Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert
Premium

Dit zijn de Nederlandse kanshebbers op een gouden plak tijdens de Spelen

Drie jaar geleden in Tokio pakte Nederland het recordaantal van liefst 36 medailles. Kan dat beter in Parijs, waar atleten zich van 26 juli tot en met 11 augustus in het zweet werken? Ja, dat kan. Dit zijn de 'golddiggers' van Parijs.

Spelen

Femke Bol 

400 meter horden (donderdag 8 augustus, 21.25 uur)

In atletiekminnend Nederland is al enige jaren sprake van een ware Bol-mania. En dat heeft natuurlijk alles te maken met de prestaties van Femke Bol uit Amersfoort. Ze is regerend Europees- én wereldkampioen op de 400 meter horden, wat Bol uiteraard tot dé topfavoriet maakt op die afstand in Parijs. Ze moet in de Franse hoofdstad zien af te rekenen met haar grote concurrente, de Amerikaanse Sydney McLaughlin.

De voortekenen zijn echter gunstig voor Bol. Ze verkeert in de vorm van haar leven. Begin deze maand won de Sportvrouw van het Jaar 2023 nog op overtuigende wijze de 400 meter op de FKB Games - en dat in 50,02 seconden, de snelste tijd ooit gelopen in Hengelo. In Overijssel ontdekte Bol (24), ook wel Bambi genoemd vanwege haar lange stelten, dat de Bol-mania steeds gekkere vormen aanneemt. Dat ze om een selfie of foto wordt gevraagd, is ze wel gewend, maar dit keer was er zelfs een fan die een handtekening op zijn onderbroek wilde. Gekke jongens daar in Hengelo!

Bol laat het allemaal rustig over zich heen komen. Ze is zeer relaxed. Hoewel Bol natuurlijk ook de spanning zal voelen voor B-day, donderdag 8 augustus om iets voor half tien ’s avonds. Ook zaterdag 10 augustus zal met rood omcirkeld zijn in haar agenda. Dan loopt Bol de 4x400 meter estafettefinale met Eveline Saalberg, Lieke Klaver en Cathelijn Peeters. Vorig jaar werd dit kwartet al op sensationele wijze wereldkampioen in Boedapest.

Sifan Hassan

5 kilometer (maandag 5 augustus, 21.10 uur)

10 kilometer (vrijdag 9 augustus, 20.55 uur)

1500 meter (zaterdag 10 augustus, 20.25 uur)

marathon (zondag 11 augustus, 08.00 uur)

Zeg tegen atlete Sifan Hassan nooit dat iets niet kan. Want Hassan, geboren in Ethiopië en sinds 2013 in het bezit van een Nederlands paspoort, is er juist het levende bewijs van dat een mens altijd meer kan dan ie denkt. Neem nu de Olympische Spelen van Tokio, drie jaar geleden. Wie was er nou zo gek om de 1500 meter, 5 kilometer én 10 kilometer te willen lopen? Juist, Hassan. En hoe: ze triomfeerde op de 5 en 10 kilometer, waarna ze ook nog eens een bronzen medaille won op de 1500 meter. Ongekend. Een nooit eerder vertoonde prestatie.

Daarna was Hassan uitgeput. Doodop. En hoorden of zagen we weinig meer van deze in Amerika trainende gigant. Alsof ze een paar jaar in winterslaap ging om zichzelf weer helemaal klaar te stomen voor de Olympische Spelen in Parijs. Daar hoopt Hassan (31) opnieuw te excelleren. Als de voortekenen ons niet bedriegen, gaat ze voor goud op - hou je vast - de 1500 meter, 5 en 10 kilometer én de marathon, die op slotdag van de Olympische Spelen gepland staat. Dat kan niet? Zeg dat niet tegen Hassan. Want zij laat zien dat niets onmogelijk is in het leven.

Mathieu van der Poel

Wegwedstrijd wielrennen (zaterdag 3 augustus, 11.00 uur)

Welke wielrenner kan zeggen dat hij de Tour de France, de grootste wielerwedstrijd ter wereld, gebruikte als training voor de Olympische Spelen? Juist, Mathieu van der Poel (29). ‘VDP’ peddelde wat in het rond door het Franse landschap, testte af en toe de benen en maakte vooral veel kilometers voor zijn hogere doel: de wegwedstrijd op de Olympische Spelen. Toen het parcours rondom Parijs werd uitgerold, wist Van der Poel: dit is een kolfje naar mijn… euh… benen. In en om Parijs is een rit van 273 kilometer uitgestippeld, waarvan het profiel in veel opzichten doet denken aan de Vlaamse voorjaarsklassiekers. Met een lange afstand, korte, venijnige heuvels en een spetterende finale met driemaal een rondje over een circuit in de wijk Montmartre, inclusief telkens een kasseiklim van een kilometer à 6,5 procent.

