Wildwest in Amsterdam-Noord: een terugblik op de overval van de eeuw
De beelden komen van de camera van Peter Beets, die ze inmiddels heeft bekeken, maar zelf niet thuis is. Wie wel thuis zijn aan de Galggouw zijn zijn vrouw Reina en dochter Lisanne. Maar die twee zijn intussen in hun kledingkasten gekropen, uit angst voor vier zwaargewapende, gecamoufleerde mannen die Lisanne beneden plotseling in de tuin zag staan en van wie ze niet weten dat zij hen juist niet komen overvallen, omdat ze dat net hebben gedaan bij de goudsmelterij in Amsterdam.
Reina en Lisanne denken in de kast allebei dat hun laatste uur weleens geslagen kan hebben, zoveel angst hebben ze. Lisanne stuurt nog een filmpje naar haar zus, vertelt ze NH Nieuws. Daarin zegt ze tegen haar: “Ik weet niet hoelang dit gaat duren, maar misschien dat ik er straks niet meer ben.” Ook hun moeder is in paniek: “Nou Rein, dit kan weleens de laatste keer zijn, dacht ik.”
Herkend op vakantie
Maanden later hebben Peter, Reina en Lisanne ‘de gebeurtenis in mei’ inmiddels achter zich gelaten.
“We zijn vrij nuchtere mensen,” laat Reina Beets weten. “We zijn ook blij dat het destijds regende, zodat niet veel mensen op straat waren die het slachtoffer hadden kunnen worden.” Maar de familie heeft ondertussen wel te maken met een ander uitvloeisel van de veldslag die ongeveer in hun achtertuin woedde. Ramptoerisme. Tot op de dag van vandaag rijden er mensen langs met lenzen uit hun auto, om de ‘plaats delict’ te fotograferen. “We werden zelfs herkend op vakantie in Limburg. Dat vinden we vervelend."
De familie Beets is wel tevreden over hoe de politie de zaak achteraf afhandelde, willen ze nog kwijt.
“We moesten met mijn dochter naar het bureau in Noord om te verklaren, en daar had ze helemaal geen zin meer in. Maar we werden daar zo goed behandeld dat het wel leek of we in onze eigen huiskamer zaten. Politieagenten zijn natuurlijk ook mensen met een gezin en ze konden zich goed voorstellen wat de impact van de gebeurtenis op ons was.”
‘Misschien is het nog wel cool om zoiets te bekokstoven, maar de uitvoering was wel heel mager. Hoe denk je dat je hier bij daglicht al rondschietend mee weg kunt komen?’
Ook Max Hoefeijzers uit Amster-dam-Noord is lovend over de politie. “Als je dan ziet hoe snel ze handelden en dat ze na een uur het gros van de verdachten al hadden gepakt. Ja, dat vind ik wel echt knap werk. Daar mag de politie zich weleens voor op de borst kloppen.”
Max was wel even verbaasd over het feit dat hij een politieauto lángs de overval zag rijden, in plaats van ernaartoe. “Een agent legde me uit dat dit was omdat agenten met hun pistool weinig kunnen uitrichten tegen de overvallers met hun mitrailleurs. De patronen zouden dwars door hun kogelwerende vesten zijn gegaan.” Hoewel Max het ‘krankzinnig’ vindt dat de overval vlak voor zijn huis plaatsvond, heeft de schietpartij achteraf gezien niet veel indruk op hem gemaakt. “Dat is omdat er geen mensenlevens op het spel leken te staan. Natuurlijk stierf er later wel een overvaller in Broek. Maar dat is het risico van het vak, denk ik dan maar.”
Max vond de overval nogal amateuristisch uitgevoerd. “Het is natuurlijk lachwekkend hoe het is gegaan. Als je dan uit België of Frankrijk komt en je kent de omgeving niet, de wijk niet, en je weet kennelijk niet hoe de politie te werk gaat. Wat dachten ze dan? Dat ze misschien in een film speelden waarin ze een overval plegen, waardoor ze voor de rest van hun leven niet meer hoeven te werken?
