Het is 7 januari 2020. De 37-jarige Frank* loopt ’s avonds met twee kennissen naar zijn auto op de parkeerplaats voor een snackbar in Den Haag.
Ze hebben in de friettent een afspraak met twee mannen die Frank al een tijdje kent; het gaat over een schuld die nog openstaat, een zakelijk geschil. Het gesprek duurt ongeveer een half uur en verloopt gemoedelijk. Daarna gaat iedereen z’n eigen weg. Niets aan de hand zou je zeggen. Maar net op het moment dat Frank in de auto stapt en de deur dicht wil trekken, wordt zijn auto klemgezet door een busje en een personenauto. De auto van Frank kan geen kant meer op. De passagier in het busje stapt uit met een vuurwapen in z’n hand en laadt het wapen door, zo vertelt een getuige later aan de politie. Frank herkent de persoon als de Brabander Marco P. (54), een bekende van politie en justitie, die al een tijdje naar Frank op zoek is.
Marco P. richt het vuurwapen op het hoofd van Frank en dwingt hem om uit te stappen. De twee kennissen van Frank, die achter in de auto zitten, slaan op de vlucht zodra ze het vuurwapen zien.
Frank staat er nu alleen voor. Het slachtoffer zegt tijdens de aangifte bij de politie dat hij nog uit de auto probeerde te vluchten over het middenconsole, maar dat hij aan de andere kant werd opgewacht door twee handlangers van P. Een van deze mannen herkent Frank als de 41-jarige Louis van der V. Buiten de auto ontstaat er een worsteling waarbij Frank wordt geschopt en geslagen. “Ik kreeg wel twintig klappen met het vuurwapen en als ik niet zou meewerken zouden ze me doodschieten,” aldus Frank tegenover de politie.
Frank wordt naar eigen zeggen op de achterbank van een donkerkleurige Renault station gegooid, waarna het hele gezelschap met drie auto’s richting de snelweg rijdt. De gewelddadige ontvoering is binnen een mum van tijd uitgevoerd. De twee kennissen van Frank staan een eindje verderop bij een rotonde nog bij te komen van wat er zich zojuist heeft afgespeeld. Ze hebben dan nog niet in de gaten dat Frank is meegenomen, maar daar komen ze snel achter als ze terugkeren bij de parkeerplaats waar ze klemgereden werden. Iedereen is namelijk weg. Saillant detail is dat het allemaal gebeurt op een steenworp afstand van een Haags politiebureau. Dat was voor de ontvoerders blijkbaar geen reden om de operatie uit te stellen of af te blazen. Want dat het een geplande ontvoering was, is wel duidelijk.
Rond 23.17 uur komt er een telefoontje binnen bij de meldkamer van de politie.
Meldkamer: “Meldkamer politie.” Beller: “Ja, goedenavond met (…).
Ik wou even doorgeven dat mijn zoon ontvoerd is.”
Meldkamer: “En hoe komt u aan die info?”
Beller: “Van een kennis die in een restaurantje zat. Die heeft dat gezien.”
Meldkamer: “En hij zei tegen u dat uw zoon ontvoerd is?”
Beller: “Ja, in een wagen gegooid.
Een zwart busje. En het was een lange grijze man, met lange haren.”
Het gesprek gaat nog een tijdje door. De man die 1-1-2 belt, is de vader van Frank, die op dat moment in Spanje verblijft. Opvallend genoeg denkt hij ook te weten wie een van de daders moet zijn; hij noemt een naam: Marco P. uit Den Bosch. Dezelfde Marco P. die ook al door Frank was herkend. Franks vader zegt verder dat hij door de vrouw van Frank is gebeld met het verhaal over de ontvoering. Zij zou dat weer van een man hebben gehoord die haar anoniem belde. Maar wat nog veel interessanter is; de vader van Frank ver telt dat hij in de dagen voor kerst –ongeveer twee weken voor de ontvoering - via Facebook is benaderd door twee mannen die op zoek waren naar zijn zoon. Frank zou de mannen nog geld schuldig zijn. Een van die mannen maakte zich toen kenbaar als Marco P. en sprak met een dreigende toon.
P. is een bekende van politie en justitie. De voormalig president van de inmiddels verboden motorclub Satudarah is in 2014 nog in verband gebracht met de productie van xtc. Hij zou een goede laborant zijn, zo is de informatie bij de politie.
De andere man die Frank meteen herkent tijdens de ontvoering is Louis van der V. en dat is weer een maatje van Marco P. Frank zegt tegen de politie dat hij Van der V. alleen maar kent van zijn contacten met P.
Bloedend op de achterbank
Uit de melding van de vader van Frank wordt niet helemaal duidelijk waar de auto van zijn zoon precies staat, maar een toegesnelde agent vindt de Hyundai op de parkeerplaats schuin tegenover de snackbar. Een sleutelbos, die naast de auto op de grond ligt, is vermoedelijk stille getuige geweest van de knokpartij en ontvoering van Frank. Ook wordt er nog een capuchon aangetroffen rond de auto en in de Hyundai worden verschillende telefoons aangetroffen en een notitieblokje met een aantal geldbedragen. Maar Frank is nergens te bekennen.
Hij zit, hevig bloedend door de verwondingen, op de achterbank van de Renault, tussen twee ontvoerders in, zo vertelt hij de politie later. De man rechts naast hem is Marco P. De man achter het stuur herkent hij niet. Later blijkt dat de 64-jarige Rob H. uit Den Haag te zijn. In het criminele milieu is ‘Haagse Rob’ ook wel bekend als handlanger van Henk Rommy, alias de Zwarte Cobra. Hij zou zelfs zeven jaar lang zijn bodyguard zijn geweest. Rob H. heeft verklaard dat hij het slachtoffer helemaal niet kende en dat hij alleen de chauffeur van de auto was. Hij wist naar eigen zeggen niets van een ontvoering.
Voor de reconstructie van wat er vervolgens allemaal gebeurt in de auto en daarna, gaan we uit van het verhaal dat Frank in meerdere aangiftes tegen de politie heeft verteld. Volgens politie en justitie wordt dat verhaal grotendeels ondersteund door getuigenverklaringen en aangetroffen sporen. Tijdens de behandeling van de rechtszaak heeft de officier van justitie dat uitgelegd en toegelicht. Marco P. zit dus op de achterbank in de auto naast Frank en drukt een vuurwapen in z’n zij. Frank heeft ook een handboei om z’n arm gekregen. Ze rijden over de snelweg van Den Haag richting Utrecht. De auto wordt gevolgd door de andere ontvoerders in het busje en een personenauto. Achteraf blijkt dat er zeker zeven mannen betrokken waren bij de ontvoering.
Frank hoort de ontvoerders zeggen – ze communiceren met elkaar via walkietalkies - dat ze naar Arnhem gaan, maar op een of andere manier komen ze na ongeveer een half uur rijden op een provinciale weg terecht, terwijl je normaal gesproken gewoon de snelweg A12 kunt blijven volgen tot aan Arnhem. Frank zit te peinzen en denkt dat het wel eens slecht kan aflopen. Hij bedenkt een plan om aan zijn belagers te ontkomen. Op het moment dat de ontvoerders niet goed opletten, ziet hij kans om tussen de voorstoelen door een ruk aan het stuur te geven. En hij probeert bij de bestuurder – Haagse Rob - de jas over z’n hoofd te trekken.
Benieuwd naar de rest van het artikel? Lees het in de nieuwste Panorama of bekijk het op Blendle.
- ANP, Apple Maps, Google Street View, Omroep Gelderland en Politie