Ver voor Tinder was er Leo Burgwal, verslaggever bij Panorama en een geboren koppelaar. Dat blijkt uit het artikel dat hij in 1982 maakte. Daarin helpt hij Ans een handje, een 46-jarige gescheiden vrouw die genoeg heeft van haar alleenstaande leven en via contactadvertenties een nieuwe man zoekt. Leo gaat met haar naar een alleenstaandenparty in de disco, stapt met haar in de bus voor een alleenstaandenreisje, gaat naar een dansavond en ontdekt en passant dat zoiets als Second Love ook toen al bestond. “Ans is alleen. Ze vertelt dat haar huwelijk zeven jaar geleden op de klippen liep. Achttien jaar was ze toen getrouwd. Ik kwam erachter dat mijn man al een jaar een verhouding had met een buurvrouw op de camping, zegt ze. Dat deed voor mij de deur dicht.”
Verslaggever Leo Burgwal zoekt via contactadvertenties contact met vrouwen. Niet om de nieuwe man in hun leven te zijn, maar om hun verhaal op te tekenen en mee te gaan tijdens hun zoektocht naar een nieuwe vriend. Amsterdamse Ans is een van de eersten die reageert. “Ik heb er een gezet, gewoon zomaar, omdat ik dat ook weleens wilde proberen. Veertig brieven kreeg ik erop, maar allemaal van die rare reacties. Eén was schijnbaar een seksmaniak. Die vertelde al helemaal wat hij wel en niet wilde. Nou, dan knap je wel zo af, dat je geen advertentie meer plaatst. Veel ervaring met die advertenties heb ik dus niet. Wel wat betreft die clubs voor alleenstaanden. Wat een narigheid ik daar niet heb meegemaakt! Ik ben er nu wel achter dat daar heel wat getrouwde kerels rondlopen, die alleen maar uit zijn op een avontuurtje.” Dat dat zo is, ervaart de verslaggever zelf als hij, op zo’n avond voor alleenstaanden, een man aanspreekt van wie wordt gefluisterd dat hij getrouwd is.
“Ja, het klopt. Ik ben getrouwd. Maar ik woon niet in Amsterdam, ik werk hier de hele week. En dan ben je toch ook een beetje alleenstaand. Je wilt er weleens uit en ik hou nu eenmaal van dansen. Waarna hij me vraagt om discretie en doorloopt.”
Ans komt veel van dat soort heren tegen, mannen die nu op van die vreemdgangers-sites zouden zitten. En ze ontmoet ook veel kerels bij wie het vooral om de seks gaat. “Ik leerde een arts kennen. Hij was heel aardig en netjes. Aan het eind van de avond vroeg hij of ik nog even met hem meeging naar Wassenaar. Kwart voor elf was het en ik zei dat ik dat toch wel wat laat vond. Toen antwoordde hij: Ja, maar je kan toch blijven slapen? Ik liet hem weten daar niet zo van gediend te zijn en zijn reactie was: Heb ik daar ruim honderd kilometer voor gereden, om alleen maar jus d’orange met je te drinken? Ach, trouwen zou ik nooit meer willen, maar een leuke verhouding, daar hoop ik nog wel op.”
‘Heb ik daar ruim honderd kilometer voor gereden, om alleen maar jus d’orange met je te drinken?’
“Ze laat me een kaartje zien van een man die ze op een avond heeft ontmoet. In die grote ballentent, zoals ze Krasnapolsky voordien heeft betiteld. Hij lijkt een beetje op McCloud.”