Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert
Moordenaars

Kogel van eigen deeg: negen moordenaars die later zelf de volle laag kregen

Uit de editie van 28 september 2022, Panorama nr. 39: Karma is a bitch.

1

Toontje Damen junior wil die avond praten met zijn ex. Onderwerp van gesprek: de omgang met hun kind.

Ze wacht in de Van Limburg Stirumlaan in Tilburg op hem. Naast haar in de auto zit haar nieuw vriend. En hier wordt het gecompliceerd: die nieuwe vriend – Flavio Fadda – is een vroegere vriend van Damen. Maar die vriendschap is bekoeld sinds Flavio het met zijn ex doet.

Fadda is 20 jaar en wordt niet ouder. Damen jr. schiet hem dood. Hij krijgt twaalf jaar gevangenisstraf, ondanks zijn beroep op noodweer: Fadda had ook een vuurwapen en schoot zelfs als eerste. Het bewijs? Hij had kruitsporen op zijn handen.

Klopt, zegt justitie. Maar dat komt doordat Fadda deed wat meer mensen doen die door kogels geraakt worden: met hun handen naar de wond grijpen. En als van dichtbij is geschoten, dan zitten in en rond die wonden kruitsporen. Vandaar. Bovendien: het vuurwapen dat hij bij zich zou hebben gehad is nooit teruggevonden. Twaalf jaar, dus. Daarvan had Damen er vier uitgezeten toen zijn vader – Toontje Damen senior – in Waalwijk werd doodgeschoten. En ook junior zou door moordenaarshand vallen.

2

Het is 10 april 1952 als Adri Lodder zijn nieuwe vriendin Helena Kruijt vertelt weduwnaar te zijn en een kind te hebben. Hij denkt: dat kind, ik kan maar beter meteen vertellen dat ik er al een heb. Misschien schrikt dat haar af, maar dan verneem ik dat liever nu dan later. Het schrikt Helena echter niet af. Ze trouwt met Adri en leeft een gelukkig leven.

Totdat de geruchten te sterk worden: Adri zou zijn eerste vrouw Maaike Waardenburg hebben vermoord. Maaike was altijd vrolijk en kerngezond – en nu: dood. Zomaar. Haar huisarts meent dat ze aan een darminfectie is overleden, maar haar familie gelooft niet in een natuurlijke dood. Dus vragen ze justitie haar lichaam op te graven. En inderdaad: ze is vermoord, vergiftigd met calciumarsenaat. Oftewel arsenicum. De verdachte is haar man Adri Lodder.

Tijdens de rechtszaak getuigt een apotheker uit Moordrecht dat Lodder bij hem een hoeveelheid arsenicum heeft gekocht. Dat was in maart 1952. Hij weet nog dat Lodder hem vertelde het gif nodig te hebben om de hond van zijn vrouw te vergiftigen. En Lodder sprak toen in de verleden tijd over Maaike, alsof ze al overleden was. Maar dat is ze niet. Maaike logeert in maart 1952 bij haar moeder in Oud-Beijerland, die ziek is en wel wat mantelzorg kan gebruiken. Tijdens de weekenden gaat Maaike naar thuis. Opvallend genoeg wordt ze daar telkens ziek. Wat er aan de hand is, weet ze niet. Vermoeidheid? Stress?

Dan getuigt de nieuwe vriendin van Lodder, Helena Kruijt. De rechter vraagt haar: wanneer had Lodder haar verteld weduwnaar te zijn? Op 10 april 1952, zegt ze – en ze ziet de rechter knikken: dat was drie dagen vóórdat Lodder weduwnaar werd… Het oordeel van de rechtbank is niet mals: levenslang. Lodder wordt opgesloten in gevangenis de Blokhuispoort te Leeuwarden. Daar leert hij een arts uit Berkel- Rodenrijs kennen die ook zijn echtgenote heeft vergiftigd en ook levenslang heeft gekregen: John Opdam. Met cyaankali, dat was het enige verschil.

