Hij glipt tussen twee verdedigers door en ontvangt de bal terug. Plots staat hij oog in oog met de op hem afstormende doelman. Het gebeurt in een fractie van een seconde, hij denkt niet na, maar wipt de bal in één snelle beweging over de Spanjaard heen. Als in slow-motion zweeft de bal door de lucht, om hem heen valt alles stil, de tijd vertraagt en in zijn hoofd spoelt die terug.
Hij staat op het punt het winnende doelpunt te maken tegen Spanje, uitgerekend Spanje, het land waar zijn vader en moeder hem mee naar toe namen als hij nog maar drie jaar oud is. Waar hij zijn eerste stappen zette als voetballer bij CD Thader in het kleine Spaanse plaatsje Rojales. Vanaf dat moment weet hij het zeker, er nu zal vanaf dan voor hem niets dan voetbal zijn.
De bal blijft zweven, het stadion houdt de adem in en hij denkt aan zijn moeder, de belangrijkste persoon zijn leven. Ze zit daar ergens ver boven in het stadion, samen met zijn broer, Faustino, met wie hij urenlang over voetbal kan praten en natuurlijk met zijn vader Regilio van wie hij zijn voetbaltalent heeft geërfd.
Hij denkt terug aan die dag in de zomer van 2010 als hij samen met zijn vader het stadion van FC Barcelona binnenstapt. De club van zijn grote idool, Xavi Hernández, waar zijn ouders hem naar vernoemden en hij zijn eerste contract tekent. Hij denkt aan La Masia, het jeugdcomplex van de club en alle trainingen, wedstrijden en toernooien die hij daar speelde met de grootste talenten ter wereld en die hem tot de voetballer hebben gemaakt die hij vandaag de dag is.
Even is hij terug in het nu, in het stadion in Qatar waar de bal één keer stuitert en de keeper naar achteren grijpt in een ultieme poging zijn doelpunt te voorkomen. Maar hij ziet het zelfs in de vertraging van het moment, de bal heeft teveel vaart. Hij, Xavi Simons, gaat de WK finale beslissen. Ze hebben het hem allemaal vertelt, al sinds hij heel klein was. Een natuurtalent, een fenomeen, een toekomstige wereldster, hij heeft het allemaal voorbij horen komen. Het doet hem weinig, hij wil alleen maar op het veld staan. Hij en de bal, dat is het enige wat telt.
Een geldwolf, een verwend jong, een arrogant ventje, zo noemden ze hem ook. Zeker toen hij vertrok bij Barcelona. Het zou een keuze voor het geld zijn, zijn miljoenen volgers op Instagram hebben hem het hoofd op hol gebracht zo wordt er geschreven. Ze snappen niet dat hij alleen maar wil voetballen, beter wil worden, de top bereiken. In Parijs gaven ze hem die kans. Hij denkt aan zijn helden aan wie hij zich optrok, aan Neymar die hem als zijn kleine broertje ziet en aan Messi die voor hem als een vader is. Helden die ook aan zijn zijde staan als hij zijn debuut maakt in de hoofdmacht van PSG.
De stilte van het stadion wordt doorbroken, hij hoort het collectieve vullen van de longen, het geluid van duizenden kelen die zich klaarmaken voor een uitbarsting. Een paar maanden geleden had hij zich niet eens kunnen voorstellen dat hij hier zou staan. Hij maakte bij Paris geen kans op een basisplaats, maar toen belde PSV. Of hij bij hun wilde komen voetballen? Hij twijfelde geen moment. Tegen een legende als Van Nistelrooy zeg je geen nee.
Dat het zo snel zou gaan had hij zelf ook niet gedacht. Natuurlijk hij had bij de grootste clubs ter wereld gespeeld maar daar was hij het jonkie, het talent, daar was de druk anders. Nu was hij plots in Nederland, het land waar ze al sinds hij jong was over hem schreven als de hoop van het Nederlands voetbal. Toch voelde hij geen druk, er veranderde ook eigenlijk niets. Het was nog steeds alleen hij en de bal.
Die bal stuitert over de doellijn. Het onmogelijke wordt mogelijk, de bookmakers gaven Oranje weinig kans maar het staat te gebeuren, Nederland wordt wereldkampioen. Hij hoort het stadion trillen, de bal verdwijnt, de Spaanse spelers verdwijnen, het stadion verdwijnt.
Voor hem op de salontafel ligt zijn telefoon waarvan het scherm oplicht. Met klamme handen neemt hij op. “Ja, meneer Van Gaal. Dank u wel voor deze kans, meneer Van Gaal”, hoort hij zichzelf zeggen. Als hij ophangt loop hij direct door naar de gang, waar zijn koffer al gepakt staat te wachten. Voordat hij de deur uitloopt kijkt hij naar de foto die aan de wand hangt. Een foto van een zesjarig jongetje met een bos vol krullen met onder zijn arm een bal. Hij lacht een brede lach.
- Unsplash, Fauzan Saari