Aanstaande maandag, 20 februari, zou Nirvana zanger Kurt Cobain 50 zijn geworden. Hij werd maar 27. Net als Jim Morrison, Janis Joplin, Jimi Hendrix en Amy Winehouse. Waarom haalde ook Cobain de 28 niet? Een GRATIS voorstukje van het verhaal uit de nieuwe Panorama.
De meest legendarische rock- en popmuziek komt zelden voort uit vrolijk door het leven stappende geluksvogels met een liefhebbende familie, fijne hobby's, voldoende geld, populariteit, gezondheid en zelfvertrouwen. Misschien is het wel een gevalletje van kosmische gerechtigheid dat muzikanten met zo'n achtergrond altijd in de schaduw blijven van worstelende, verstoten, verongelijkte, verslaafde, psychisch verwarde, zwaar depressieve of erfelijk belaste exemplaren. Mocht er een recept bestaan om toe te treden tot de club van 27 waar ook Amy Winehouse, Jimi Hendrix, Jim Morrison en Janis Joplin toe behoren, dan had Kurt Cobain beslist vooraan gestaan bij het uitdelen van de ingrediënten daarvan.
Lees ook: verdomme, nu jaagt een Allman Brother zich een kogel door het hoofd
Ingrediënt 1: een gebroken gezin
De eerste zes jaar van Cobains leven verlopen rustig en hij beschrijft die periode later als één van de gelukkigste uit z'n leven. Kleine Kurt is een knap ventje met knalblauwe kijkers en gouden engelenhaar. Hij is een getalenteerd en vrolijk kind dat al op zeer jonge leeftijd erg creatief blijkt en niets leuker vindt dan iedereen te entertainen. Omdat het huwelijk tussen Don (21) en Wendy (19) Cobain niet bijzonder liefdevol is, gaat alle aandacht van Wendy naar Kurt die geniet van haar aandacht. Kurt is ook een stuiterbal die veel aandacht nodig heeft. De problemen met de kleine Kurt beginnen wanneer Donald en Wendy Cobain in een vechtscheiding belanden en hun oorlog over de hoofden van de kinderen uitvechten. In 1975 (hij is dan 8 jaar) schrijft Kurt Cobain op zijn slaapkamermuur: Ik haat mama, ik haat papa. Papa haat mama, mama haat papa. Daar word je ontzettend verdrietig van.
Na de scheiding krijgt Kurt in het huis van z'n moeder een stiefvader die drinkt en in het huis van z'n vader een stiefmoeder die zelf twee kinderen heeft. Kurt voelt zich verraden en ingeruild. Van nummer één komt hij terecht op de laatste plaats in de pikorde. Hij wordt een teruggetrokken, somber en soms zelfs wreed joch dat in z'n pubertijd zelf een kat doodmaakt. Daarover krijgt hij later, wanneer hij zich ontpopt als enorme dierenliefhebber, enorme spijt. Kurt maakt zich zo onmogelijk in beide gezinnen dat hij eindeloos rond wordt geschoven tussen vader, moeder, opa, oma, ooms, oudooms, vrienden en zelfs vage bekenden. Vanaf zijn 16de slaapt hij regelmatig in verlaten panden, onder bruggen, in auto's, garages of in een kartonnen doos. Het nummer Something In the Way gaat over die periode.
Ingrediënt 2: een vijandige, uitzichtloze en armoedige sociale omgeving
Kurt Cobain groeit op in een armoedige wijk van Aberdeen in de staat Washington. Wanneer één van de (vele) drummers van Nirvana, Chad Channing, voor het eerst in de wijk komt wonen waar Kurt opgroeit, is hij geschokt: “Het was alsof je in het zuiden van de Bronx terechtkwam. Mijn god. Het was echt heel erg. Plotseling sta je midden in een krottenwijk.” In Aberdeen heerst armoede en alcoholisme. Huiselijk geweld en zelfmoord zijn aan de orde van de dag. De werkeloosheid is er hoog eind zeventiger jaren en de mannelijke bevolking bestaat voor een groot deel uit weinig artistieke snordragende die steevast een prop pruimtabak achter de bovenlip hebben zitten, in busjes of pick-up trucks met grote spatlappen rijden en vaak hun eigen wiet telen. Marihuana is dan ook volop te krijgen en niet duur.
Lees ook: Tim Akkerman: ‘Di-rect heeft hitlijsten gemanipuleerd’
Ingrediënt 3: verslavingsgevoeligheid
Kurt begint op 13-jarige leeftijd alcohol te drinken en wiet te roken. Tegen de tijd dat hij 14 is, blowt hij elke dag en gebruikt hij LSD. Daarnaast drinkt hij zich regelmatig een delirium. Kurt en z'n vrienden zijn daarbij geholpen door een bejaarde bevriende alcoholist. De jongens maken hem wakker, kleden hem wanneer nodig aan (een smerig werkje), rijden hem – als hij te bezopen is om te lopen – in een supermarktkar naar de dichtstbijzijnde supermarkt en laten hem drank kopen in ruil voor één grote fles bier. Op 18-jarige leeftijd betrekt Kurt samen met zijn vriend Jesse Reed, bij wiens familie hij een tijdje heeft gewoond, een aftands appartement voor 100 dollar per maand. In dat roze geschilderd hok neemt het drugsgebruik van Kurt Cobain extreme vormen aan. Behalve dat hij dagelijks en soms de hele dag door LSD gebruikt en blowt, zijn alle muren besmeurd met scheerzeep van het merk Edge. Niet omdat de heren enige waarde hechten aan persoonlijke verzorging, maar omdat ze de dampen uit die spuitbussen gebruiken om knetterstoned te worden. “Kurt ging altijd nog een stapje verder,” zegt jeugdvriend Steve Shillinger. “Door net een beetje meer dan anderen te gebruiken, en opnieuw te nemen zodra hij niet high meer was. Hij vond het echt te gek om helemaal naar de klote te gaan; liefst midden op de dag.”
Er is maar één drug waarvan Cobain zich voorneemt deze nooit aan te raken: heroïne. Hij zweert dat hij nooit in die val trapt, hoezeer hij ook gefascineerd is door alle rock-'n-roll-helden die eraan onderdoor zijn gegaan. Hij wordt een keer woest op z'n vriend Jesse Reed omdat die oppert heroïne te proberen. “Waarom wil je jezelf doden?” vraagt hij. “Waarom wil je dood?” Toch injecteert hij, ondanks z'n enorme angst voor naalden, begin november 1990 voor het eerst heroïne. Hij belt enthousiast z'n bassist Krist Novoselic op die hem waarschuwt en zegt dat hij met vuur speelt. Maar de geest is dan al uit de fles. Niet veel later treft z'n eerste vriendin Tracy hem op de vloer van hun wc aan met een naald in z'n arm.
Lees het in Panorama
Benieuwd naar het complete verhaal over Kurt Cobain? Je leest het verhaal van onze redacteur Mylène de la Haye in editie 8 van Panorama, die nu in de winkels ligt. Je kunt het blad ook via onze website bestellen of op Blendle lezen.