Of VDP dat aankan? Vraag dat maar aan de organisatie van de Ronde van Vlaanderen, waar hij zowel in 2020, 2022 en 2024 als winnaar over de meet kwam. Of anders aan de hoge heren van Parijs-Roubaix, waar hij de laatste twee keer wist te triomferen. Vader Adrie en moeder Corinne, een dochter van de Franse oud-renner Raymond Poulidor, weten één ding zeker: als hun zoon ergens zijn zinnen op zet, dan is de concurrentie gewaarschuwd. Van der Poel, die vorig jaar wereldkampioen werd in Glasgow, heeft bovendien iets goed te maken op de Olympische Spelen. In Tokio klapte hij hard tegen een rotsblok tijdens de mountainbikewedstrijd, waarna hij de strijd moest staken.

Demi Vollering

Wegwedstrijd wielrennen vrouwen (zondag 4 augustus , 14.00 uur)

Vergeet de namen van Annemiek van Vleuten en Anna van der Breggen. Het Nederlandse vrouwenwielrennen heeft deze Olympische Spelen namelijk een nieuwe troef om uit te spelen: Demi Vollering. Ze won vorig jaar al de Tour de Féminin, de Tour de France voor vrouwen, en maakte dit jaar al indruk in de Ronde van Spanje en de Ronde van Zwitserland.

In Parijs behoort Vollering zeker tot een van de grote kanshebbers. De finish ligt aan Pont d’Iéna, de brug over de Seine tussen de Eiffeltoren en Trocadéro. En mocht Vollering onverhoopt pap in de benen hebben, dan is er altijd nog een joker om te spelen, ofwel: Marianne Vos.

Harrie Lavreysen

Baanwielrennen teamsprint (dinsdag 6 augustus, 17.30 uur)

Baanwielrennen sprint (vrijdag 9 augustus, 14.00 uur)

27 jaar oud is hij slechts, maar nu al heeft Harrie Lavreysen, ook wel bekend als ‘de Lichtflits uit Luyksgestel’, een erelijst om van te watertanden. Zo is hij dertienvoudig wereldkampioen, werd hij al twaalf keer Europees kampioen en prijken er in zijn prijzenkast ook twee gouden olympische medailles. Lavreysen wist drie jaar geleden twee keer goud te oogsten in Tokio, waar hij samen met Jeffrey Hoogland, Roy van den Berg en Matthijs Büchli triomfeerde op het onderdeel teamsprint en een paar dagen later ook de beste was in de individuele sprint, waarin hij in de finale afrekende met landgenoot Hoogland. Daarmee was Lavreysen de eerste Nederlander die goud won op het koningsnummer van het baanwielrennen sinds Jacques van Egmond in 1932. Als eerbetoon doopte Van Egmonds zoon Paul het Haarlemse café dat hij van zijn vader overnam voor één dag om in Café Lavreysen.

Lavreysen gaat nu in Parijs op herhaling. In het Vélodrome de Saint-Quentin-en-Yvelines, even buiten de Franse hoofdstad, hoopt hij zowel op de individuele sprint als de teamsprint zijn titels te verdedigen. En dat het met zijn vorm wel goed zit, liet Lavreysen begin dit jaar al zien op de Europese Spelen in Apeldoorn. Daar won hij zowel goud op de sprint, teamsprint en het onderdeel keirin. Het leverde hem de bijnaam ‘Harrie Hattrick’ op. Als Lavreysen straks in Parijs zijn derde gouden plak pakt, is zijn bijnaam alvast bekend.

Jan-Willem van Schip

Baanwielrennen omnium (donderdag 8 augustus, 17.00 uur)

Oké, allereerst even een lesje ‘baanwielrennen voor beginners’. In deze sport wordt ook een zogenaamd omnium verreden. Deze discipline bestaat uit vier onderdelen in een vaste volgorde: de scratch (een race over 15 kilometer), een afvalkoers, temporace en een afsluitende puntenkoers. Wie aan het eind van deze onderdelen de meeste punten verzameld heeft, mag zich tot winnaar kronen van het omnium. En laten we nu een specialist hebben in de persoon van Jan-Willem van Schip (29) uit Schalkwijk. Hij won op dit onderdeel goud tijdens de Europese Spelen in het pittoreske Minsk (2019) en was al eens tweede op het WK in Berlijn (2020). We zetten er niet onze hele bankrekening op in, maar Van Schip zou weleens kunnen gaan verrassen in Parijs.

