Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert

Bij de politierechter: 'Zuigen of barsten'

Joost kwam op zijn negende voor het eerst in aanraking met politie en justitie. Inmiddels zijn we zestien jaar en negentien kantjes strafblad verder. En het einde is nog niet nog zicht.

Bij de politierechter: 'Zuigen of barsten'

Als rechtbankverslaggever is de informatie die je vooraf over bepaalde zaken krijgt, in het bijzonder over weinig nieuwswaardige politierechterzaken, vaak zo summier dat je fantasie er onvermijdelijk mee aan de haal gaat. De zaak van Joost* is zo'n zaak. ‘Diefstal stofzuiger’ is het enige dat bij zijn naam en personalia wordt vermeld. Waarom zou je als 25-jarige gast een stofzuiger jatten? Als je dan toch besluit een dergelijk risico te nemen, jat dan iets leuks. Een smartphone, een bluetooth-speaker, een coole zonnebril. Maar Joost jatte een stofzuiger. Wilde hij zijn alleenstaande moeder verrassen die al jaren in de bijstand zat? Wilde hij indruk maken op zijn vriendin?

Negen van de tien keer kunnen dergelijke fantasiescenario’s kort na aanvang van de zaak linea recta de prullenbak in. Zo ook bij Joost, die voor de gelegenheid een paarse joggingbroek heeft aangetrokken, gecombineerd met een smoezelig T-shirt dat waarschijnlijk ooit wit was en dat nauwelijks tot zijn middel reikt. Een bajesoutfit. Omdat hij zich wel vaker ongevraagd de spullen van een ander toe-eigent, zit hij voor de vermeende stofzuigerdiefstal inmiddels al elf dagen vast, wat een mogelijke verklaring kan zijn voor zijn norse houding en voor zijn diepe frons. Frank de Boer is er niets bij. Met zijn armen stijf over elkaar hoort hij de tenlastelegging aan die door de officier wordt voorgelezen.

“Ik heb helemaal niets gestolen,” bromt hij wanneer de rechter hem vraagt wat er allemaal van waar is.

“Maar u heeft die stofzuiger wel gepakt of niet?” vraagt de rechter.

“Zeker. En ik heb hem gebruikt ook, maar ik heb hem daarna weer keurig teruggezet.”

Joost rijdt in zijn auto wanneer hij langs de kant van de weg ineens een stofzuiger ziet staan. Het snoer ervan blijkt een tent in te lopen waar vermoedelijk werklui bezig zijn, al kan Joost zo snel niemand ontdekken.

“En dan ziet u die stofzuiger, en dan denkt u: die pak ik,” vult de rechter in.

“Ik moest nodig mijn auto uit zuigen, dus dat kwam mooi uit. Ik heb hem alleen even geleend.”

“Waarom gebruikt u daarvoor uw eigen stofzuiger niet?”

“Omdat ik die niet heb,” antwoordt Joost.

Net als in het politieverhoor houdt hij ook vandaag bij de rechter vol dat hij de stofzuiger niet heeft meegenomen, maar weer keurig heeft teruggezet. Probleem is dat het bedrijf van wie het apparaat was, anders beweert. Zij hebben de stofzuiger nooit meer teruggezien.

“U mag een huiszoeking komen doen. Ik heb dat ding echt niet,” zegt Joost.

Maar de schijn tegen heeft hij wel. Zijn laatste veroordeling, eveneens wegens diefstal, dateert van amper vijf maanden geleden. Zijn eerste van begin deze eeuw. Joost heeft een IQ van 68 en een strafblad van negentien pagina’s. Al op zijn negende kwam hij voor het eerst in aanraking met politie en justitie. Sindsdien is alles wel zo’n beetje geprobeerd met hem. In 2017 kreeg hij nog een ISD-maatregel opgelegd, het ultieme middel om de meest hardnekkige veelplegers mee op het rechte pad te krijgen, maar sindsdien zat hij al weer meerdere keren voor de rechter.

“Er zijn inmiddels twee ordners volgeschreven met allerlei onderzoeken en rapporten over deze jongen,” weet zijn advocaat die hem al vele jaren bijstaat. “Maar al vijftien jaar lang is het blijkbaar niemand gelukt om hem de juiste hulp te bieden. Dat is een treurige vaststelling.”

“Volgens de reclassering wenst u ook niet mee te werken, klopt dat?” wendt de rechter zich weer tot Joost. “Waarom zou ik? Ik heb tien jaar reclasseringstoezicht gehad, en toch zit ik hier weer. Zo langzamerhand mogen we wel concluderen dat het niet werkt, toch? Per jaar word ik naar drie verschillende instanties gestuurd, maar overal waar ik kom, krijg ik vroeg of laat te horen dat ze niets met me kunnen. Nou, oké, dan ga ik weer. Doei.”

“Mijn client is moe en cynisch geworden van het eindeloze hulpverleningstraject waar hij al zijn leven lang inzit,” stelt zijn advocaat vast. “En eerlijk gezegd kan ik mij daar ook wel iets bij voorstellen.”

De officier trekt een zakelijkere conclusie: “Qua hulp kan het strafproces blijkbaar niets meer voor meneer betekenen. Dan rest slechts één optie: gewoon afstraffen.” De rechter deelt die mening. Waar de stofzuiger inmiddels ook mag zijn, vaststaat dat Joost hem gestolen heeft. De celstraf die hij krijgt opgelegd is gelijk aan het voorarrest: elf dagen.

Misdaad
  • Adrien Stanziani