Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert

In botsing met de wet: 'Kortsluiting in de bovenkamer'

Iedereen kan in aanraking komen met de wet. Als verdachte. Wat doet dat met je als mens? Wat kun je het beste doen als je zoiets overkomt? En wat kan het voor gevolgen hebben? Aan de hand van haar praktijk legt strafrechtadvocate Nancy Dekens in deze serie wat voorbeelden voor. Wellicht heeft u er ooit iets aan…

wet

Een tijdje terug kreeg ik een e-mail van de 10-jarige zoon van een teamgenoot uit mijn hockeyteam. Of ik wat vragen wilde beantwoorden voor zijn werkstuk voor school, over de rechtspraak. Zoals wat ik leuk vind aan advocaat zijn. En wat ik precies doe. Of ik bekende zaken heb gedaan. En of ik weleens iemand heb geweigerd of heb willen weigeren. Vragen die ik vroeger ook vaak kreeg, maar dan van leeftijdsgenoten. Toen was ik nog niet zo ervaren dat ik zaken niet wilde doen. Nu kan ik zeggen dat ik in al die tijd dat ik dit werk doe nog nooit een zaak geweigerd heb.

Er heeft weleens een zaak bij gezeten die me wat minder lag. Of er was weleens een klant met wie het niet goed klikte. Daar probeerde ik me dan overheen te zetten en als dat niet lukte, droeg ik de zaak over aan een ander. Maar dat is me echt maar een enkele keer overkomen. Wat ik wel lijk aan te trekken zijn mensen die zijn opgepakt voor kleine of grote vergrijpen die zijn gepleegd onder invloed van een psychose. Er is kortsluiting in de bovenkamer, daardoor is er iets gebeurd en zitten ze vast.

Pieter Baan Centrum

Deze mensen zitten vaak helemaal vast in hun eigen werkelijkheid. Daar kunnen ze niets aan doen. Ze begrijpen niet hoe het kan dat ze in de gevangenis zitten. En erger: er voorlopig niet uit komen. Deze mensen worden vaak onderzocht door een psycholoog en een psychiater van het NIFP (het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie). Er wordt onderzocht of de strafbare feiten, als deze bewezen kunnen worden verklaard, zijn gepleegd terwijl iemand aan een psychische stoornis of een geestesziekte leed. En ook in welke mate diegene toerekeningsvatbaar was ten tijde van het plegen van het strafbare feit. Het NIFP stelt adviesrapporten op die in de strafzaak worden gebruikt.

Indien de klant niet meewerkt aan zo’n onderzoek, of door het ziektebeeld niet kán meewerken, kan een opname in het Pieter Baan Centrum (PBC) volgen. Die onderzoeken kosten tijd. Vooral door wachttijden bij het NIFP en het PBC. De ene verwarde klant reageert daar anders op dan de andere. Sommigen knappen heel erg op gedurende de voorlopige hechtenis, omdat ze in het gevangeniswezen behandeld kunnen en willen worden. Sommigen blijven psychotisch, omdat ze gedurende het voorarrest niet behandeld willen worden of niet optimaal behandeld kunnen worden. Dat maakt de bijstand gedurende het strafproces complex.

Vertrouwen winnen

Voor het voeren van een goede verdediging is een bepaalde mate van vertrouwen nodig. De klant moet erop vertrouwen dat je hem of haar helpt. En niet tegen ze bent. Dat vertrouwen moet je als advocaat zien te creëren. Bij mensen die lijden aan een psychose is dat een interessant proces. Ik veer meestal een  beetje mee in de psychose en probeer dan terug te veren, naar de lijn van de te voeren verdediging die mij het beste lijkt. In de hoop mijn klant daarin mee te krijgen. Dat lukt de ene keer beter dan de andere keer.

Soms willen mensen een bijzonder verzoek indienen bij de rechter, waar ze niet vanaf zijn te brengen. Dat heeft er weleens toe geleid dat ik heb verzocht een bisschop als getuige op te roepen. Tot een getuigenverhoor is het in die zaak niet gekomen. De rechtbank vond dat niet nodig. De klant was blij dat ik het verzoek had gedaan. Hij voelde zich serieus genomen.