Exact een jaar geleden won hij samen met maatje Yoeri Havik nog goud op het onderdeel koppelkoers tijdens het WK in Glasgow, een prestatie die nooit eerder was vertoond door een Nederlands duo. Van Schip is alleen een beetje een aparte vogel in het baanwielrennen. Hij heeft een ongekende innovatiedrang - met talloze experimenten met zijn materiaal - en zei ook openlijk te worstelen met het leven. Na wederom een openhartig interview over zijn zielenroerselen mailde iemand hem met de boodschap: “Anders zijn is ook teringmoeilijk.” Van Schip beaamde dat wel. Anders is hij, maar ook dat kan leiden tot olympisch goud in Parijs.

Sharon van Rouwendaal

10 kilometer openwaterzwemmen (donderdag 8 augustus, 07.30 uur)

Als er één sport is die Parijs deze zomer kan neerzetten als een reclamezuil voor toeristen, dan is het wel het zwemmen in open water. Die wedstrijd gaat namelijk plaatsvinden in de Seine, de rivier die de Franse hoofdstad doorkruist en waarin zwemmen al honderd jaar verboden is. Terwijl de zwemmers zich in opperste inspanning voort trappelen, zien de tv-kijkers plaatjes van museum het Louvre, de Notre-Dame, Hôtel des Invalides, de Eiffeltoren en natuurlijk Pont Alexandre-III, waar na 10 kilometer zwoegen gefinisht zal worden.

Enfin, je moet er wat voor overhebben. Want de Seine, waar door uitwerpselen van mens en dier te veel bacteriën in zouden leven, is al sinds de aankondiging onderwerp van kritiek. De organisatie beloofde beterschap en investeerde miljoenen om het water te zuiveren. Dat is gelukt, zeggen de Fransen. Sterker: de Franse minister van Sport nam onlangs hoogstpersoonlijk een duik in het Franse water. Dergelijke ongein leidt natuurlijk af van de helden die straks de Seine zullen trotseren.

Neem bijvoorbeeld Sharon van Rouwendaal (30), die in Parijs aan haar vierde (en mogelijk laatste) Spelen begint. Ze won al eens goud op de Olympische Spelen in Rio de Janeiro (2016) en moest drie jaar geleden genoegen nemen met het zilver. Van Rouwendaal is een beetje een onbekende voor veel Nederlanders. Ze woont al vijftien jaar in het buitenland, waar ze jarenlang gedrild werd door de maniakale Franse coach Philippe Lucas. Inmiddels traint ze onder de Duitser Bernd Berkhahn in het Duitse Maagdenburg. Niet minder hard, maar wel vrijer. “Ik heb alles bereikt wat ik wilde,” zei Van Rouwendaal al eens. Zorgt die rustgevende gedachte voor een gouden slotakkoord? Wij denken van wel.

Nederlandse hockeyster/hockeyers

Hockeyfinale vrouwen (vrijdag 9 augustus, 20.00 uur)

Hockeyfinale mannen (donderdag 8 augustus, 19.00 uur)

Vaste prik tijdens de Olympische Spelen: een gouden plak voor de Nederlandse hockeysters. Of ze nu Kim, Naomi, Ellen, Fatima, Lidewij of Eva heten; een push naar goud is eerder regel dan uitzondering. Van de laatste vier Spelen wisten de Oranje-hockeysters liefst drie keer met goud thuis te komen. Alleen in Rio de Janeiro (2016) verslikten de dames zich in de finale in Groot-Brittannië. En ook dit keer zijn ze de uitgesproken topfavoriet. Met in de selectie dit keer namen als Felice Albers, Frederique Matla, Pien Sanders, Maria Verschoor en Xan de Waard. Dit alles onder de bezielende leiding van bondscoach Paul van Ass, die in 2012 al eens olympisch zilver won met de mannenploeg.

Over de mannen gesproken: daar is de goudkoorts de laatste decennia ernstig gedaald. In 2000, tijdens de Olympische Spelen van Sydney, werd voor het laatst een gouden plak mee naar huis genomen. Met destijds klinkende namen als Guus Vogels, Jacques Brinkman, Stephan Veen, Teun de Nooijer en Jeroen Delmee. Diezelfde Delmee is inmiddels bondscoach van Oranje. Aan hem de taak om de blamerende prestatie op de Olympische Spelen van Tokio, toen Nederland slechts vijfde werd, te doen vergeten. Met als spelers dit keer even klinkende namen als Pirmin Blaak, Thierry Brinkman, Jip Janssen, Floris Wortelboer en good old Seve van Ass.

