Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert

Victor Reinier: 'Je bent heel moeilijk uit te gummen'

Hij is de man van de politieseries Baantjer en Flikken Maastricht. Maar ook de man die nogal eens in opspraak raakt...

https://cdn.pijper.io/core/panorama-fallback2.png

Playboy nam een kijkje in de ziel van Victor Reinier. En wierp een blik op zijn haarkleur. ‘In de zomer wordt grijs haar dat gevergd is oranje, waardoor ik als een soort parodie op André van Duin door het leven ging.’

Ben je de man geworden die je als jonge jongen hoopte te worden?

Nee, zeker niet. Toen ik acht was wilde ik heel graag een poffertjeskraam dan wel frietkraam. Het is allebei niet gelukt. Daarna heb ik lang gedacht dat ik biochemicus zou worden. Mijn oom en tante deden dat en biologie en scheikunde waren mijn twee beste vakken op school. Het acteren is pas heel laat in mijn hoofd opgekomen.

Had je ook dromen als: later heb ik een groot huis en een dikke auto?

Nee, daar was ik echt totaal niet mee bezig. Mijn vader was grafisch ontwerper en mijn moeder zat in de mode, ze gaven allebei les aan de Rietveld Academie, dus financieel was het best krap. Maar daar heb ik nooit wat van gemerkt. Geld speelde bij ons geen enkele rol, principes waren een stuk belangrijker. Ik heb ook pas op mijn 26ste mijn rijbewijs gehaald, omdat het me totaal niet boeide. Net zomin als de auto waarin ik rij me interesseert. Ik rij nu een BMW omdat ik een kind heb. Dat ding is altijd stuk, nog vaker dan de Fiat Punto die ik ervoor had, maar wel lekker veilig. Wat ik als jongetje wel belangrijk vond, waren mijn vriendschappen. Ik heb een heel hechte vriendengroep sinds de lagere school.

Dacht je vroeger dat het geluk ergens anders lag dan waar het bleek te liggen?

Ik ben heel erg dyslectisch en kom uit een intellectueel gezin, dus ik heb altijd een beetje gedacht: ik moet het anders doen in het leven dan mijn omgeving, want er zijn puzzels die iedereen moeiteloos oplost en ik niet. Een verkeersbord is voor mij al een cryptogram, bij wijze van spreken. Dus ik heb altijd gedacht: als ik ooit slim word, dan komt het wel goed. Op school begreep ik er helemaal geen reet van. Dat hele dyslexie bestond in de jaren zestig nog niet, dus ik was in de ogen van anderen gewoon een dromer, iemand die liever buiten speelde. En ik dacht alleen maar: hoe word ik ooit zo slim als mijn vrienden en mijn zus? Ik hoop maar dat dat ooit gaat lukken.

Is acteur worden dan bevredigend? Of is dat eigenlijk een beetje dom werk als je streven vooral is om slim te worden?

Nee, dat was zeker bevredigend. Ik kom uit een links artistiek milieu, mijn tante speelde aan het grote toneel, en mijn ouders waren altijd het trotst als ik ook een toneelstukje deed.

Je hebt vier jaar Lucky Letters gepresenteerd. Schaamde je je ten opzichte van hen niet toen je een quiz ging presenteren?

In het begin dacht ik wel: dit moet ik niet doen, dit is slecht voor mijn carrière, mensen gaan mij als quizmaster zien. Toen heb ik alle casting directors van Amsterdam gebeld en gepolst. De belangrijkste van het hele pakket, Hans Kemna, zei: ‘Alles wat je goed doet, schaadt je niet.’ Die opmerking heb ik altijd bij me gedragen en ook aan mijn kinderen uitgelegd.

Waarom deed je het?

Omdat ik heel uitgesproken kritiek en commentaar had op de quizmasters van dat moment, zoals ik wel vaker uitgesproken ben in dingen. En opeens kreeg ik de kans om het zelf te doen. Ik had wel even bedenktijd nodig, maar tijdens het denken belde John de Mol mij ’s avonds thuis op. Ik dacht nog dat het een grap was, dat het een vriendje van me was. Maar het was hem echt. En toen ging John de Mol mij met twee fantastische argumenten proberen over te halen, namelijk: 1. Ik werd lid van de De Mol-familie en 2. Er zou een foto van mij komen te hangen in de hal bij Endemol.

Toen was je om natuurlijk.

