Monaco, juni 2017. Hervé Leclerc is pas 54 jaar, maar hij weet dat zijn einde nadert. De ziekte waaraan hij wegkwijnt, is nooit bekendgemaakt. Een agressieve vorm van kanker, zegt ‘men’. Wel weten we dat de huisvader op zijn sterfbed nog heugelijk nieuws ontvangt van zoon Charles (19): “Het is rond... Ik ga in de Formule 1 rijden, papa!”
Het zijn zalvende woorden voor Hervé Leclerc, die net als Jos Verstappen zijn zoon van kleins af aan heeft begeleid in de autosport. Een zoon in de koningsklasse betekent ook de verwezenlijking van zijn droom. Hij is zelf niet verder gekomen dan de Formule 3. Maar de trotse vader weet dat hij het grote moment nooit zal meemaken.
Op 20 juni 2017 blaast Hervé Leclerc zijn laatste adem uit. Charles verwerkt het intense verdriet op de enige manier die hij kent: keihard racen! Vier dagen na de dood van zijn vader wint hij de Formule 2-race in Azerbeidzjan. Geëmotioneerd draagt hij de overwinning op aan zijn pa. “Ik vroeg me af wat mijn vader zou willen dat ik deed,” zegt Leclerc achteraf in een interview. “Het antwoord was simpel: racen en winnen!”
Dat winnen gaat hem goed af. Later dat jaar pakt de jonge Monegask de Formule 2-titel met een ruime voorsprong op concurrenten als Nyck de Vries en Alexander Albon.
OM HEM VREDIG TE LATEN STERVEN, LIEGT CHARLES ZIJN VADER VOOR OP DIENS STERFBED: ‘HET IS ROND. IK GA IN DE FORMULE 1 RIJDEN, PAPA!’
Het gonst van de geruchten over het racewonder. Gaat Leclerc naar Haas? Sauber? Of toch Ferrari? Ook Charles Leclerc weet het niet. Er is namelijk geen contract getekend! Leclerc heeft zijn vader voorgelogen om hem vredig te laten sterven.
Maar dat de jonge Monegask in de Formule 1 gaat racen, daar twijfelt niemand meer aan. Om te begrijpen hoe belangrijk de droom is, moeten we terug naar zijn kinderjaren.
Geboren Ferrari-fan
Leclerc en zijn broers Lorenzo (25) en Arthur (21) groeien op in Fontvieille, een chique wijk van Monaco waar tegenwoordig ook sterren als Max Verstappen en Lewis Hamilton hun optrekje hebben.
Het ouderlijk huis staat in de schaduw van het AS Monaco-stadion. Toch hebben de gebroeders Leclerc maar oog voor één sport: autoracen. Elk jaar kijkt Charles bij een schoolvriendje, met uitzicht op het circuit, hoe vedetten als Schumacher, Räikkönen en Alonso door de smalle straten van het prinsdom scheuren. Met speelgoedautootjes rijdt de kleine Charles in gedachte mee. “Ik had eigenlijk alleen oog voor de rode auto’s,” herinnert Leclerc zich in een interview met een fansite. “Ik ben waarschijnlijk als Ferrari-fan geboren.”
De liefde voor autosport wordt hem met de paplepel ingegoten door zijn vader die in de jaren 80, vrij roemloos, in de Formule 3 rondrijdt. De oudste broer Lorenzo blijkt meer een neusje te hebben voor zakendoen, maar Charles en Arthur zijn verknocht aan het racen. De vlam wordt verder aangewakkerd door Philippe Bianchi, de beste vriend van Hervé Leclerc en eigenaar van een kartbaan in de regio. De band tussen de Bianchi’s en de Leclercs is hecht. De zoon van Bianchi, Jules, is ondanks het geringe leeftijdsverschil peetvader van Charles. De twee gaan met elkaar om als broers, maar Charles ziet Jules ook als mentor. Leclerc is 3 jaar wanneer hij de eerste rondjes aflegt op Bianchi’s kartbaan. Op de terugweg zegt de dreumes tegen zijn vader: “Hier wil ik mijn beroep van maken!”
Zijn kartcarrière begint al goed op 6-jarige leeftijd. Leclerc wordt meteen Frans kampioen in zijn klasse. Het jaar daarop weer.