Tes Schouten

100 meter schoolslag (maandag 29 juli, 11.00 uur)

Zwemles vond ze vroeger vreselijk, als 17-jarige overwoog ze te stoppen met zwemmen. Ze is zo nuchter dat niemand haar warm of koud maakt richting de Olympische Spelen in Parijs. Welkom in de wondere wereld van Tes Schouten (23) uit Bodegraven. Maar zodra ze in het zwembad van de Paris La Défense Arena ligt, voelt ze zich als een vis in het water. Het wedstrijdbad is haar thuis, chloor haar parfum en haar badpak lijkt een maatpak van Italiaanse snit.

In februari van dit jaar, tijdens de wereldkampioenschappen in Doha, liet Schouten al zien dat ze een vrouw is om rekening mee te houden in Parijs. In de oliestaat werd ze wereldkampioen op de 200 meter schoolslag en pakte ze tevens het zilver op de 100 meter. Op beide afstanden heeft Schouten het Nederlands record in handen. Volgens Gracenote, een bureau dat nogal prat gaat op statistieken, is Schouten de topfavoriet in Parijs. En wie zijn wij om dat tegen te spreken? Schouten heeft bovendien de vaderlandse gunfactor. Ze is de vleesgeworden girl next door. Iemand die op Koningsdag het liefst met een biertje in de hand staat te hossen op een festival. Maar hé, topsport vraagt offers enzo. Schouten zal oogsten in Parijs, waarna het Holland Heineken House - gelegen in het Parijse theater Le Zénith - vast en zeker op haar komst kan rekenen. Wij zeggen alvast: proost Tes!

En vergeet hen niet!

Roeien

Van 27 juli tot en met 3 augustus wordt er driftig geroeid in Stade Nautique in Vaires-sur-Marne, vlak buiten Parijs. Een sport waarin Nederland-waterland een reputatie heeft hoog te houden. In vrijwel alle disciplines doen er vaderlandse spierbundels mee. Maar wie o wie zal met goud aan de haal gaan? Wij tippen de ‘twee-zonder’ bij de vrouwen, met Veronique Meester en Ymkje Clevering, de ‘dubbel-vier’ bij de mannen - met Finn Florijn, Koen Metsemaker, Lennart van Lierop en Tone Wieten - én de skiff bij de vrouwen met Karolien Florijn.

Veronique Meester en Ymkje Clevering.

Zeilen

Ook het onderdeel zeilen, met dagelijks evenementen tijdens de Olympische Spelen, is een sport waaruit Nederland elke vier jaar een hoop edelmetaal weet te delven. Immers, geen land waar beter getraind kan worden als Nederland. Potentiële gouddelvers in de haven van Marseille (ja, Parijs is nog ver) zijn: Floris van der Werken en Bart Lambriex (klasse 49er), Anette Duetz en Odile van Aanholt (49er FX) en Luuc van Opzeeland (IQFoil). Namen waar je waarschijnlijk nog nooit van hebt gehoord, maar een gewaarschuwd mens telt voor twee!

Floris van der Werken en Bart Lambriex.

Breaking

Nieuw op de Olympische Spelen: breaking, ook wel bekend als breakdance. Op 9 en 10 augustus strijden 32 breakers (zestien mannen, zestien vrouwen) voor het eerst in de geschiedenis om drie olympische medailles. Met daarbij ook Nederlandse inbreng, bestaande uit India Sardjoe, Lee-Lou Demierre en Menno van Gorp. Met name de tiener Sardjoe, onlangs geslaagd voor haar havo-examen, en de zeer ervaren Van Gorp, voormalig wereldkampioen breaking, behoren in Parijs tot de kanshebbers voor goud.

India Sardjoe.

Paardensport

Nederland knollenland. Na de gouden jaren van Anky van Grunsven (met haar paarden Bonfire en Salinero), vervolgens Edward Gal (met Totilas) en Adelinde Cornelissen (met Parzival) is het nu tijd voor een nieuwe generatie viervoeters en hun onberispelijk geklede ridders.

In het even onberispelijke Parc de Versailles is het van 30 juli tot en met 4 augustus de beurt aan Dinja van Liere, Emmelie Scholtens en Hans Peter Minderhoud. Individueel zetten wij wat duiten in op Van Liere, maar nóg kansrijker is de landenwedstrijd, waarin Nederland moet zien af te rekenen met Groot-Brittannië, Duitsland en Denemarken. Goud en haver als inzet!

Premium
Je hebt zojuist een premium artikel gelezen.

Online onbeperkt lezen en Panorama thuisbezorgd?

Abonneer nu en profiteer!

Probeer direct
Sport
  • ANP, Pro Shots