Sportcolumn: Ajax op z’n Italiaans: ‘Siamo l’Ajax, siamo i miglori!’
Iedere week schrijven onze Panorama-verslaggevers samen een column over wat hen opvalt in de sportwereld. Deze week: voetbaltrainer Francesco Farioli.
Edwin Struis
Binnen afzienbare tijd tik ik de zestig aan, maar ik kan me niet herinneren dat Ajax in die tijdspanne een coach contracteerde waarvan ik nog nooit gehoord had. Misschien met uitzondering van de Roemeen Stefan Kovács in 1971, maar toen die verhuisde naar Amsterdam was ik nog geen 7 jaar en allang blij dat ik de spelers van mijn HFC Haarlem een beetje begon te herkennen.
Francesco Farioli heet de goede man en hij schijnt nogal gecharmeerd te zijn van filosofen als Schiller, Heidegger, Hegel en Kant, of hoe al die denksporters ook mogen heten. Kanthalf, zeg je? Nee, Kant, Immanuel. Je weet wel, uit de tijd van de Verlichting. Nee, dat heeft niets met lichtmasten van doen.
In zijn afstudeerscriptie aan de universiteit van Florence over de esthetiek van voetbal en de rol van de keeper haalde de inmiddels gediplomeerde filosoof veelvuldig illustere collega’s uit heden en verleden aan en combineerde hij de doelman zelfs met de drie levensmodellen die de Deense filosoof/theoloog Søren Kierkegaard voorstond. Nee, niet Lerby, Kierkegaard.
Dat Ajax op elk niveau een paar weldenkende mensen nodig heeft, zal ik niet ontkennen, maar ik ben bang voor een overdosis wijsbegeerte in een stadion dat al vernoemd is naar de grootste voetbalfilosoof van allemaal. “Ik heb nog nooit een zak geld een doelpunt zien maken.” Hoe wil deze Italiaanse huis-tuin-en-keukenfilosoof daar nog overheen komen? Of: “Als je zelf de bal hebt, hoef je niet te verdedigen, want er is maar één bal.” Dan gaat Farioli het niet redden met zijn: “Tussen spel en ons bestaan is geen identificatie, maar eerder sprake van verstrengeling.” “Eh, trainer, wat bedoelt u precies?” hoor je Kenneth Taylor al verzuchten.
Er schoot me opeens een aflevering van Monty Python te binnen over een filosofenwedstrijd tussen Duitsland en Griekenland. De Duitsers met Schopenhauer, Wittgenstein en Nietzsche in de gelederen, terwijl bij de Grieken Plato, Socrates en Aristoteles in de basis staan. Met Confucius als scheidsrechter. De eerste 89 minuten bestaan uit fors denkwerk van de spelers zonder dat de bal beroerd wordt, dan ziet Archimedes het licht, roept ‘eureka’ en brengt het leder aan het rollen resulterend in een kopgoal van Socrates, die hevig wordt aangevochten door druk discussiërende Duitsers.
Misschien kan Farioli voor zijn eerste training eerst even dit filmpje laten zien. Te vaak zat er afgelopen seizoen geen gedachte achter het voetbal van Ajax. Dat gaat ongetwijfeld veranderen, maar hopelijk wel in de geest van Cruijff want: “Je gaat het pas zien als je het doorhebt.”
Micha Jacobs
Was Socrates een Griek? Ik durf te zweren dat hij met Brazilië meedeed aan het WK van 1982, net als de Poolse voetballer Plato, al kan ik daar ook een letter naast zitten. Ik denk dat ze zich in Amsterdam in hun handjes mogen knijpen met signore Farioli, al doen ze dat al snel na Mislintat, Steijn en Van ’t Schip. Een Italiaan aan het roer is sowieso hoopvol. Zei Cruijff ook niet dat ‘Italianen niet van je kenne winnen, maar dat je wel van ze ken verliezen?’ Of nog zo eentje: “Geef Italianen één kans en ze maken er twee?”
Ik verheug me nu al op de persmomentjes met Joep Schreuder, om maar een andere filosoof te noemen. Zijn boek komt in september uit en heeft een titel waar zelfs Johan Cruijff nog een puntje aan kan zuigen: Een verloren wedstrijd kun je niet meer winnen. Schreuder en Farioli, twee filosofen onder mekaar, ik zie het al voor me. In het Italiaans natuurlijk, want ik kan me niet voorstellen dat Joeps talenknobbel beperkt blijft tot het Nederlands, Engels, Spaans, Portugees, Duits en een beetje stokbrodenfrans. Eindelijk eens een gesprek op hoog niveau in plaats van dat oeverloze gelul over positiespel, expected goals en andere statistieken.
“Meneer Farioli, ik heb gemerkt dat u bijzondere wimpers hebt. Zijn die echt of doet u iedere ochtend na het tandenpoetsen een beetje mascara op?”
Of: “Meneer Farioli, die baard van u: trimt u die zelf of gaat u iedere ochtend naar de barbier?”
“Trouwens, meneer Farioli: ik weet dat de Nederlandse croissants vast niet de kwaliteit hebben die u gewend was in Zuid-Frankrijk, maar zijn ze toch nog enigszins te pruimen?”
En dan een week later: “Meneer Farioli, ik ben speciaal voor u even naar Zuid-Frankrijk gevlogen om uw favoriete croissantjes te halen. En, hoe smaken ze?”
Flauw natuurlijk, maar je weet hoe dat gaat. Er hoeft maar een buitenlandse trainer de persruimte binnen te lopen of we gaan een beetje raar doen met z’n allen. Laat ik er zelf dan ook eens een filosofische uitspraak ingooien, vrij naar Confucius: een mens heeft twee oren en één mond om twee keer zoveel te luisteren dan te praten. En dan hoop ik dat Farioli die andere Chinese denker, Lao-Tse, citeert om de Schreuders en de Kraays van deze wereld van zich af te schudden: als je troebel water met rust laat, wordt het vanzelf helder. Een wijsheid die ze in Amsterdam goed in hun oren moeten knopen volgend seizoen.
- NL Beeld