Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert

Week van toen: Melkkoe Mike melkt zichzelf (1996)

Elke week poetsen we een pareltje op uit het rijke archief van Panorama (anno 1913). Deze week, uit editie 25, 1996: ‘Van klussers tot petjes-miljonairs’

Mike

Als bokslegende Mike Tyson (inmiddels 58) geen maagzweer zou hebben, was hij dit weekend de ring ingestapt met youtuber Jake Paul, 27 en inderdaad de vriend van schaatsster Jutta Leerdam. Nu dat feest niet doorgaat, had hij onlangs alle tijd om naar Amsterdam te vliegen om daar een eigen winkel te openen: de Tyson 2.0 Brandstore. Mocht je nog een Tyson-koffiemok, -petje of -capuchontrui willen hebben, dan weet je waar je moet zijn.

En heb je na het winkelen zin om te blowen, dan kun je terecht bij de Tyson 2.0 Coffeeshop, op kruipafstand van het Centraal Station in Amsterdam, want die heeft hij ook. Toen die vorig jaar werd geopend, zei hij dat dat een droom was die uitkwam. En, zo verzekerde hij, daar wordt geen troep verkocht. Tyson: “Ik heb al mijn producten zelf getest.”

Tyson, door de jaren heen door schade en schande wijzer geworden, ontpopt zich steeds meer als een ondernemer buiten het boksen, zoveel is duidelijk. Ook in 1996, een jaar voordat hij tijdens zijn zoveelste comeback een stuk van het oor van opponent Evander Holyfield afbeet, veranderde alles wat hij aanraakte in goud. Enige verschil met nu: destijds was het niet hij die bakken met geld verdiende, maar gewiekste ondernemers die van zijn populariteit profiteerden. Wij spraken in die tijd mensen als Michael Kupferberg en Brett Bombicino, toen twee twintigers uit Chicago. Zij hadden een kledinglijn met petjes en T-shirts ontworpen waarmee zij hun levensmotto Live Hard wilden uitdragen. Een handel waar ze bijna al hun hebben en houwen in hadden gestoken, maar wat maar niet van de grond wilde komen. Totdat ze een modebeurs in Las Vegas bezochten waar Mike Tyson ook aanwezig was. Toen Kupferberg hem zag lopen, wurmde hij zich door het publiek en bodyguards die achter Tyson aanliepen waarna hij Tyson een petje met het Live Hard-logo in zijn handen drukte. “Dit mag je nooit kwijtraken,” zou hij Tyson hebben toegeschreeuwd, waarop die zou hebben geantwoord: “Ik zal ervoor zorgen.”

‘Het Live Hard-petje leverde Tyson niks op, de makers ervan tientallen miljoenen’

Typisch zo’n gevalletje daar-hoor-je-nooit-meer-iets-van, totdat Tyson twee maanden later een persconferentie gaf in de aanloop naar een wereldtitelgevecht, mét dat petje op zijn hoofd. Kupferberg en Bombicino knepen hun armen blauw, omdat ze het niet konden geloven. Opeens stond hun telefoon roodgloeiend, want iedereen moest en zou zo’n petje hebben. Het Tyson-effect deed wonderen, ook voor hun portemonnee: “Eerst hadden we een omzet van niks, nu verwachten we een jaaromzet van zo’n 10 miljoen dollar.”

Bijna dertig jaar later doet Tyson eigenlijk hetzelfde, maar dan in eigen beheer. Hij zal het blijkbaar nodig hebben. Nog niet zo lang geleden zei hij dat hij nog altijd kampt met de naweeën van zijn faillissement in 2003. Alle miljoenen die hij tot dan toe had verdiend, waren als sneeuw voor de zon verdwenen door een jarenlange alcohol- en drugsverslaving en andere slechte financiële beslissingen. Dat hij met de veel jongere Jake Paul de ring in wil, doet hij ook alleen maar voor het geld. Beiden verdienen namelijk zo’n 20 miljoen euro aan het gevecht, dat live op Netflix wordt uitgezonden. Als het nog doorgaat tenminste.