Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert

Bij de politierechter: 'Ik denk alleen maar drugs, drugs, drugs. En alcohol'

Orlando denkt zó vaak aan drugs dat hij bijna zou vergeten dat hij ook een alcoholverslaving heeft. En een snel groeiend strafblad van vijftien pagina’s.

Bij de politierechter: 'Ik denk alleen maar drugs, drugs, drugs. En alcohol'

Als een volleerd Chippendale rukt Orlando* met zijn beide handen zijn gewatteerde zwarte jas open. Rats! Verbaasd kijkt de rechter hem aan.

“Rits kapot,” verklaart Orlando zijn stripact. Voor een man van 31 heeft hij een opvallend jongensachtig postuur en voorkomen. Om zijn nek hangt een lange kralenketting die veel wegheeft van een rozenkrans.

“Daar bent u weer,” stelt de rechter vast.

“Helaas wel, ja,” antwoordt Orlando.

Zijn laatste veroordeling dateert van nog geen drie maanden geleden. Net als toen gaat het ook vandaag weer om winkeldiefstal. Op drie opeenvolgende dagen jatte hij bij hetzelfde filiaal van de Action een set luidsprekers, een accuboormachine en nog een set luidsprekers. Om zijn buit ongezien voorbij de kassa te krijgen jatte hij er telkens ook een ‘cadeautas’ bij.

“U liep nog in de proeftijd van uw laatste veroordeling, wist u dat?” vraagt de rechter.

“Ja, dat wist ik geloof ik wel, ja.”

“Maar u dacht: ik waag het erop.”

“Zoiets. Ik had geld nodig, dus ja...”

“Voor drugs?” gokt de rechter.

“En alcohol,” vult Orlando aan.

Orlando is het soort veelpleger waar een leger aan hulpverleners hun tanden al op hebben stukgebeten. Zijn strafblad telt vijftien pagina’s en groeit nog elk jaar als kool. Boetes, werkstraffen, celstraffen, voorwaardelijke straffen, reclasseringstoezicht, verslavingszorg; niets helpt. Zodra hij de kans krijgt, neemt hij de benen, pleegt hij ergens een winkeldiefstal en zet hij de opbrengst daarvan zo snel mogelijk om in cocaïne en drank.

“Het is lastig, weet je,” waagt Orlando een poging zijn eigen gedrag te verklaren. “Ik denk alleen maar drugs, drugs, drugs. En alcohol. De hele dag door. Al ruim tien jaar. Daar hou je niet zomaar mee op.”

Ook drie klinische opnames in een afkickkliniek, geïnitieerd door de reclassering, mochten niet baten. Drie keer werd hij vroegtijdig weggestuurd. Nog voordat er goed en wel met zijn behandeling kon worden begonnen, verpestte Orlando het door drugs de kliniek binnen te smokkelen, drugs te dealen of positief te testen bij een middelencontrole. Dat is althans de lezing van de reclassering, die er geen brood meer in ziet om nog meer tijd en moeite in hem te investeren. Zelf ziet Orlando dat anders. Goedbeschouwd heeft hij eigenlijk nooit een eerlijke kans gehad, vindt hij.

“Die opnames waren telkens in dezelfde kliniek in Almere, waar iedereen me kent. Iedereen ziet me daar als die stoute jongen die alles doet in ruil voor geld en drugs. Ik werd daar continu door iedereen gebruikt. Als een of andere loopjongen. En die kliniek staat op nog geen 400 meter van het pleintje waar ik altijd hang, en waar ik ook m’n shit haal en zo. Probeer dan maar eens af te kicken. Dat gaat nergens over, toch?” “Verleidingen zijn er overal, ook in andere klinieken,” stelt de rechter. “Uiteindelijk moet u het zelf doen. En dat begint met het zelf willen.”

“Daar ligt het niet aan,” verzekert Orlando haar. “Dit moet stoppen. Zo kan het niet verder, dat weet ik zelf ook wel.” Volgens de officier van justitie is hij hard op weg naar een zogenaamde ISD-maatregel (Inrichting Stelselmatige Daders), het ultieme middel dat alleen wordt ingezet bij de meest hardnekkige veelplegers. In de praktijk komt dat neer op twee jaar zitten. Zover is het nu nog niet, maar andere opties dan ‘kaal afstraffen’ ziet de officier inmiddels niet meer. Ze eist een celstraf van zes weken, plus de tenuitvoerlegging van de twee weken celstraf die hem bij zijn laatste veroordeling als voorwaardelijk deel waren opgelegd.

“In de wetenschap dat hij daarna waarschijnlijk heel snel wéér in de fout gaat,” voegt ze daar moedeloos aan toe. “Maar dat is aan hem zelf.”

Ook de rechter weet zo langzamerhand niet meer van welk hout pijlen te maken. Ze vonnist conform de eis, maar duidelijk zonder de verwachting dat het enig verschil zal maken.

Ze voegt er aan toe: “Ik heb begrepen dat u op de wachtlijst staat van een andere kliniek en van een project voor beschermd wonen. Er zijn dus nog altijd mensen die u willen helpen, maar dat houdt een keer op. Ik hoop dat u zich daar bewust van bent.”

Misdaad
  • Petra Urban