“Dus u ontkent?”
“Klopt.”
“U ontkent alles?”
“Alles.”
“U ontkent dat u er ook maar iets mee te maken heeft?”
“Precies.”
De rechter vraagt het drie keer, maar de man tegenover haar geeft geen krimp. Sterker nog, hij kijkt terug met zo’n blik van ‘snap jij het, snap ik het’. Alsof het allemaal een groot misverstand is. Walter (49) is een eenvoudige, hardwerkende tuinman uit Bosch en Duin. Hij heeft geen vijanden of ruzies of wat dan ook. En al helemaal geen burenruzie. Nooit gehad ook. En toch beweren zijn buren dat hij geprobeerd heeft hun dure auto in de fik te steken. Te bizar voor woorden, vindt Walter.
“Nou,” probeert de rechter voorzichtig, “er zijn toch wel wat aanwijzingen dat u hier misschien iets mee te maken heeft…”
“Tja… blijkbaar,” zegt Walter, “maar dat is dus niet zo.”
@backlink(165765)
Een zwarte substantie
Het was diep in de nacht, ergens tegen vieren, toen de buren ineens wakker schrokken van hun blaffende waakhonden. Zij keken uit het raam en zagen een magere, kleine man - iemand met het postuur van Walter, zeg maar - vanaf hun oprit wegrennen richting het huis van buurman Walter.
“Ik ben dat niet geweest,” zegt Walter.
Toen de politie arriveerde bleek de Range Rover van de buren te zijn bedekt met ‘een zwarte substantie waarmee ook wel daken worden bedekt’. Bij de auto vonden de agenten een molotovcocktail, een gebroken glazen fles en een doosje lucifers. Op de fles en op de lucifers vonden zij bloed dat later onomstotelijk van Walter bleek te zijn. Net als de bloeddruppels die de volgende dag op de rododendron werden aangetroffen.
“Bizar,” houdt Walter rustig vol.
Nog geen kwartier later stond de politie bij Walter voor de deur. Die deur stond open. Middenin de nacht. Op de deurmat stond een paar schoenen met de bekende ‘zwarte substantie’ aan de zolen en op de trap lagen kleren die sterk naar benzine roken. Walter zelf stond onder de douche.
“Hoe kwam die substantie aan uw schoenzolen?”
“Ik heb geen idee,” zegt Walter.
“En die benzine op uw kleren?”
“Tja…”
“En wat deed u onder de douche om vier uur ’s nachts?”
“Ik moest er vroeg uit, denk ik.”
Er was ook een reden om buurman Walter te verdenken. In de maanden die vooraf gingen was er onenigheid geweest over een boom. Walter wilde die boom kappen, de buren wilden dat juist niet. Gaandeweg was de toon waarop die discussie werd gevoerd er niet vriendelijker op geworden.
“Daar weet ik niks van,” zegt Walter.
De rechter kijkt hem lang en doordringend aan. Maar Walter heeft nog steeds diezelfde blik in zijn ogen. Die blik van ‘dit verzin je toch niet?!?’ De rechter is nu wel klaar met het spelletje.
“U moet het wel zijn geweest,” zegt ze, “een andere conclusie kan ik onmogelijk trekken.” Walter krijgt een taakstraf van 160 uur en moet zijn buren dik 3000 euro aan schadevergoeding betalen. Zonder enig protest loopt hij de deur uit.
@backlink(165763)
Lees het in Panorama
Dit was een aflevering van 'De politierechter' uit de oude doos, geschreven door onze verslaggever Jochem Davidse. Benieuwd naar de aflevering van deze week? Lees 'm in ons magazine op Blendle of bestel een papieren versie.