Misschien is het nog wel cool om zoiets te bekokstoven, maar dan was de uitvoering ervan wel heel mager. Hoe denk je dat je hier bij daglicht, om drie uur ’s middags, al rondschietend, mee weg had kunnen komen? In een wereld waarin iedereen met een camera op zijn telefoon rondloopt.”
Slappe lach
Ook Nadia is positief over het handelen van de politie. “Chapeau voor het feit dat ze de overvallers hebben gepakt. Politiemensen vertelden me later dat ik mazzel had gehad, dat ik het kon navertellen. Het bleken heel zware gasten te zijn, het was dus geen kattenpis. Dit was een groep mannen die je liever niet in je leven tegen wilt komen.” Terugkijkend op haar avontuur moet Nadia toegeven dat de overval meer invloed op haar heeft dan gedacht. “Ik heb voor hetere vuren gestaan in mijn leven, maar ik moet toch zeggen dat het impact op me heeft gehad. Na mijn flinke vloekpartij vlak na de overval kreeg ik de dagen erna enorm last van de slappe lach. Kennelijk moest ik de spanning kwijt.”
Minder leuk vond Nadia het dat de kogels uit kalasjnikovs haar in haar dromen om de oren vlogen.
“Gelukkig heeft de politie me in die dagen goed ondersteund. Ik heb mezelf in die week ook nog even getrakteerd. Met een ossenhaasje en een fijne cocktail. Om te proosten op het feit dat ik het leven nog steeds mag vieren.”
WAT IS ER GEBEURD?
De bewoner van het huis op de hoek van de overvallen goudsmelterij schrikt in de middag van 19 mei wakker van het geluid van het automatische vuurwapen. Hij herkent het geluid omdat hij in het leger heeft gediend. Maar als hij naar buiten loert, ziet hij niets meer.
Zijn bovenbuurman kijkt meteen uit het raam en is van meer getuige. Een man met een automatisch geweer, die naar een auto toe rent.
Het blijft een tijd onduidelijk waarom er steeds meer politieauto’s en voertuigen van speciale eenheden toestromen naar de Meeuwenlaan. Er ligt geen slachtoffer op de grond, dus er is geen sprake van een liquidatie. Er gaat nog even een wild gerucht dat het om de verdwenen Belgische militair gaat, waar een legermacht op dat moment naar op zoek is. Maar dan verschijnt er in de media het bericht over een overval op een waardetransport. Maar waar staat die wagen dan? En welk bedrijf is er in het pand gevestigd waarvoor geschoten werd? Een jonge man die om de hoek woont, geeft uitsluitsel. Hij zag een paar maanden terug een filmpje op YouTube, waarop te zien was dat het bedrijf waar de schoten voor de deur werden gelost, goud bewerkt. Een snelle zoekslag op Google maakt duidelijk om welk bedrijf het moet gaan: Schöne Edelmetalen. En wat betreft dat waardetransport: de bus van het bedrijf dat dit verzorgde, stond achter de poort van het pand geparkeerd. Uit het straatbeeld dus.
HET POLITIEONDERZOEK: DE EERSTE HONDERD DAGEN
Het is een gigantische politiemacht die zich op 19 mei bezighoudt met de achtervolging van de overvallers in Amsterdam-Noord, die zo dramatisch eindigt in een zompig weiland in het Noord- Hollandse Broek in Waterland. Daar steken vier overvallers hun auto’s in brand, waarna ze met hun vluchtwagen op de politie stuiten. Die vlucht eindigt in het weiland achter de Galggouw in Broek. Twee van hen raken bij de actie gewond, terwijl een van hen dodelijk wordt geraakt door een politiekogel. Reanimatie bij de man mag niet meer baten.
