets oplevert. In het verleden mislukte het overgrote merendeel van de gepleegde plofkraken.
- ANP