'Van Barneveld is nog altijd dé ambassadeur van het Nederlandse darts'

Hoe belangrijk is die PLOD eigenlijk voor het Nederlandse darten?

“Heel belangrijk, vooral voor onze leden. We hebben er zo’n 33.000, en die kijken er allemaal naar uit. En zij niet alleen. Uit onderzoek bleek laatst dat er in Nederland meer dan 100.000 mensen twee keer per maand of vaker recreatief een pijltje gooien. In het café, in het studentenhuis, in de garage, noem maar op. Ook voor hen is die Premier League één groot feest.”

Ook voor de dartbond?

“Natuurlijk. Door evenementen als deze groeit het darten alleen maar. Als je kijkt hoeveel media-aandacht ervoor is: RTL7 bouwt een speciale studio in Ahoy, de kranten staan er vol mee en ik weet niet hoe snel die twee dagen dit jaar waren uitverkocht. Dat ziet de PDC, de organiserende dartbond, uiteraard ook. Ahoy is iets aparts op de dartkalender. Het is natuurlijk ook apart als je naar de zaal kijkt.”

Tienduizend volwassen kerels die in de meest idiote kostuums van huis gaan: begint het niet steeds meer op carnaval te lijken?

“Dat is nu eenmaal de keerzijde van de populariteit. Ik volg en ik zie alles. Ik krijg steeds vaker het idee dat het een wedstrijd is welke zaal in welke stad het grootste feest kan maken. Voor de sfeer, impact en omzet is het goed, maar ik weet niet of het geschikt is voor gezinnen met kinderen.”

Vind je dat niet kwalijk?

“Ik trek de grens bij onsportief gedrag in de zaal. Als er met bier naar de spelers wordt gegooid of ze worden bewust uit hun concentratie gehaald, dan moet er worden ingegrepen. Regel 1 is, net als bij golf en tennis, dat een speler zich moet kunnen focussen op de wedstrijd.”

De profs moeten zich daarvoor afsluiten, toch?

“Niet iedereen kan dat. Maar het tegenovergestelde is ook waar: een muisstille zaal waar één iemand een keer hoest kan veel meer afleiden dan een zaal vol joelende kerels.”

Raymond van Barneveld zal extra worden toegejuicht: uitgerekend in zijn laatste jaar als profdarter staat zijn privéleven in de roddelbladen.

“Ik maak me vooral zorgen over hoe slecht hij momenteel speelt. Hij neemt afscheid na het volgende WK, maar in zijn huidige vorm is het maar de vraag of hij zich daarvoor kwalificeert. Dat gun ik een icoon als hij niet. Als ik hem vroeger niet op de BBC had zien darten, dan was ik er zelf nooit aan begonnen. En met mij Michael van Gerwen ook niet. Hij is een veel betere darter dan Raymond, maar Raymond is nog altijd dé ambassadeur van de Nederlandse dartsport. Ik gun hem een waardig laatste jaar.”