Peter (43) is aan de vroege kant voor zijn rechtszaak. De tijd die hij overheeft benut hij door op de gang alvast zijn verhaal te testen op zijn eigen advocaat, die door een enorme stapel papier bladert en niet of nauwelijks lijkt te luisteren.
“Hij heb gewoon lopen zoeken. Zo is ie wel. Bij collega’s heb ie het ook gedaan. Van de zes zijn er al vijf ontslagen. De een om nog vagere redenen dan de ander. Hij heb gewoon lopen zoeken. Bij mij kon ie niks vinden. Daarom komt ie nu met dit. Met ver… eh… hoe heet het? Verduistering, ja. Verduistering. Complete onzin. Waar is het bewijs? Waar zijn de camerabeelden? Laat maar zien. Ik heb geen geld gejat. Nog nooit. En ook niet ver… eh… verduisterd.”
@backlink(155313)
Wanneer de bode zijn naam omroept is Peter nog altijd bezig met zijn monoloog. Pas als hij stopt met praten, merkt hij voor het eerst het bekertje koffie op in zijn hand. Die is inmiddels koud. In één teug giet Peter het spul naar binnen. Tot zover de warming-up. Tijd voor de wedstrijd.
Minstens zes mensen die bij een Bo-Rent-vestiging in Enschede een auto huurden, ontvingen daarna de betaalde borg niet terug. Het geld zou binnen drie werkdagen worden teruggestort, maar anders dan de man achter de Bo-Rent-balie beloofde, gebeurde dat nooit. Bij elkaar opgeteld is er zo’n 2400 euro foetsie.
“De relatie tussen werkgever en werknemer,” doceert de officier van justitie, “is een vertrouwensrelatie, en dat is wat verduistering in dienstbetrekking zo vervelend maakt. Stelen is al niet fraai, maar stelen van iemand die jou volledig vertrouwt, dat is nog erger. En dat is wat hier is gebeurd. Meerdere keren zelfs. Meneer heeft zeker zes keer een greep uit de kassa gedaan, die hem door zijn bedrijfsleider was toevertrouwd.”
Peter ontploft nu bijna, zo veel moeite kost het hem om zijn mond dicht te houden. Vertrouwensrelatie? Die man achter de balie was hij, zo had de net aangetreden en nu al onuitstaanbare bedrijfsleider al snel uitgevogeld. In alle zes de gevallen waren de autosleutels bij Peter ingeleverd. Peter ontkent dat ook niet, hij heeft die sleutels aangepakt, maar het terugstorten van de borg is niet zijn werk. Dat mag hij niet eens doen. Bovendien was hij alle zes de keren niet degene geweest die ’s avonds de kassa had opgemaakt en afgesloten. Dat hadden anderen gedaan.
Hij snapt nog steeds niet wat hem overkomt. Eerder, toen de vestiging nog geen nieuwe bedrijfsleider had, runde Peter de boel min of meer. En goed ook. Van bovenaf kreeg hij bijna dagelijks te horen hoe blij ze met hem waren. Afijn, er kon geen veer meer bij. Maar toen kwam de nieuwe bedrijfsleider. Opeens was niemand nog goed genoeg. Peter ook niet. Hij werd op staande voet ontslagen. “Ik heb geen geld gejat. Nog nooit. En ook niet verduisterd.”
Of de rechter hem gelooft, laat ze in het midden. Er is geld verdwenen en klanten hebben ten onrechte hun borg niet terug ontvangen. Dat zijn de feiten. Dat dat geld in Peters zak is verdwenen, is slechts een veronderstelling. Er is geen enkel bewijs voor. De rechter spreekt hem vrij.
“Precies,” zegt Peter, “dat leek mij dus ook.”
@backlink(155239)
Lees het in Panorama
Dit was een aflevering van 'De politierechter' uit de oude doos, geschreven door onze verslaggever Jochem Davidse. Benieuwd naar de aflevering van deze week? Lees 'm in ons magazine op Blendle of bestel een papieren versie.