Toen was ik om. Nee, ik dacht: als ik nou zo’n grote bek heb over die anderen, dan moet ik het gewoon gaan proberen. Ik had er plezier in en ik verdiende ongekend veel geld. Als acteur krijg je normaal gesproken een cao-loon, en met dit verdiende ik opeens een paar ton per jaar. Ik heb toen een huis in Amsterdam-Zuid gekocht van die quiz.

Waarom ben je ermee gestopt als het zo leuk is en zo goed verdient?

Op een gegeven moment word je er geestelijk niet heel veel wijzer meer van. Als je het eenmaal onder de knie hebt, is de uitdaging snel weg en moet je er gewoon mee kappen.

En die uitdaging had je wel bij Baantjer, al die seizoenen?

Baantjer heb ik twaalf jaar gedaan, maar toen was dat ook echt op. Daarna kwam gelijk het voorstel voor Flikken. Ik heb gezegd dat ik dan wel bij het hele maakproces betrokken wilde zijn en dat de personages meer persoonlijke ontwikkelingen moeten doormaken. Ik vind dat dat heel goed is gelukt. En het is echt niet normaal hoe goed het maar blijft scoren. Daar ben ik heel trots op.

Is dit nu het beste waar je op werkgebied kan zijn, of heb je nog andere ambities?

Nee, het beste is het nog lang niet. Ik vind het wel heel belangrijk dat ik naast Flikken nu een toneelstuk ga doen. Het theater heeft het grote voordeel dat je vijf weken in een repetitielokaal gaat zitten, waarin je alles fout mag doen, en daarmee jezelf heel erg ontwikkelt. Bij televisie is die tijd er niet. En dan is het toneelstuk ook nog eens speciaal voor mij geschreven, door Ger Thijs. Het heet Roem en gaat over een acteur die na twaalf jaar hoofdrol in een politieserie dood wordt geschoten in die serie, en daardoor bij de psychiater komt, gespeeld door Renee Soutendijk. De grappen liggen natuurlijk voor het oprapen, maar de bedoeling van Ger is wel dat we uitvogelen wat het betekent als je bang wordt voor het feit dat je er niet meer toe doet. Dat je bang bent dat mensen dan langs je heen zullen lopen, dat je een schim wordt.

Herken je die angst?

Dat zal mij niet snel overkomen, denk ik. Als ik nu ophoud met Flikken, wordt die serie nog tien jaar herhaald. Je bent heel moeilijk uit te gummen. Dus ook al zou ik het willen, dan lukt het nog niet om een schim te worden. Ik ben er ook niet bang voor, omdat ik er niet aan hecht om zichtbaar te zijn. Dat hele bekendzijn heeft wel als voordeel dat je soms dat tafeltje in een restaurant kan bemachtigen, maar voornamelijk is het een enorme schending van je privacy.

Heb je je daarop verkeken?

Ja. In het begin denk je daar helemaal niet zo over na, dan hoop je vooral dat je heel goed wordt en tien Oscars wint. Dan ben je zo naïef dat je je nog niet realiseert dat die roem bepaalde consequenties met zich meebrengt. Dat je bekeken wordt, dat mensen steeds iets van je willen. Maar Piet Römer leerde mij dat als mensen om je aandacht vragen, het altijd leuker is en sneller voorbijgaat als je dat geeft. Als je zegt: ‘Nee, heb ik geen zin in,’ dan wordt het een discussie waar geen enkele winnaar uitkomt. Mensen worden chagrijnig, ik word chagrijnig, het duurt eindeloos. Door Piet heb ik een heel eenvoudige vorm gevonden die voor mij goed werkt en voor de mensen die ik tegenkom ook.

Je kan nog steeds wel behoorlijk narrig zijn tegen de media, toch? Bijvoorbeeld bij Tim Hofman, die je naar de keel vloog nadat hij je op de rode loper vroeg of je liever geen sex had of sex met je eigen moeder.

Ja. Maar dat heb ik bijgelegd. Ik zat gek genoeg precies naast hem bij de uitreiking van de Televizier-Ring. Toen dacht ik: het is ook wel een beetje verjaard. Ik zei: ‘Laten we het er even over hebben. Dat ik je fysiek heb aangepakt, had ik niet moeten doen.’ Toen zei hij: ‘Ik schaam me ook voor wat ik bij jou heb gedaan.’ ‘Klaar?’ ‘Klaar.’ Dus dat is nu prima. Hij ging te ver, ik ging te ver.