Deze Opdam krijgt een idee en stelt dat Adri Lodder voor: als we nu elkaars moord bekennen, op papier, dan vinden ze die bekentenis bij de eerste van ons die overlijdt en komt de ander vrij...

Lodder snapt het en schrijft het verhaal op dat Opdam hem dicteert. Dat hij een verhouding met de vrouw van Opdam heeft gehad en dat ze zwanger was geworden. Dat Opdam daar achter was gekomen en dat hij – Lodder – beiden had willen doden. Met cyaankali. Helaas was dat alleen bij de mevrouw Opdam gelukt.

Lodder ondertekent en... sterft. Zijn lichaam is nog niet koud of Opdam zwaait met de ‘bekentenis’ van Lodder. Hij zegt tegen de gevangenisdirecteur dat hij die zojuist in het etensvakje van zijn cel heeft gevonden. Lodder moet de bekentenis daar kort voor zijn dood hebben gedeponeerd.

De cel waarin Adri Lodder wordt vergiftigd.

Die bekentenis doet vermoeden dat Lodder zelfmoord heeft gepleegd en sectie lijkt zelfmoord te bevestigen: Lodder stierf aan vergiftiging door cyaankali.

Maar waarom zelfmoord? Hij was opgewekt en net aan een nieuwe studie begonnen.

Uiteindelijk blijkt dat de cyaankali qua samenstelling sterk lijkt op de cyaankali die eerder bij een Duitse neef van Opdam is aangetroffen. En justitie vindt ook de man die de cyaankali de gevangenis heeft binnengesmokkeld: ook een neef van Opdam, maar dan een Belgische. Hij had het goedje verstopt in een sigaar, zo’n bolknak.

Meteen ratelt zijn machinegeweer, maar hij treft niet de drugshandelaar met wie hij ruzie heeft, maar diens vriendin. Ze sterft ter plaatse

Opdam krijgt opnieuw levenslang en wordt zo de eerste in Nederlander die twee keer krijgt – en dat is hij tot op de dag van vandaag. Maar dus ook de eerste die in het naoorlogse Nederland een moordenaar vermoordt.

3

In gevangenissen worden meer moordenaars vermoord dan erbuiten, relatief gezien. Logisch, want daar bevinden zich de meeste moordenaars.

Op 30 mei 1991 stapt de 37-jarige Cemal Güclü – volgens het OM de grote baas van een heroïnesyndicaat, maar u weet: die lui willen weleens lichtjes overdrijven – een shoarmazaak aan de Ogierssingel in Rotterdam binnen.

Meteen ratelt zijn machinegeweer, maar hij treft niet de drugshandelaar met wie hij ruzie heeft, maar diens vriendin. Ze sterft ter plaatse.

Curtis Warren.

Güclü vlucht, maar wordt in Spanje opgepakt. De uitlevering wordt enigszins vertraagd door het feit dat hij er een medegedetineerde vermoordt. Maar de Spaanse psychiaters oordelen hem volledig ontoerekeningsvatbaar en dus krijgt hij geen straf. Hij wordt overgeleverd en krijgt hier achttien jaar. Want niks ontoerekeningsvatbaar.

Die zit hij niet alle uit: in 1999 wordt hij in de EBI in Vught doodgeslagen door de Engelse drugscrimineel Curtis ‘Cocky’ Warren, op de luchtplaats.

Geen van de bewakers grijpt in.

Ja, eentje roept via de luidsprekers: “Heren, stoppen!”

4

Erol Kabak is 21 jaar als hij wordt veroordeeld voor 41 (!) overvallen; hij is 25 en leider van de beruchte Monksbende als hij op 4 december 1992 na een bankoverval politieman Iman Klaassen (40) doodschiet. Kabak krijgt twintig jaar. Bij verstek, want nog voor de rechtszaak ontsnapt hij uit gevangenis De Geerhorst in Roermond, samen met onder anderen de crimineel Karel Pronk. Hij vlucht naar zijn geboorteland Turkije, maar niet nadat hij als F-Sider de wedstrijd Ajax-Besiktas had bezocht. In Turkije wordt hij al snel aangehouden voor drugshandel en in de Bayrampasa-gevangenis van Istanbul opgesloten. Maar onder een valse naam.

