“Wegwerpbarbecues werken niet.” Het antwoord van hoofdredacteur Kraats op mijn mail telde precies drie woorden en liet weinig ruimte voor discussie. Gelukkig had ik mijn voorstel om met Panorama het fenomeen wegwerpbarbecue eens aan een gedegen, proefondervindelijk onderzoek te onderwerpen aan meerdere collega’s gemaild die de noodzaak er gelukkig wel van inzagen. Al was het alleen maar omdat zo’n onderzoek onvermijdelijk gepaard zou gaan met hamburgers, worst, bier en andere zaken die een werkdag er doorgaans niet vervelender op maken.
Dat Kraats er geen heil in zag, was bovendien weinig verrassend: zoals steeds meer Nederlandse mannen beschouwde hij het barbecueën niet zozeer als een gezellige bezigheid, maar meer als een kunstvorm. Hele weekenden, ook de nachten als het moest, bracht hij door in zijn achtertuin omringd door zijn drie of vier geliefde barbecues en een aantal angstaanjagende hompen kwaliteitsvlees die eindeloos lang gerubbed, ge-slow-roast, gelakt, getrancheerd of anderszins door hem geliefkoosd en vertroeteld werden. Zomaar een supermarktworst op een barbecue smijten, laat staan op een wegwerpbarbecue, beschouwde Kraats als een belediging. Voor hemzelf en voor het vak. “Dat is geen barbecuen, dat is vlees cremeren,” bromde hij.
“Als die dingen niet werken, waarom worden ze dan overal verkocht?” wierp ik tegen. “Waarom kun je op een zomeravond dan geen stadspark doorkruisen zonder tussen de vele rookpluimen door te moeten slalommen die vrijwel zonder uitzondering opstijgen uit die goedkope aluminium bakjes?”
Nu gooide Kraats het over een andere boeg: “Om een barbecue te testen zul je behoorlijk wat metingen moeten verrichten,” doceerde hij. “Hoelang duurt het bijvoorbeeld voordat de vereiste temperatuur bereikt is? Hoe gelijkmatig is die hitte over de barbecue verdeeld? Hoelang houdt de barbecue die temperatuur vast? Dat wordt een heel technisch verhaal...”
NIET IEDEREEN BESCHOUWT BARBECUEËN ALS EEN EXACTE WETENSCHAP. VOOR DE MEESTEN IS HET GEWOON EEN SOCIAAL GEBEUREN
Laserthermometer
Tegen zoveel weerstand kon ik niet op. “Niet iedereen beschouwt barbecueën als een exacte wetenschap,” mailde ik enigszins geïrriteerd terug. “Voor de meesten is het gewoon een sociaal gebeuren. Die willen alleen weten welke ze het best kunnen kopen. Maar prima, dan doen we het niet.”
Kraats antwoordde: “Ik zeg niet dat je het niet moet doen, ik snap heus wel dat er een bepaald serviceelement in zit. Ik zeg alleen dat ik er niet aan meedoe. PS. Als jullie nog een laserthermometer nodig hebben, dan hoor ik het wel.” Die hadden we niet nodig, besloot ik na kort overleg met collega Micha, net als ik een extreem wei-nig-eisende gelegenheidsbarbecueër. Het enige dat we wilden weten was: hoe gebruiksvriendelijk zijn wegwerpbarbecues en kun je er met goed fatsoen een bescheiden barbecuepakket op garen zonder alsnog de hulp van thuisbezorgd.nl te hoeven inroepen?
Wegwerpbarbecues koop je in de supermarkt, het tuincentrum, de bouwmarkt, bij de Hema en zelfs bij tankstations. Na slechts een uur winkelen bij een aantal grote winkelketens hebben we acht verschillende exemplaren in huis: de eigenmerk-barbecues van de Hema, de Albert Heijn en de Jumbo, de Grillmeister van de Lidl, de Fire Up Instant Barbecue, de Sol Instant BBQ en twee merkloze exemplaren van de Action en de Xenos. Uitgestald in het natuuren recreatiegebied waar ik met Micha en fotograaf Goffe (en zijn hond Abe) op een zonovergoten vrijdagmiddag heb afgesproken is het een bonte verzameling, maar schijn bedriegt.
Je las een gratis voorstukje van de test die onze redacteuren Jochem Davidse en Micha Jacobs uitvoerden. Benieuwd naar het complete verhaal? Nummer 29 van Panorama ligt nu in de winkel. Online pak je 'm op Tijdschrift.land of Blendle.
- Jochem Davidse
- Goffe Struiksma