MISDAADCOLUMN: De recherche was dicht bij de oplossing van de roofmoord op Jan van der Pool
Elke week schrijft misdaadverslaggever Henk Strootman een column over wat hem opvalt in de crimewereld. Deze week: een bijna opgeloste roofmoord.
“De drie Marokkaanse verdachten van de roofmoord op tegelhandelaar Jan van der Pool (47) uit Zwanenburg moeten de uitkomsten van verder politieonderzoek in de cel afwachten.” Aldus een krantenbericht van 19 maart 2005. “Marokkaanse verdachten,” kom daar anno 2024 nog maar eens mee. Maar tijden veranderen, bovendien wil ik het over iets anders hebben. De moord op harde werker Jan van der Pool, net twintig jaar geleden, is nog altijd onopgelost. Nu komt dat vaker voor, maar een blik in de archieven maakt duidelijk dat de recherche heel dicht bij de oplossing is geweest.
Van der Pool heeft op die 10de september 2004 zijn sierbestratingsbedrijf aan de IJweg 411 in Zwanenburg net afgesloten als hij met wat collega’s in de kantine nog wat staat te darten. Het is het einde van een gewone werkdag, zoals zulke dagen wel vaker verlopen. Maar even na 17.00 uur slaat opeens het noodlot toe. Twee gemaskerde en gewapende overvallers stormen het pand binnen, waar ze de dochter van Van der Pool tegen het lijf lopen en haar dwingen hen voor te gaan naar de kantine.
Als Jan de overvallers ziet binnenkomen, gooit hij in een reflex een dartpijltje hun kant op. Een dappere daad van verzet. Maar ook een fatale
Als Jan de overvallers ziet binnenkomen, gooit hij in een reflex een dartpijltje hun kant op. Een dappere daad van verzet. Maar ook een fatale. Een van de overvallers lost een schot, Jan van der Pool zakt voor de ogen van zijn dochter dodelijk getroffen in elkaar. De daders rennen naar buiten en springen zonder buit in een gereedstaande auto met aan het stuur een handlanger. De hele actie heeft maar een paar minuten geduurd. Lang genoeg om een hele familie voor jaren in diepe rouw te dompelen.
De politie Kennemerland neemt de zaak hoog op en formeert meteen een Team Grootschalige Opsporing (TGO). Als Opsporing Verzocht aandacht besteedt aan de roofoverval en justitie een beloning uitlooft van 20.000 euro komt het onderzoek in een stroomversnelling. Mede aan de hand van meerdere tips arresteert het TGO in december 2004 drie ‘Marokkaanse’ verdachten in de leeftijd van 19, 20 en 22 jaar. Later zou er nog een vierde verdachte worden aangehouden. De recherche houdt twee verdachten verantwoordelijk voor een overval, één voor het besturen van de vluchtauto en één voor het leveren van het moordwapen. Een politiewoordvoerder is vol vertrouwen. “We zijn er vrij zeker van dat ze betrokken zijn bij de overval en de moord,” zo laat hij de media weten.
Het optimisme lijkt gerechtvaardigd, want de recherche blijkt nogal wat stappen te hebben gezet. Een ex-vriendin van verdachte A.B. heeft verklaard dat de man aan haar had opgebiecht het moordwapen te hebben geleverd, iets wat B. later zou afdoen als ‘grootspraak’. Verder blijkt uit telefoongegevens dat de hoofdverdachten ten tijde van de roofmoord in Zwanenburg waren geweest. Als bij huiszoekingen bivakmutsen, geluiddempers en een briefje met instructies voor een roofoverval worden gevonden lijkt het lot beslist voor de verdachten.
Maar dat pakt anders uit. Aanwijzingen zijn er genoeg. En bij het team is er de vaste overtuiging de juiste mannen binnen te hebben. Maar daar denkt zowel het OM als de Haarlemse rechtbank anders over. Bij één verdachte komt het tot een rechtszaak, maar de man wordt wegens gebrek aan bewijs vrijgesproken. De andere drie worden niet eens vervolgd en op last van het OM vrijgelaten. Het is een afloop die bij de politie en nabestaanden van Van der Pool hard aankomt. In 2020 komt de zaak op de (in gevangenissen verspreide) Cold Case Kalender, maar dit levert verder niets op. En de verdachten van destijds? Dat is een interessante. Brave huisvaders geworden met een rijtjeshuis in een Vinexwijk? Of nog wat verder opgeklommen in de Amsterdamse Top 600 van de meest actieve criminelen? Wie het weet mag het zeggen.