De arrestatie van cop killer Erol Kabak.

In 1998 krijgt de Nederlandse politie informatie dat achter die valse naam Kabak schuilgaat. Erik Akerboom – de huidige baas van de AIVD – reist af en zit in de kamer van de gevangenisdirecteur als Kabak ineens die kamer binnen komt wandelen. Hij is verbaasd dat gedetineerden zomaar het kantoor van de directeur kunnen binnenlopen én verbaasd over de reactie van Kabak: die doet z’n handen over z’n oren en schreeuwt: “Ze willen me vermoorden!” En rent weg.

Een jaar later wordt Kabak inderdaad vermoord. Niet door de Nederlandse politie, maar door een medegevangene. Hij is dan 30.

5

Op 24 mei 2003 denkt de 45-jarige Jan Valentijn uit Sint Willebrord dat Mohamed aan de overkant van de Molenstraat hem uitscheldt, steekt over, geeft hem klappen en loopt door. Maar Mohamed neemt daar geen genoegen mee, loopt Valentijn achterna, steekt hem met een mes van het slagerstype in zijn rug en – als Valentijn zich omdraait – in zijn hart. Het slachtoffer overlijdt onmiddellijk. Naar later blijkt, had Mohamed Valentijn helemaal niet uitgescholden. Drie jaar later wordt Mohamed – het is zowel zijn voor- als achternaam – in gevangenis de Dordtse Poorten doodgestoken door Rachid B., na een ruzie over een pakje shag. Of een doosje eieren, daar kwamen ze ter zitting niet uit. B. had in 2000 de minnaar van zijn vrouw vermoord en daarvoor twaalf jaar gekregen. Daar komt nu nog eens twintig jaar bij.

6

Jacobus Johannes van Unen (1957) is 20 jaar als hij zijn eerste dode op zijn geweten neemt. In Amsterdam op het Singel bij de Torensluis zien hij en zijn vrienden een man lopen en gooien hem in het water. De man – de illegaal in het land verblijvende Turk Ibrahim Uysal (44) – kan niet goed zwemmen; het is bovendien donker. Een voorbijganger springt nog het water in, maar kan Uysal niet vinden. Van Unen blijft staan tot Uysal is verdronken.

Nog diezelfde nacht arresteert de politie tien jongens, in leeftijd variërend van 15 tot 21 jaar. Ze hebben die avond het Jordaanfestival bezocht. Een demonstratie van een nog onbekende sport heeft ze ‘baldadig’ gemaakt: kickboksen. Maar als ze niet worden toegelaten in een café, worden ze agressief. Ze gooien de ruiten van dat café in en gaan ze de binnenstad in. En daar loopt Uysal. Ze jonassen hem het water in.

De politie ziet Van Unen als de leider van de groep. De anderen zijn bang voor hem. Sommigen verklaren tijdens verhoren zelfs dat hij er niet bij was...

Tijdens de zitting blijkt Van Unen een recidivist. Een week eerder heeft hij een 20-jarige student in het water van de Keizersgracht gekieperd. De student kan in tegenstelling tot Ibrahim Uysal wel zwemmen, maar moet toch door omstanders worden gered. Dát hij gered wordt, spijt Jacobus van Unen zeer.

Ibrahim Uysal kon niet zwemmen.

Hij krijgt 3,5 jaar voor de doodslag op Uysal, in hoger beroep twee jaar. Daar leert hij niet heel veel van, zo blijkt snel. In mei 1986 hoort Van Unen dat de 39-jarige Duitser Johann Meller – ‘Duitse Hans’ voor vrienden (maar die heeft hij nauwelijks) – vroeger zijn huidige vriendin heeft verkracht, in het bijzijn van een oom van Meller. Die oom misbruikt haar niet, maar steekt ook geen vinger uit om haar te helpen.