Kun je je er op zich iets bij voorstellen dat een boze huisbaas Tims kaak laatst heeft gebroken?

Nou ja, dat is misschien het risico van het vak. Je moet niet denken dat je alles maar tegen iedereen kan zeggen omdat je een camera bij je hebt. Als je iemand te ver irriteert en je krijgt een ram voor je bek, dan hoort dat erbij.

Was jij vroeger als jonge jongen ook al driftig?

Ja, ja. Ik kan slecht tegen onrecht. Daar word ik heel boos van. Het lastige is dat ik tegelijkertijd heel naïef ben, ik word aan alle kanten keihard genaaid. Want ik ben de acteur, en de producenten proberen het altijd voor minder. Die zeggen allemaal: ‘Maar meneer, er zit echt niet meer in,’ en ondertussen zie je links en rechts mensen in steeds grotere auto’s gaan rijden. Ik kan ook echt heel boos worden over de verrechtsing en intolerantie in Nederland. Dat vind ik zo pijnlijk.

Je lijkt ook makkelijk te ontploffen op het moment dat journalisten in je privéleven duiken.

Ik noem dat geen journalisten, maar ja. Dat komt ook omdat de types die daarin zitten te wroeten, dat doen op het moment dat je ligt te creperen. En dan rare dingen opschrijven met veel vraagtekens erachter. 'Heeft Victor Reinier zijn vriendin uit het raam gegooid???' Dat doet best pijn. Mijn kinderen krijgen daar ook mee te maken. Mijn dochter heeft een jongen toen een klap gegeven, omdat die heel gekke dingen zei. En dat komt door die blaadjes.

Wat voor gekke dingen zei hij dan?

Weet ik veel. Dingen over mij, en mijn dochter vond dat ze mij moest verdedigen op het schoolplein. We hebben het over de lagere school, hè? En dan moet mijn kind zich daarover verdedigen. Daar maak ik me heel erg kwaad over.

Ik neem aan dat je het nu hebt over de tijd dat je vriendin tijdens opnamen voor Flikken in Maastricht uit het raam viel, en jij onderwijl ook nog in scheiding lag?

Ja.

Heeft die gebeurtenis uiteindelijk de grootste ontwikkeling in je leven teweeggebracht?

Je komt wel tot andere inzichten. Dat soort rampenscenario’s werkt uiteindelijk, als je er goed uitkomt, heel louterend. Je komt er geharder uit en met meer ervaring. En dan met echte ervaring. Dus niet van: ik fietste, had ik zomaar een lekke band! Nee, mijn lekke band was toen echt heel plat. En dat duurde best lang. Dat was echt pittig. Je scheidt wel heel snel het kaf van het koren in je vriendenkring. Die rampspoed die mij destijds is overkomen, heb ik kunnen overleven omdat ik mensen om me heen heb verzameld die mij helpen als dat nodig is. Toen ik vijftig werd, had ik tachtig mensen uitgenodigd: oude vrienden, nieuwe vrienden, iedereen was er. Iemand ging daar ook over speechen en zei: 'Kijk hoe we hier zitten met z’n allen.' Toen was ik trots, ik ben trots dat ik het voor elkaar heb gekregen om die mensen als vriend aan mij te verbinden.

Is drankzucht nog een dingetje in je leven?

Bier. Púllen bier gaan erin.

Ja? Drink je veel?

Eh… ik kan heel veel drinken. Mijn vrienden en ik noemen onszelf wel ‘innemers'. Als ik heel moe ben, zoals nu, omdat ik op werkgebied met veel dingen tegelijkertijd bezig ben, mijn ouders oud worden, ik twee gezinnen heb, eentje met tweede oude kinderen uit mijn vorige relatie, en een jong kind met mijn huidige vriendin Aimee, dan is dat heel veel. En dan kan ik op vrijdag weleens denken: ik ga lekker bier drinken. Maar dat werkt averechts. Alcohol is natuurlijk helemaal niet goed voor je. Dat zie ik ook bij mijn ouders. Zij dronken hun hele leven best veel, en zij krijgen daar nu ook echt last van. Sinds een paar maanden hebben ze daarom de alcoholvrije wijn omarmd. En zij worden daar heel blij en gelukkig van. Dus het kan wel, haha. Maar ja, ik vind ook niets leuker dan mijn vadertje ophalen, met z’n tweeën naar de stamkroeg om de hoek wandelen en daar samen even een biertje drinken.

