Tijdens het EK voetbal dat nu aan de gang is, horen we natuurlijk André Hazes weer zachtjes in ons achterhoofd zingen, maar eigenlijk is het een wonder dat hij überhaupt dat EK-nummer van 1988 had gemaakt. Sterker nog, in een verhaal dat wij een jaar na dat EK met hem maakten, in de zomer van 1989, bekende hij dat hij eigenlijk helemaal niks had met het Nederlandse lied: “Een plaat van de Heikrekels zou ik nooit kopen.”
Hazes, net 38 op dat moment, had net een bluesplaat gemaakt, Dit is wat ik wil, en die titel dekte volledig de lading. Artiesten als Muddy Waters en BB King lieten zijn hart pas écht sneller kloppen; in het tehuis waar hij vroeger terechtkwam omdat zijn ouderlijk huis in de Amsterdamse Pijp te klein was voor een gezin met zes kinderen en hij het stempel ‘moeilijk opvoedbaar’ meekreeg, draaide hij als diskjockey ook de platen van een band als Brainbox grijs. Blues dus, dat wilde hij maken, al wist hij ook dat hij niet ontkwam aan de smartlappen die we van hem kennen. Dat had namelijk alles te maken met het platencontract dat hij had getekend: “Als je ergens als tapdanser bent aangenomen, kun je niet met je vingers gaan knippen. En daarbij, zo’n contract is natuurlijk niet misselijk, het moet een hoop centen opbrengen, je moet scoren.”
Hazes in 1989: ‘Als ik over twintig jaar kapotga, kan ik zeggen: ik ben wel zestig geworden, maar ik heb honderdtwintig jaar geleefd’
Even de context van toen: Hazes was toentertijd getrouwd met zijn tweede vrouw Ellen met wie hij in 1990 zou scheiden. Met haar had hij een zoon, Melvin, en uit zijn eerste huwelijk, dat in 1979 strandde, een dochter, Nathalie. Zijn laatste vrouw, Rachel Hazes, kende hij toen nog niet: Roxeanne en André Hazes jr. moesten ook nog worden geboren. Hazes sleet toen al zijn dagen aan de Vinkeveense Plassen: als de zon scheen, zat hij op het water en als het regende, schreef hij in recordtempo zijn teksten. De teksten van zijn bluesplaat schreef hij in anderhalve dag. Hoe hij dat zo snel voor elkaar kreeg, wist hij ook niet: “Ik heb alleen maar lagere school gehad, voor de rest niks.” Misschien had hij het talent van zijn opa geërfd, die was dichter, zei hij.
Niet wetende dat hij een jaar later zou gaan scheiden met Ellen, zei hij dat hij ondanks alles van het leven genoot: “Als ik over twintig jaar kapotga, kan ik zeggen: ik ben wel zestig geworden, maar ik heb honderdtwintig jaar geleefd.” Dat was nog redelijk optimistisch gesteld, want twintig jaar zou hij niet meer leven. Vijftien jaar later, op 23 september 2004, overleed hij aan de gevolgen van twee hartinfarcten en een hartstilstand. Saillant detail: tijdens het EK van 2004 was hij twee avonden te gast in het programma Villa BvD van Frits Barend en Henk van Dorp. De eerste avond zong hij Wij houden van Oranje, de tweede avond Bloed, zweet en tranen. Het zouden zijn laatste twee tv-optredens zijn.