Dan krijgt die oom telefoon: Van Unen aan de lijn, die hem mededeelt dat hij – de oom – het volgende slachtoffer is: “De Mof is dood, nu alleen jij nog.” In paniek belt de oom de politie, omdat hij het karakter van Van Unen kent en bang voor hem is, maar vooral omdat hij neef Johann niet kan bereiken.

De politie heeft Duitse Hans dan al gevonden. Op de vluchtstrook van de Noordzeeweg In Amsterdam-Noord is een Citroën van het type lelijke eend aangetroffen, met daarin twee honden en een lijk. Johann Meller is letterlijk uit het leven geblazen. Met een riotgun. De carrosserie van de wagen vertoont kindervuistgrote gaten. Net als het hoofd van Duitse Hans.

Duitse Hans wordt letterlijk uit het leven geblazen. Met een riotgun. De carrosserie van de wagen vertoont kindervuistgrote gaten. Net als het hoofd van Duitse Hans.

De politie achterhaalt dat Van Unen op camping Bakkum staat, pleisterplaats van half en heel crimineel Amsterdam. Maar die heeft een alibi. Ten tijde van de moord ligt hij in bed, met naast zich zijn echtgenote. Zij bevestigt dat, maar trekt later haar verklaring in. Dan zegt Van Unen dat hij anderhalf ons cocaïne afleverde in een café op het moment dat Meller werd doodgeschoten.

Niet een heel sterk alibi, want hij wil de rechtbank niet vertellen welk café en ook niet aan wie. Wie zou trouwens zo’n alibi willen bevestigen? Van Unen krijgt acht jaar. Mild? Voor die tijd niet.

Twee jaar later – in 1988 – haalt Van Unen weer de kranten, als hij uit de gevangenis van Alkmaar ontsnapt. Dom als hij is, duikt hij onder bij zijn vriendin, in de Polluxstraat in Amsterdam. Met deze Ans (haar geboortenaam Ansje vindt ze te kinderachtig) gaat hij op 15 maart 1993 – hij heeft zijn straf er nu officieel opzitten – naar Den Helder. Naar de Binnenhaven om precies te zijn, waar op nummer 8 bordeel Promised is Promised is gevestigd. Maar Van Unen brengt Ansje niet naar haar werk, hij heeft andere motieven: ruzie met de exploitant; Van Unen meent dat hij nog geld van de man tegoed heeft.

De exploitant weigert over de brug te komen en dus giet Van Unen benzine door de brievenbus, steekt een T-shirt in brand en duwt dat achter de benzine aan. Een 30-jarige prostituee die intern is, komt in de vlammen om. Tijdens de rechtszaak verklaart Ansje dat ze alleen maar is meegegaan omdat ze bang was voor Van Unen... Wanneer hebben we dat eerder gehoord?

Van Unen krijgt negen jaar gevangenis. Mild?

Dan wordt het 7 juni 2003. Van Unen is weer thuis en heeft in totaal 23 jaar gezeten (inclusief gevangenisstraffen voor andere delicten dan moord en doodslag) als hij zijn nieuwe vriendin en haar dochter met een vuurwapen bedreigt, in hun woning in de Visserijstraat te Amsterdam. Daar is Françoise van der B. bepaald niet van gediend en schiet Van Unen preventief dood. Met zijn eigen vuurwapen. Ze krijgt twee jaar – ook mild, maar nu met goede reden. Van Unen heeft haar drie jaar lang mishandeld, haar zelfs verboden te werken. Want dan zou ze weleens een andere man kunnen tegenkomen.

Zelf vond Van Unen ook dat hij een slechte kant had. Die noemde hij Kobus. Kobus werd 45. Gelukkig voor hem had Kobus kort voor zijn dood nog wel de begrafenis van vriend Cor van Hout kunnen bijwonen.

