Verrast was 'ie zeker. De Britse Paul Edmunds was zijn auto aan het uitpakken na een korte vakantie, toen er bij het opendoen van de achterbak ineens een man tussen de andere goederen bleek te zitten. Wat!? Edmunds schrok zich te pletter. De man vroeg hem waar hij was. Edmunds antwoordde: "Wales." Hij bevond zich in zijn woonplaats, Caersws.
Daarop maakte de man een biddend gebaar. Hij dankte God dat hij de oversteek van Frankrijk had kunnen maken.
Daarop vroeg Paul de man: "Waar kom je vandaan? Waarop de man antwoordde: "Afrika."
"Waar?" Vroeg Paul.
"Afrika," antwoordde de verstekeling nogmaals. Hij was er in geslaagd om bij het opladen van de auto op de trein naar Engeland binnen te kruipen.
De man in de laadbak pakte nu een telefoon, en begon naarstig iemand te bellen.
Edmunds besloot ondertussen zelf ook maar eens contact op te nemen. Hij belde de politie en meldde dat hij een vluchteling aan boord had. Ondertussen gaf hij de passagier een stuk van zijn chocoladereep en een glas water. De sfeer bleef gemoedelijk.
Daarop kwam de vrouw van Edwards aangelopen.
Hij zou later zeggen: "Ik heb haar mond nog nooit zo ver open zien staan."
De verbazing was groot.
Niet veel later zou de 22-jarige man uit Ethiopië worden aangehouden door agenten van de Britse immigratiedienst.
Edwards en zijn vrouw waren een paar dagen naar Frankrijk gegaan. Heen en terug hadden ze de 'shuttle-trein' genomen.
De verstekeling werd mee genomen naar een lokaal politiebureau. Hij wacht nu zijn lot af in een Brits grenshospitium.