De week van toen: 'Imagine dat hij nog zou leven'

Vlak voordat hij op 8 december 1980 voor zijn appartement in New York werd doodgeschoten, gaf John Lennon een interview aan de Amerikaanse Playboy, een blad waar wij van Panorama in die tijd mee samenwerkten (de Nederlandse Playboy bestond toen nog niet). Een interview dat hij, uiteraard, samen met zijn vrouw Yoko Ono gaf, want zonder haar deed de ex-Beatle bijna niks. Mét haar ook niet trouwens: nadat in 1975 het album Shaved Fish van The Plastic Ono Band uitkwam, een wisselend muzikantencollectief dat Lennon en Ono hadden bedacht, was hij uit de openbaarheid verdwenen. Lennon was huisman geworden, vertelde hij: “Ik heb brood gebakken en op de baby gepast dat, zoals elke huisvrouw weet, een dagtaak is.” Het rock-’n-roll-leven had hij vaarwel gezegd. Lennon: “Ik heb verplichtingen gehad of stond onder contract vanaf mijn 22ste tot ver in de dertig. Na al die jaren was het alles wat ik wist. Vrijheid kende ik niet. Ik was aan alle kanten ingepakt. Mijn contract was mijn gevangenis. Mezelf te leren

kennen was belangrijker dan een rock-’n-roll-leven en onderworpen te blijven aan de grillen van je eigen prestaties of de voorstelling die het publiek van je heeft. Rock-’n-roll was niet leuk meer. Ik besloot niet de makkelijkste weg te bewandelen in mijn vak – naar Las Vegas gaan en al je tophits zingen, als je geluk hebt, of naar de hel gaan, Elvis achterna.” Natuurlijk ging het ook over de eeuwige discussie of Ono inderdaad zo’n kenau was, of ‘vrouwtjesdraak’ zoals Lennon haar liefkozend noemde, en of hij bij haar ‘onder de plak zat’, wat een van de oorzaken zou zijn dat The Beatles in 1970 uit elkaar gingen. Lennon daarover: “Waanzin. Niemand controleert mij. Ik ben oncontroleerbaar. De enige die mij controleert ben ikzelf en dat is al nauwelijks mogelijk. (…) Wanneer mensen dat niet zien, zien ze nooit iets. Die mensen spelen alleen maar met zichzelf. Ze kijken naar mij, maar het kan iedereen zijn. Mick Jagger bijvoorbeeld. Laat mensen zich op Mick Jagger aftrekken: ik heb het niet nodig.”

‘Laat mensen zich op Mick Jagger aftrekken: ik heb het niet nodig’

In die tijd stond Paul McCartney ook nog weleens voor zijn deur in New York, met zijn gitaar. “Ik liet hem binnen,” zei Lennon, “maar uiteindelijk zei ik: bel me voortaan als je langs wilt komen. We leven niet meer in 1956 en zomaar bij iemand aanbellen gaat niet meer. Daar was hij boos over, maar ik bedoelde het niet kwaad. Ik wilde alleen maar zeggen dat ik de hele dag voor de baby zorgde en dat er dan ineens iemand bij je op de stoep stond...”

Het was de laatste keer dat de ex- Beatles elkaar zouden zien. In de late avond van 8 december 1980 werd Lennon door Mark Chapman, die idolaat van Lennon was, voor zijn appartement doodgeschoten.

John Lennon werd slechts 40 jaar.