Ben jij een andere vader dan jouw vader was?

Totaal. Het is een heel andere tijd. Mijn vader zat aan het eind van de dag thuis zijn krant te lezen, met een jenevertje erbij. En dan moesten wij een beetje relaxed doen terwijl mijn moeder het eten maakte. Dat is nu totaal ondenkbaar. Ik vind het heel leuk om te koken en om die kinderen te zien. Mijn vader ging nooit naar het sportveld, als mijn kinderen sporten wíl ik aan het veld staan.

Ben je bij je tweede leg een andere vader dan bij je eerste leg?

Ik ben een stuk ontspannener. Ik schrik niet meer zo hard als een kind huilt. Aimee kan zich soms heel druk maken over iets terwijl ik denk: niks aan de hand. Maar dat is oneerlijk, want de eerste keer was ik niet anders.

Moet je erg op je lip bijten om niet zo’n gilvader langs de lijn te worden?

Ja, want dat was ik wel. Mijn dochter heeft heel lang gehockeyd, en dan stond ik aan de kant scheidsrechters uit te schelden. Je hebt mensen die het fijn vinden om het team van hun eigen kinderen te bevoordelen bij het scheidsrechteren. Dat is een heel gekke gedachte, want die kinderen vinden dat helemaal niet fijn. Dus dat ga ik dan aan zo iemand uitleggen. Mijn dochter was daar veel beter in, die zei beleefd tegen zo’n scheidsrechter: ‘Meneer, mag ik wat vragen?’ Bij mij was het gelijk: kadeng! Dus mijn dochter heeft niet alle wedstrijden uitgehockeyd.

Je wordt langzaam ouder en wijzer. Heb je bij je eerste grijze haar weleens overwogen om je lokken te verven?

Overwogen? Ik werd op mijn dertigste al grijs, dus ik verf het eigenlijk pas twee jaar niet meer. Bij Baantjer gingen ze het al verven en bij Flikken hebben we dat overgenomen. Alleen wordt in de zomer grijs haar dat je verft oranje, dus op een gegeven moment liep ik als een soort parodie op André van Duin door het leven. En toen dacht ik: dit slaat nergens op, waarom mag ik niet grijs worden? Dus zo gezegd, zo gedaan. Ik vind het enorm ontspannend. Je kan grijs haar alleen inktzwart verven, zoals George Baker dat doet. Bij hem vind ik dat heel geestig en leuk, het past bij hem, maar daarmee houdt het wel op.

Wilfred Genee heeft het ook.

O ja? Dat weet ik niet, ik zie hem nooit.

Kijk je nooit naar Voetbal Inside?

Nee, ben je gek. Hij zit als een soort slang olie op het vuur te gooien, zodat die grijze snorremans, Johan Derksen, weer iets heel beledigends kan zeggen over iemand, terwijl die man zelf echt nooit een deuk in een pakje boter heeft gevoetbald. Het enige wat ze fijn vinden is lopen schreeuwen en beledigen. Dat irriteert me. Voetbal is de grootste volkshobby, waarom zo zuurpruimen? Hou je frustraties lekker voor je.

Wat is uiteindelijk het belangrijkste inzicht dat je in je leven hebt opgedaan?

Dat het heel belangrijk is dat je in het leven de dingen doet die je zelf wilt doen. Dat je je niet door anderen laat voorkauwen wat goed voor je is. Dat je je niet laat leiden door materialisme en geld. De enige dingen waar je gelukkig van wordt in het leven, zijn de dingen die je zelf graag wil doen. Dat is best lastig en je moet een beetje mazzel hebben, want het is wel een luxepositie dat ik iets doe wat ik echt heel leuk vind. Maar dat is wel een inzicht dat ik heb gekregen.

Waardoor heb je dat gekregen?

Door van alles. Ook door films. Vaak worden personages in films pas echt gelukkig nadat ze geconfronteerd worden met een probleem en uit hun comfortabele leventje moeten stappen. Dan vinden ze bijvoorbeeld echte liefde. Dat kom je in het echt soms ook tegen. Mijn ouders zijn onwaarschijnlijk lieve mensen die zestig jaar bij elkaar zijn, en ik ben achteraf ook blij dat ze dat gedaan hebben en elkaar nu hebben. Want nu, op deze respectabele leeftijd, hebben ze elkaar harder nodig dan ooit. Maar ik heb vroeger wel gedacht: waarom zijn jullie bij elkaar? Ben je niet gelukkiger als je dat niet doet? En ik denk ook dat zij misschien een hele periode gelukkiger waren geweest als ze het niet hadden gedaan. Maar daar staat tegenover dat ze nu ze oude tachtigers zijn, in hun handjes knijpen dat ze elkaar hebben om lekker te zeuren en vooral om elkaar te helpen.