7

Er zijn er meer die meer dan één moord hadden gepleegd toen ze zelf werden vermoord. Remy Martin Wiechels bijvoorbeeld, doodt in 1992 zijn vriendin Christina van Woerkom en zes jaar later barman Gijs Dekker voor hij in 2014 wordt doodgestoken door de goudhandelaar die hij had willen overvallen.

8

Soms kan het snel gaan. Neem het verhaal van Bart van Houten. Het is 17 september 1976 als hij op verzoek van zijn vriend Henk L. de 20-jarige Anneke Gerritsen bij hem thuis uitnodigt voor een goed gesprek. Zij is de ex van Henk en heeft gedreigd Henk aan te geven voor misdrijven die hij heeft gepleegd als hij niet bij haar terugkeert. En nu denkt ze dat hij gaat vertellen dat hij inderdaad weer bij haar terugkeert.

Henk denkt daar echter heel anders over, want is getrouwd, en pakt bij Van Houten thuis een schroevendraaier.

Pas dan komt de vraag op: wat te doen met het lijk? Henk en Bart gaan naar het huis van Henk om te overleggen met de vrouw van Henk. Wie met het idee komt is onduidelijk, maar ze besluiten het lichaam van Gerritsen te begraven op het tracé van de A50. De gedachte is: als het asfalt eenmaal is gelegd, vindt niemand haar nog.

Maar Bart krijgt spijt en stapt naar de politie. Henk L. bekent daarop dat hij Anneke Gerritsen heeft gedood, maar ontkent opzet. De vraag waarom hij dan eerst handschoenen heeft aangetrokken voordat hij de schroevendraaier pakte, kan hij niet beantwoorden.

Maar het gaat hier om Bart van Houten. In 1980 woont hij in een flat aan de Tannhauserstraat in Apeldoorn. Volgens buren dealt hij in heroïne. En het is er altijd lawaaiig. Hij woont er namelijk niet alleen, maar met zijn vriend Rudolph van W. en hun beider vriendin Agnes van Dijk.

Dat laatste moet letterlijk genomen worden. De nacht van vrijdag op zaterdag had ze het bed gedeeld met Van W., de nacht van zaterdag op zondag is het de beurt van Bart van Houten. Maar er gaat iets mis, die nacht. Van W. wordt wakker van gegil en ziet Van Houten het meisje wurgen. Het moordwapen: een effen rode stropdas. Plaats delict: de bank.

Ze nemen een pilsje en gaan naast haar op de bank zitten. Overleg: wat te doen met het lijk. Ze besluiten de volgende dag een auto te kopen. En dat doen ze, voor 600 gulden. Maar nog voor ze het lijk van de vrouw in de auto kunnen leggen, maakt Van Houten een opmerking over Agnes die Rudolph van W. niet zint: “Het kreng moest toch dood.” Van W. wordt zo boos dat hij Van Houten wurgt.

9

Degene met de meeste slachtoffers op zijn geweten is toch Martin van der Pol, ‘Polletje’ voor vriend en vijand. Vier in getal. En wel in één vloeiende beweging.

Polletje is al een bekend F-Sider als hij in 2000 bordeel Huize Esther in de Generaal Bothastraat in Haarlem binnenstapt. Hij komt niet voor een van de dames, maar voor zijn gabber Joi L., die bij Huize Esther portier is. Niet veel later zijn vier mannen dood: Hells Angel Facco Nieuwenhuis, prospect (aspirant-lid) Rob Takken en de ‘meelopers’ Kobus van de Vorstenbosch en Hans van Keulen. Alle vier doodgeschoten door Polletje. Zoals een buurtbewoner het later formuleert: “Het was een huis van plezier, maar het gaf weinig vreugde voor de buurt.”

Rob Takken zou volgens getuigen aanleiding tot een en ander hebben gegeven door iets te vasthoudend gastvrouw Josje voor te stellen seks met hem te hebben. Maar daar zijn gastvrouwen niet voor. Bovendien heeft Josje een relatie met portier Joi L., die zich Joey laat noemen en die vanwege zijn bovenarmen ook wel Popeye wordt genoemd.

Politiefoto van Polletje.

