Naima (26)* zit voor de politierechter zoals anderen wel op de loungebank van een hippe strandtent zitten. Haar schouders bloot, haar nagels witgelakt, zonnebril nonchalant in het haar en zomerse zwart-wit gestreepte jumpsuit modieus afgestemd op de eveneens zwart-witte outfit van de man naast haar; haar advocaat.
“Vannacht schiet ik jullie kapot!” krijste ze volgens de officier van justitie op klaarlichte dag en midden in een woonwijk. De bedreiging was gericht aan het adres aan een andere vrouw nadat Naima haar zou hebben geslagen en gekrabd. Ook zou ze het slachtoffer aan haar haren hebben getrokken en in haar duim hebben gebeten.
Naima schudt haar hoofd. Ze wilde alleen maar praten, vertelt ze boven het gesnik van het slachtoffer uit, die achter haar in de zaal zit. Aanleiding is een schoolruzie waarbij Naima’s jongere broertje betrokken is. Na schooltijd dreunt die ruzie nog even na op Instagram. Die berichten bereiken uiteindelijk ook zijn oudste zus. “Ik zie je straks. Dan krijg je een mes tussen je ribben,” is een van de dreigementen die haar broertje ontvangt en naar haar doorstuurt.
Zover zal Naima het niet laten komen. Ze kent de afzender. Ze weet waar hij woont. Samen met haar moeder, haar zus en een vriendin springt ze in de auto om verhaal te gaan halen bij de ouders van het dreigende ventje.
'Pak het pistool'
Vanaf het moment dat de voordeur daar opengaat, kent het verhaal twee versies. De eerste is die van Naima, waarbij ze in eerste instantie in de auto blijft zitten en pas in actie komt wanneer ze ziet dat de vrouw die de deur opendoet onmiddellijk de aanval inzet. Als een reddende engel schiet Naima haar familie te hulp en vangt ze nobel de klappen voor hen op. “Pak het pistool, pak het pistool!” hoort ze de vrouw naar iemand roepen. Een buurvrouw stuurt een vechthond op Naima af en tot overmaat van ramp komt op dat moment ook de heer des huizes thuis, die zo mogelijk nog lossere handjes heeft dan zijn hysterisch meppende echtgenote. Zwaargehavend weet Naima zichzelf en haar familie uiteindelijk weer in de auto te krijgen. Met gierende banden slaan ze op de vlucht.
In de andere versie van het verhaal is het Naima die als eerste door het lint gaat.
“Kankerhoer, waarom bedreig je mijn broertje?!” roept ze wanneer de voordeur opengaat, waarna ze de vrouw in de deuropening direct aanvliegt. Ze slaat, ze krabt, ze trekt aan haren en zet haar tanden in een duim die zich toevallig binnen bijtafstand bevindt. Pas wanneer de man van de vrouw thuiskomt en zich er fysiek mee gaat bemoeien, kiest Naima het hazenpad. “Vannacht schiet ik jullie kapot!” dreigt ze nog voordat ze bij haar familie in de auto stapt en de straat uitrijdt.
Twee vrouwen, twee versies. Het probleem met de eerste versie is dat er geen enkele onafhankelijke getuige is die het verhaal kan bevestigen. Voor versie twee daarentegen vond de politie in de woonwijk waar het zich afspeelde tal van ooggetuigen, die stuk voor stuk Naima als de grote agressor aanwezen.
Naima zucht. Ze ziet de bui al hangen. Haar ‘bemiddelingspoging’ komt haar duur te staan: de rechter legt haar een taakstraf op van tachtig uur, de helft voorwaardelijk, en verplicht haar bovendien tot het betalen van een immateriële schadevergoeding van duizend euro.
* Alle namen in deze rubriek zijn om privacy-redenen gefingeerd.
- Petra Urban