Oranje begint deze week aan een nieuwe Nations League-campagne, waarin achtereenvolgens tegen België (aanstaande vrijdag 3 juni, uit), Wales (8 juni, uit), Polen (11 juni thuis) en weer Wales (14 juni, thuis) wordt gespeeld. Prima voorbereiding op het aankomende WK natuurlijk, maar je weet ook: dat wordt weer één grote Louis van Gaal-show, bijna twee weken lang. Smullen? Absoluut.
22 jaar geleden, toen Van Gaal nog aan zijn eerste termijn als bondscoach moest beginnen en hij als trainer van Barcelona in de halve finale van de Champions Leage stond (die hij overigens verloor van Valencia), probeerden wij het fenomeen Van Gaal te duiden aan de hand van zijn oud-leerlingen. Want u weet ongetwijfeld: van 1978 tot 1988 was Louis gymnastiekleraar op de Rooms-Katholieke Technische School Don Bosco in Amsterdam, waar hij de ‘schoffies’ van Autotechniek 4 niet alleen gymles gaf, maar ook een stukje teambuilding bijbracht. Een tijd die trouwens uitvoerig aan bod kwam in de documentaire over Louis van Gaal die onlangs nog in de bioscoop draaide, maar dat terzijde.
We spraken onder anderen met Cor de Rover, een jongen die net als de rest van zijn klasgenoten tegen het criminele circuit aanschurkte en Louis ‘helemaal gek’ maakte. Zoals Cor zelf zei: “Op de eerste schooldag werd ik zonder pardon de klas uitgekegeld, omdat ik tijdens het voorstelrondje mij tot drie keer toe voorstelde als Jubbetje. Iedereen lachen natuurlijk, maar ik had een cruciale fout gemaakt: ik had Louis in de maling genomen. Van Gaal was een aardige man, maar humor had hij niet.”
Edwin Halvers wist hem ook goed te klieren: “Louis speelde toen ook nog bij Sparta. Als hij met Sparta had verloren, zeker van Ajax, dan was hij voor ons. Hij was de straat nog niet ingereden in zijn appelgroene Mazda, of we renden al op hem af. Was weer niks, Louis!”
Ook Peter Schoegje, die Louis één schooljaar als mentor had, bewaart eigenlijk alleen maar goede herinneringen aan Van Gaal: “Als gymleraar stond hij voor meerdere klassen, maar hij was maar van één klas de mentor. Hoorde je tot zijn klas, dan was je ook zijn uitverkorene. Dan mocht niemand aan je komen. Met Sinterklaas en Kerst mochten we altijd plaatjes meenemen naar school, die hij dan draaide. Zijn lievelingsplaat was Paradise by the dashboardlight. Hoor ik Meatloaf, dan denk ik aan Van Gaal.”
Heerlijke anekdotes van een paar schoffies die Van Gaal op het rechte pad probeerde te houden en voor wie hij dus in de bres sprong als dat nodig was. Precies wat spelers die onder hem hebben gevoetbald ook over hem zeggen. Louis als beschermer van ‘zijn’ jongens. Al betwijfelen we dat iedereen tegenwoordig nog zijn eigen plaatje mee mag nemen. Dat bepaalt Louis waarschijnlijk gewoon, ook als we vrijdag van België winnen.