Illustratie: Renee van den Kerkhof

Jehova’s getuigen

Ik heb ook weleens op verzoek van een klant diverse boeken gelezen over Jehova’s getuigen en allerlei symboliek die in hun prenten is verwerkt en die op verschillende manieren is te interpreteren. Mijn klant had een enorme angst voor Jehova’s getuigen in zijn omgeving ontwikkeld en besloot letterlijk van zich af te slaan om van hen af te komen. Dat was uitgemond in verschillende ernstige – geen dodelijke – geweldsdelicten tegen Jehova’s getuigen. Mijn klant vond het zelfverdediging. Nadat ik al die boeken had gelezen, en er met hem over had gesproken, begreep ik vanuit zijn point of view beter waarom mijn klant had gehandeld zoals hij had gedaan. En waar zijn angsten vandaan kwamen. Daarmee won ik een stukje van zijn vertrouwen.

Dat kwam zijn verdediging ten goede. Alle verweren die zijn gevoerd, werden afgewezen. Deze klant accepteerde desondanks de uitspraak van het hof in de zaak: vijf jaar gevangenisstraf en tbs. Vrij recent heb ik een man bijgestaan die bij de politie had toegegeven zijn zus om het leven te hebben gebracht. Hij zat vol verdriet. Anderhalf jaar later ontkende hij alles. Niet alleen dat hij zijn zus zou hebben gedood, maar ook dat hij ooit een zus had gehad. De verklaring die bij de politie was afgelegd en die was vastgelegd met een camera, was niet door hem afgelegd, maar door iemand anders die precies op hem leek. In de gevangenis zaten meer mannen met dezelfde naam en geboortedatum als hij en ze zagen er allemaal net zo uit als hij. De hele zaak ging niet over hem. Het was allemaal één grote vergissing dat hij werd berecht en die anderen niet. Cliënt gleed steeds verder af in zijn eigen denkwereld. Niemand kon meer tot hem doordringen. Ik ook niet. Dat maakte zijn verdediging niet gemakkelijk. Want er lag een tbsveroordeling op de loer.

Schizofreen pleidooi

Tijdens de zitting bleef hij herhalen dat het allemaal één grote vergissing was en dat hij niet degene was om wie de zaak ging. Het zou heel raar zijn als hij straf zou krijgen voor iets wat hij niet had gedaan. Waar waren al die anderen met wie hij vastzat die dezelfde naam en geboortedatum als hij hadden? Het moge duidelijk zijn: er was op de zitting geen normaal gesprek met hem te voeren. Ik besloot de rechtbank te vragen uit te laten zoeken of er bij cliënt in de gevangenis mannen zaten met dezelfde naam en geboortedatum. De rechtbank gaf de officier de opdracht dit uit te zoeken. Dat bleek niet het geval.

Nu niet, eerder niet. Maar cliënt bleef de gehele zitting roepen dat het allemaal niet klopte. Het leidde ertoe dat ik in die zaak een wat schizofreen pleidooi heb gehouden. Dat wat ik naar voren moest brengen, ging namelijk niet over de man in de rechtszaal, maar over iemand anders… Er volgde een veroordelend vonnis. Met een straf die naar mijn idee echt de bodem was: drie jaar gevangenisstraf en tbs. Tot mijn verrassing accepteerde deze cliënt zijn vonnis.

Bovenkamer

Het heeft mij altijd gefascineerd hoe iemands bovenkamer op hol kan slaan. Dat kan verschillende oorzaken hebben. Het kan ontstaan door bepaalde leefomstandigheden, door een ernstige gebeurtenis, door drugsgebruik, het staken van medicatie... Dat hoeft lang niet altijd te leiden tot strafbare feiten. Maar als dat wel is gebeurd, is dat erg. Voor de slachtoffers, of nabestaanden, maar ook voor degene die is opgepakt. Ik vind het belangrijk deze mensen het gevoel te geven dat ik ze serieus neem.

Dat ik er ben om ze te helpen. Dat ik naar ze luister en niet alleen maar over die verdenking wil praten.

Ondertussen zoek ik voortdurend naar een evenwicht tussen wat goed is voor de klant in de strafzaak en hoe de klant daar zelf tegenaan kijkt. En probeer daar overeenstemming over te krijgen. Ik voel me soms net een acrobaat die niet van het koord probeert af te vallen. Hoewel de bijstand aan dit type klant ingewikkeld is, loods ik ze graag door het strafproces.

Als de klant dan met een acceptabele uitspraak uit zijn of haar strafzaak komt, ben ik een tevreden advocaat.

Misdaad
  • Nancy Dekens
  • Renee van den Kerkhof