De passie voor autosport komt van vader Hervé, maar het benodigde geld komt vooral van moeder Pascale. In interviews noemt Leclerc dikwijls zijn, voor Monegaskse begrippen, bescheiden afkomst. Zijn moeder is een eenvoudige kapster. Dat klopt, gedeeltelijk. Pascale Leclerc heeft haar eigen luxe kapsalon, maar is ook de dochter van Charles Manni. Deze opa, naar wie Leclerc is vernoemd, is oprichter van de Novares Group, een multinational die plastic auto-onderdelen fabriceert. Manni is er een van de rijkste mensen in Monaco mee geworden.
Maar ook het zakgeld van rijke opa’s raakt een keer op. Eind 2010 komt de familie Leclerc zo krap bij kas te zitten dat hobby’s als karten niet meer in het huishoudbudget passen. Gelukkig schiet Jules Bianchi, die zelf op weg is naar de Formule 1, te hulp. Hij stelt zijn peetzoon voor aan Nicolas Todt. Die is behalve de zoon van voormalig FIA-voorzitter Jean Todt ook manager van enkele coureurs, onder wie Bianchi, Felipe Massa en Pastor Maldonado.
Todt weet dat hij met een enorm talent te maken heeft en investeert miljoenen in de tiener. “Mijn vader had geen geld meer om me te laten karten,” tweet Leclerc jaren later. “Jules sprak met Nicolas Todt, die vervolgens alles betaalde tot ik de F1 bereikte. Zonder Jules was ik nergens geweest.”
Zijn band met Todt en Bianchi opent deuren. Maar soms blijven die ook gesloten, zo ervaart Leclerc wanneer hij als puber mee mag naar de Maranellofabriek, een heiligdom voor tifosi. Na twee uur wachten op het parkeerterrein wordt Leclerc weer onverrichter zake naar huis gestuurd. Hij haalt het incident lachend op in een recent interview met GQ Magazine. “Ik probeerde me voor te stellen hoe het er van binnen uitzag. Ik zag een soort Sjakie en de chocoladefabriek voor me, waar allemaal Oempa Loempa’s rondliepen.” In Maranello kunnen ze niet vermoeden dat ze binnen een paar jaar de Ferrari-rode loper zullen uitrollen voor die jongen op de parkeerplaats.
Onder de hoede van Todt neemt Leclercs carrière een enorme vlucht. Met het professionele ART-team sleept hij de ene na de andere titel binnen. In 2013 sluit Leclerc zijn kartloopbaan af in de razendsnelle KZ-categorie. Hij weet de tweede plek te behalen bij het wereldkampioenschap. Achter aartsrivaal Max Verstappen. De 16-jarigen zijn allebei duidelijk de kartbaan ontgroeid. In 2014 promoveren de jongelingen naar de raceauto’s. Verstappen belandt in de Formule 3 met het succesvolle Van Amersfoort Racing. Leclerc gaat naar de Formule Renault 2.0.
In zijn debuutjaar pakt Leclerc zeven podiums, waaronder een dubbele overwinning op Monza. Het is genoeg voor een tweede stek. Hij moet weer één Nederlander voor zich dulden: de dan 19-jarige Nyck de Vries. Maar Leclerc wordt ook keihard met zijn neus op de feiten gedrukt. Terwijl hij zich opmaakt voor de laatste ronde van het Formule Renault-kampioen-schap, komt er uit de andere kant van de wereld een verontrustend bericht binnen. Bij een gruwelijk ongeluk tijdens de Grand Prix van Japan is F1-coureur Jules Bianchi levensgevaarlijk gewond geraakt. Terwijl zijn peetvader voor zijn leven vecht, ontvangt Leclerc gelaten zijn trofee voor rookie van het jaar. Er breken moeilijke tijden aan voor de geliefden van Bianchi. Maar Leclerc piekert er niet over om te stoppen.
The show must go on!
Benieuwd naar de rest van het artikel? Lees het in de nieuwste Panorama of bekijk het op Blendle.
- ANP, ANO, BRUNO PRESS, PRO SHOTS, TWITTER EN YOUTUBE