Dan trekt Takken een vuurwapen en speelt daarmee. Bedreigt Josje. Tot ongenoegen van Joi L., die eveneens bewapend is, ondanks die bovenarmen. Hij schiet op Takken en treft hem in zijn oog. Polletje pakt Takken zijn wapen af en schiet ook op hem. Maar dan dodelijk. En op Facco, Kobus en Hans. Ook raak.

Popeye krijgt tien jaar en tbs, Polletje levenslang en in hoger beroep vijftien jaar.

En hier komt veel samen. Popeye en Polletje zijn bekenden van Erol Kabak, boven vermoord. Ze maken alle drie deel uit van de Monksbende, ook wel Maffia van West genoemd. Net als de pachter van Huize Esther: René S., die ooit met twee Marokkanen in een auto over de A10-Noord in Amsterdam reed waaruit ineens een van die Marokkanen viel: dood. Maar dat terzijde. Het is een hoog aantal doden voor één bende.

Want ook Polletje wordt vermoord. Dat had al eind 2012 kunnen gebeuren, als Polletje naast Remco Hillegers staat terwijl die in Badhoevedorp wordt doodgeschoten. Maar het gebeurt in 2021, in de Alexander Dumaslaan in Amsterdam-Zuidoost. Getuigen horen om 14.10 uur schoten, zien een man in het zwart wegrennen en Polletje op de stoep liggen. Naast hem staat zijn dochter van 7.

De schutter was linkshandig – en dat is zo ongeveer het enige wat tot nu toe van hem bekend is. Plus dat Polletje voorlopig de laatste moordenaar is die vermoord is.

Polletje schiet op Takken en treft hem in zijn oog. Hij pakt Takken zijn wapen af en schiet ook op hem. Maar dan dodelijk. En op Facco, Kobus en Hans. Ook raak 

En beroepscriminelen dan?

Martin Hoogland, de moordenaar van Klaas Bruinsma en Tonny Hijzelendoorn, wordt in 2004 van zijn fiets geschoten als hij met proefverlof mag. Een van de verdachten is Boneka Belserang, die in 2005 in Amsterdam Cornelis Flores López zou doodschieten en zelf in 2009 wordt geliquideerd. Mogelijk door de Vietnamese Enschedeër Onno Kuut, die op zijn beurt...

Dit soort figuren – beroepscriminelen – laten we op deze pagina’s buiten beschouwing, anders blijven we aan de gang.

Aan de andere kant: sommigen waren nog geen crimineel toen ze hun (eerste) moord pleegden, maar pleegden die eerste moorden in de privésfeer. Of bij een caféruzie. Zo schiet de 27-jarige Cor ‘Cock’ Touw in 1973 als eigenaar van café De Boekanier aan de Wolphaertsbocht in Rotterdam Nicolai Belomalow (32) een kogel in zijn voorhoofd als Belomalow en ene Ros – beiden handelaren in tweedehands auto’s – andere bezoekers lastigvallen. Niet in mijn zaak...

In 1987 wordt Touw zelf doodgeschoten in zijn kantoor aan de Mathenesserlaan. Zijn voortijdig heengaan heeft met de handel in drugs te maken, maar details blijven onduidelijk. Hij heeft drugsschulden, maar zou ook getuigen in een andere moordzaak. Zijn beste vriend André houdt op zijn begrafenis een ‘diep geroerde’ lijkrede – en wordt aangehouden. Maar vrijgesproken. Hij weet het op zelfverdediging te gooien.

Bijzonder kenmerk van criminelen is wel dat het heel snel kan gaan. Daar hoeven geen jaren tussen te liggen. Zo overvalt Ahmet Köksal met anderen in 1988 een koffiehuis in de Wijttenbachstraat in Amsterdam-Oost. Hij komt schietend binnen, raakt Mehmet Horuz en wordt zelf getroffen door een kogel die Horuz nog net weet af te vuren.

Misdaad
  • ANP, DE TELEGRAAF, OMROEP BRABANT, POLITIE E.A.