De 64-jarige Sonja begint te huilen zodra haar achterwerk het verdachtenbankje raakt. Alsof ze daarmee een knop indrukt. Onmiddellijk schiet de bode te hulp met een glas water en een pak papieren zakdoekjes. Sonja verbergt haar gezicht in haar handen. Tussen haar diepe, ongecontroleerde halen en snikken door leest de officier van justitie de aanklacht voor. Winkeldiefstal bij de Albert Heijn.
“Mijn rugzak zit vol,” huilt Sonja met een onvaste piepstem.
“Sorry?” vraagt de rechter.
“Spreekwoordelijk,” verduidelijkt haar advocate. “Ze bedoelt dat ze zoveel ellende heeft meegemaakt. Het is allemaal een beetje te veel voor haar.”
“Is dat zo, mevrouw?” vraagt de rechter aan Sonja.
“Ik had op de kleinkinderen gepast... ik kwam ze terugbrengen... het was verschrikkelijk... ze lag op de vloer... in zo’n rare houding... en toen... kwam de ambulance... en de kinderen stonden te huilen... en... en... bleek het een herseninfarct... en... en...”
Het verhaal over haar schoondochter, dat er met horten en stoten uit komt, lijkt weinig te maken te hebben met de winkeldiefstal.
@backlink(154807)
Veel black-outs
“Ik wil even met u terug naar die winkeldiefstal in Nootdorp, mevrouw, kunt u zich daar nog iets van herinneren?” vraagt de rechter.
“De volgende dag zit ik... aan de keukentafel bij mijn andere... schoondochter. En we zitten... gewoon te praten... en... ineens draaien... haar ogen helemaal... weg en... ze valt zo met... haar hoofd op tafel... en... ook een herseninfarct!”
Volgens een psychiatrisch rapport van de reclassering lijdt Sonja aan een bipolaire stoornis, maar is ze wel toerekeningsvatbaar. Volgens haar advocate niet. Haar cliënte loopt emotioneel dusdanig op haar tenen dat ze veel black-outs heeft. Momenten waarop ze werkelijk geen idee heeft waar ze mee bezig is.
Misschien dat details haar herinneringen aan de dag van de diefstal kunnen verlevendigen. De rechter probeert het. Het ging om vleeswaren. En niet zo’n beetje ook.
“Biefstuk, karbonades, varkenslever... Een tas vol. In totaal 84,95 euro aan vleeswaren, weet u nog?” Even lijkt het te helpen.
“Ja, want ik werk daar... af en toe... in de buurt... vrijwilligerswerk... en ik moest nog gordijnen... laten stomen dus ik dacht... ik doe gelijk... boodschappen dan hoef ik dat straks...”
De rechter kijkt Sonja hoopvol aan. “Ja, gaat u verder,” moedigt ze haar aan.
“Ik had vijf klein... kleinkinderen maar nu nog maar vier... want... eentje is... overleden... zeven maanden oud...en... en mijn man is ook dood...”
Omdat het niet de eerste keer is dat Sonja een winkeldiefstal pleegt - haar strafblad puilt er inmiddels van uit - eist de officier een onvoorwaardelijke celstraf maar daar denkt de rechter anders over. Straf is hier geen oplossing. Net als de supermarkten bij haar in de buurt lijkt ook Sonja meer gebaat bij een verplichte en intensieve behandeling. Daartoe wordt ze veroordeeld. Plus twee weken geheel voorwaardelijke celstraf, als stok achter de deur.
“Begrijpt u dat mevrouw?” vraagt de rechter.
“En nou heb m’n broer weer kanker!” snikt Sonja.
@backlink(154759)
Lees het in Panorama
Dit was een aflevering van 'De politierechter' uit de oude doos, geschreven door onze verslaggever Jochem Davidse. Benieuwd naar de aflevering van deze week? Lees 'm in ons magazine op Blendle of bestel een papieren versie.