Dat van die filmpersonages lijkt ook behoorlijk toepasbaar op je eigen leven.

Dat is het ook. Terwijl ik met veel plezier terugkijk op het leven hiervoor. Maar het leven wat ik nu leid, doet veel voor mij, ja. Maar dat betekent niet dat ik nu op mijn lauweren moet gaan rusten. Ik heb ooit een vage metafoor voor mezelf bedacht. Die geldt op meerdere terreinen, maar bijvoorbeeld ook bij een relatie. Als je elkaar tegenkomt en gepassioneerd verliefd bent, dan heb je je handen gevuld met poedergoud. Dat koester je. Je durft bijna niet te ademen, want wie weet valt er een kruimeltje af. En na een paar jaar denk je: ik hou het in mijn hand terwijl ik even wat andere dingen doe. En het jaar daarop vergeet je dat je het überhaupt hebt. Je kijkt in je hand en denkt: fuck, waar is het gebleven? Het is de kunst om alle dingen waar je blij mee bent nooit als een gewoonte te gaan zien. Het zijn van die tegeltjeswijsheden, maar ze zijn wel waar.

Onder de filosofen heb je de school der cynici, die expres de schaamte voorbijgingen, bijvoorbeeld door al hun geld en bezittingen weg te doen en naakt over straat te lopen. Want als je niet alleen materieel maar ook qua reputatie niets meer te verliezen hebt, ervaar je waar je pure geluk zit. Is dat nog iets wat een voordeel is geweest aan het drama in Maastricht?

Hmm…ja, misschien in de zin dat als je helemaal op de bodem van de put zit, je wel begrijpt dat je daar niet wil wezen. Het is prima om er een keer geweest te zijn, maar echt nooit meer. Dus je bent gewaarschuwd voor de risico’s van de put en hoe je erin terecht kan komen. Maar ik heb daar helemaal geen gevoel van schaamte aan overgehouden. Wel een enorm gevoel van totaal onbegrip. Ik heb gewoon de meest kafkaëske situaties beleefd. Ik zat in Maastricht, op een politiebureau, in een verhoorkamer. En zij stelden mij vragen. Dezelfde vragen die ik in Baantjer en Flikken zo vaak gesteld heb aan andere mensen. Dus ik zei de hele tijd: ‘Gast, dit wil je niet van mij weten, jij wil iets anders van mij weten. Vraag me dat gewoon. Lul er niet omheen.’ Het was zoiets idioots. Ik heb toen gelukkig weer zo veel aan mijn vrienden gehad. Ze kwamen naar Maastricht en zorgden dat ik naar een hotel kon. Ze hadden schone kleren meegenomen en zeiden: ‘Je moet er even uit.’ Ik vind het verschrikkelijk als men zich met mijn leven bemoeit, maar op dit moment was het zo fijn dat ze mijn leven even overnamen. Maar er was geen schaamte. Dat is het gekke, ik kan heel onzeker zijn, maar van schaamte heb ik dan weer geen last.

 

C.V.

Victor Reinier Nieuwenhuijzen (Amsterdam, 1963) gaat na de havo naar de toneelschool in Amsterdam. Tijdens zijn opleiding vertrekt hij voor een jaar naar de Gately-Poole Acting Studio in New York. Daarna acteert hij in verschillende series zoals Spijkerhoek en 12 steden, 13 ongelukken. Naast acteren presenteert hij van 1997 tot 2001 het spelprogramma Lucky Letters. Het meest bekend is hij van zijn rol als Dick Vledder in Baantjer en van Flikken Maastricht, waarvoor hij van sommige afleveringen ook de scenario’s schrijft en regisseert. De serie wordt wekelijks door ruim twee miljoen mensen bekeken. Hij was van 1991 tot 2007 getrouwd en heeft uit dit huwelijk een zoon en een dochter. Met zijn huidige vriendin kreeg hij in december 2013 een dochter.

Tekst: Nathalie Huigsloot