Op het moment van haar verdwijning woonde Bansi in het huis van Manodj B., samen met zijn vrouw en vader. B. en Bansi waren minnaars en uit hun relatie was eerder een zwangerschap voortgekomen. De studente liet het kind destijds door middel van abortus weghalen, maar toen ze in tweede instantie zwanger raakte van B. weigerde ze om opnieuw abortus te plegen.
De politie verdenkt B. ervan Bansi samen met twee familieleden om het leven te hebben gebracht. Er werden meerdere zoekacties verricht om het lichaam van de studente te vinden, maar zonder resultaat. De politie, die nog steeds uitgaat van een misdrijf, verwacht dat het lichaam van Bansi weggewerkt is, waarschijnlijk door het in zuur op te lossen.
‘Chemicaliën in de achterbak’
De aanleiding voor de theorie over de chemicaliën is een telefoongesprek tussen Manodj B. en zijn broer. De recherche luisterde een gesprek tussen het tweetal af, waarbij B., die zich op dat moment in een auto bevond, sprak over ‘chemicaliën in de achterbak’. Die had hij meegenomen van zijn werk bij een pluimveeslachterij. “Als je het vermengt, zeg maar met water, dan gaat het werken”, sprak B. aan de telefoon. De recherche verwacht dat het om natriumhydroxide gaat. Een middel dat oplosbaar is in water, waarbij een grote hoeveelheid warmte vrijkomt. Het goedje dat daarna overblijft heet natronloog en kan andere stoffen waar het mee in contact komt gemakkelijk vernietigen.
De politie heeft inmiddels drie verdachten aangehouden in de zaak rond Bansi.
- crimesite.nl, telegraaf.nl