Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert
Micha Jacobs & Edwin Struis

SPORTCOLUMN: Wel of geen Studio Sport bij de NPO is de zwartepietendiscussie in een voetbaljasje

Iedere week schrijven onze Panorama-verslaggevers een column over wat hen opvalt in de sportwereld. Deze week: Studio Sport kijken met het bord op schoot. 

Micha Jacobs & Edwin Struis

Micha Jacobs

Heb je dat weleens geprobeerd, ‘met het bord op schoot’ eten? Knietjes bij elkaar, bovenbenen aanspannen, bord erop balanceren en daar dan zo diep mogelijk overheen buigen dat je de babi pangang niet over het vloerkleed morst? En ondertussen alle doelpunten missen, omdat je zo geconcentreerd je prakkie naar binnen probeert te werken. Geloof mij: niemand doet het. Als je al voor de tv eet, heb je een diep bord nasi, een pizzadoos of een bak friet onder je neus. Makkelijk weg te happen, geen gedoe. ‘Met het bord op schoot’ is gewoon een verzinsel, een hopeloze poging om nog íéts van nostalgie in dat heilige tijdstip van zondagavond 19.00 uur te krijgen, terwijl die samenvattingen van de eredivisiewedstrijden allang terminaal zijn.

Nu zijn veel 60-plussers – voel je vooral niet aangesproken – in rep en roer door de aangekondigde bezuinigingen bij de publieke omroep. Want o, o, o, die zouden er zomaar voor kunnen zorgen dat de NOS niet meer de rechten van de eredivisiesamenvattingen kan kopen, met als gevolg dat ‘het bord op schoot’ verdwijnt. Logisch: is er nog íémand die om 19.00 uur de uitslagen nog niet weet? Niet iedereen is geabonneerd op een sportkanaal, dat klopt, maar waar je vroeger Teletekst gebruikte (ik doe dat af en toe nog steeds) gebruik je nu een van de honderden apps om de tussen- en eindstanden bij te houden. En degenen die ook dat niet doen, zijn waarschijnlijk zo oud en hulpbehoevend dat die al helemáál niet met het bord op schoot eten, omdat de bak bami anders binnen een paar seconden in de gordijnen hangt.

Tijs van den Brink stelde op Radio 1 de enige juiste vraag aan oud-commentator en Studio Sport-icoon Evert ten Napel: “Waarom vindt u het belangrijk dat voetbal wél bij de publieke omroep te zien blijft?” Ten Napel: “Omdat het een traditie is, een rijke traditie. Er wordt al zoveel afgeschaafd van de publieke omroep. Al die jaren dat de eredivisie op televisie is, is het bord op schoot tussen zeven en acht op zondag heilig.”

Opeens begreep ik het: het is gewoon de zwartepietendiscussie – “Blijf met je poten van onze traditie af!” – maar dan in een voetbaljasje, gevoerd door ouderen die weigeren om iets op te geven dat allang achterhaald is en ook nog eens miljoenen aan gemeenschapsgeld kost. Er is voor een boomer niks zo moeilijk dan met zijn tijd mee te gaan, dat blijkt maar weer. Hoe vaak zit jij om 19.00 uur nog klaar voor de samenvatting van RKC-Willem II met een morsige broek van het knoeien?

Wie kijkt er op zondagavond in hemelsnaam nog naar Studio Sport?

Edwin Struis

In huize Struis wordt het regelmatig geprobeerd: tv-kijken met het bord op schoot. Met vaak desastreuze gevolgen. Omdat het me bijna nooit lukt om op deze manier een maaltijd te verorberen zonder te morsen, zou ik bijna de slab willen herinvoeren. En dan staat niet eens Studio Sport op. Want je hebt natuurlijk helemaal gelijk: dat programma is een van de dinosaurussen van de beeldbuis. En we weten allemaal hoe het met deze diertjes is afgelopen.

Van Evert ten Napel kan ik me nog voorstellen dat hij het ‘bord-op-schoot-principe’ te vuur en te zwaard verdedigt, hij was er jarenlang het visitekaartje van, maar wie doe je eigenlijk nog een plezier met die belegen samenvattingen, inclusief de deskundige analyse van RKC-Almere City United FC door Leonne Stentler? Ik kan me zelfs de laatste keer dat ik op zondagavond inschakelde al niet meer heugen. Als ik iets wil zien, dan kijk ik live of ik zoek zelf de beelden op. Dus het opgeven van de dure uitzendrechten lijkt me een prima besparing voor de publieke omroep.

En ja, natuurlijk keken we vroeger naar Sport in beeld, NTS Sport en vanaf 1969 naar Studio Sport. Elke zondag verliep volgens een vast stramien. ’s Ochtends naar de kerk, ’s middags vergaapte je je aan je helden van HFC Haarlem, daarna snel naar huis waar je nog net ‘en dan volgen nu de uitslagen van de hedenmiddag gespeelde wedstrijden’ uit de mond van de legendarische Frits van Turenhout opving, hopende op veel ‘nul-nullen’ vanwege diens karakteristieke uitspraak en daarna stegen al snel de etensgeuren op uit de keuken, waar moeder Struis (vader Struis kon niet eens een ei bakken) een heerlijk maaltje aan het bereiden was.

Klokslag zes uur eten, want om half zeven schoof je aan voor een spannende aflevering van Floris, Thierry de Slingeraar, De vloek van Woestewolf, Catweazle of hoe al die prachtige jeugdseries ook heetten. En dan sloeg de klok zeven en zat de hele familie klaar voor een samenvatting of vier, waarvan de laatste in zwart-wit. Zo drie keer per seizoen kwam je eigen HFC Haarlem langs, maar normaal gesproken moest je het doen met een door de presentator van dienst uitgesproken uitslag. Met een extra vermelding als bijvoorbeeld Piet van den Berg drie keer gescoord had of trainer Barry Hughes weer eens iets ondeugends had gedaan.

Andere tijden, maar één aspect is onveranderd gebleven in al die jaren ouderlijk huis: nooit, maar dan ook nooit, werd er gegeten voor de tv.