Het blijkt later om een 47-jarige Fransman te gaan. Een vijfde verdachte wordt aangehouden in Diemen. Een zesde op de A20 bij Kralingen, in Rotterdam. De zes verdachten komen deze week voor het eerst voor de rechter, in een inleidende zitting voor de rechtbank in Amsterdam. Het gaat om mannen in de leeftijd van 24 tot 43 jaar, van wie twee uit België, drie uit Frankrijk en één waarvan de nationaliteit onbekend is. Justitie laat weten dat ze ervan worden verdacht een gewelddadige roof op een waardetransport te hebben gepleegd, waarbij ze met automatische wapens hebben geschoten.
In juridische termen gaat het om een ‘poging tot gekwalificeerde doodslag in vereniging’.
En ‘diefstal met geweld in vereniging’ van een ‘grote hoeveelheid kostbare edelmetalen’. Zo staat het op de rechtbankrol vermeld. Over het strafblad van de mannen doet justitie geen mededelingen. Het Openbaar Ministerie bevestigt dat de politie nog steeds op zoek is naar ‘een aantal voortvluchtige daders’. Eerder werd gesproken over twee verdachten. De Amsterdamse politiechef Frank Paauw gaf vlak na de overval aan dat dit er zelfs meer zouden kunnen zijn.
Over de waarde van de buit: de daders zouden er met goud en diamanten ter waarde van maar liefst 50 miljoen euro vandoor zijn gegaan. De politie gaat ervan uit dat de volledige buit is teruggevonden.
Agenten en vuurwapengeweld: ‘OVERVALLER SCHOOT VAN DICHTBIJ OP MIJ’
Agent Peter Mellenberg van het Amsterdamse korps kreeg meerdere keren in zijn loopbaan te maken met extreem vuurwapengeweld. Hoe gaat een politieman daarmee om?
Na zoveel dienstjaren weet inspecteur Mellenberg dat het om de zoveel tijd gebeurt. Een overval, een schietpartij, of een terroristische aanslag. Een van de eerste keren dat hij dit meemaakte was het meteen goed mis. Bij het overmeesteren van een overvaller schoot deze een paar keer van heel dichtbij op hem. “Ik kon nog net in een reflex mijn hoofd opzij doen, zodat de kogels alleen mijn jukbeen raakten in plaats van door mijn oog te gaan. Ik kan het gelukkig navertellen. Maar ik weet daardoor wel hoe het is om zo’n moment mee te maken.”
Mellenberg weet hoe het net zich, zoals in Broek in Waterland, om overvallers kan sluiten. Politiemensen worden steeds beter getraind om hiermee om te kunnen gaan. “Als criminelen met oorlogswapens gaan schieten, moeten ze erop rekenen dat dit zich als een boemerang tegen ze kan keren. Agenten zullen proberen ze op te houden tot het arrestatieteam, met zwaardere wapens, op komt dagen. Als de overvallers namelijk met kalasjnikovs schieten, is zelfs een kogelwerend vest daar niet tegen bestand.”
Mellenberg is trots op de collega’s die erin slaagden om de overvallers in Broek in Waterland aan te houden. “Het was natuurlijk niet slim van de daders om in Noord meteen te gaan schieten. Toen was het meteen duidelijk dat het menens was. Maar het was dapper en knap hoe mijn collega’s precies tot het juiste moment hebben gewacht om de verdachten te omsingelen. Het toont aan dat het steeds lastiger is geworden om in deze stad weg te komen met dit soort misdaden.”
Een politievoorlichter laat weten dat het Amsterdamse korps nazorg heeft verleend aan de betrokken agenten bij de schietpartij in Broek in Waterland.
Littekens
Een dag na de overval zijn in Broek in Waterland de littekens van de overval nog steeds te zien. Op de asfaltweg die naar het weiland leidt waar de overvallers werden gepakt, liggen nog de gesmolten restanten van de Porsche Cayenne die door de criminelen na hun vlucht in brand is gestoken. Ondertussen passeert er elke twee minuten een auto op dit stille landweggetje. Na een dag nieuwsverslaggeving over de overval en eindeloos veel filmpjes die na de gebeurtenis viraal gingen, willen mensen met hun eigen ogen zien waar de veldslag plaatsvond.
- ANP, Joost van der Wegen