Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert
Peter Gillis

Campingmagnaat Peter Gillis: 'Mijn vader was een kutvent'

De helft van tv-kijkend Nederland heeft hem liever gisteren dan vandaag van de buis. Maar dat interesseert de Brabantse campingbaas totaal niet. En alle kritiek die zijn 29 jaar jongere vriendin Nicole krijgt als zou zij een verwaande golddigger zijn, boeit hem nog minder. Zolang zijn reallifesoap Massa is Kassa – waarvan deze week de zesde reeks van start gaat – een miljoen kijkers trekt, vindt hij alles ‘foxwild’. Peter Gillis (59) over zijn vader, de mishandeling van zijn zoon en zijn naam op een dodenlijst.

Nadat de slagbomen op vakantiepark Prinsenmeer in Ommel getrotseerd zijn, wordt meteen duidelijk in wat voor auto Peter Gillis rijdt. Op de rotonde voor de receptie, waar op de straat duidelijk de letters NP staan gekalkt, staat een grijze Ferrari geparkeerd. Ongewassen. “Zet die van u (spreekt uit oew) maar lekker achter de mijne,” roept hij met luide stem door de telefoon. We betreden de receptie en vanachter een halfgesloten deur brult de gezette baas: “Panaroma!” Hij is er duidelijk klaar voor, het zoveelste interview sinds hij, in augustus 2020, een bekende Nederlander werd. Hij neemt een slok van zijn cola, eet een paar nootjes en knikt dat we kunnen gaan zitten.

Peter, hoe gaat het met afvallen?

“Ja, klote.”

Laten we het daar niet over hebben. Vind je het eigenlijk leuk, interviews geven?

“Ik wel! Ik denk dat ik door bladen zo’n 25 keer geïnterviewd ben en ik ben elke keer weer net zo enthousiast. Daarom zijn we ook aan een nieuw seizoen begonnen. Zo heb ik weer wat nieuws te melden en dat maakt het ook zo mooi. Even wat buurten met mensen, even wat kunnen vertellen, prima. En als zo’n verhaal uitkomt, lees ik het zelf nog een keer en moet ik er altijd weer om lachen.”

Over het nieuws: je hebt een kasteel gekocht?

“Ja, ik heb een kasteel gekocht in Achel, net over de grens bij Valkenswaard. Eigenlijk had ik dit kasteel al gekocht in 2007, maar dat was van een eigenaar die zaken deed samen met zijn compagnon. Ik had het gekocht van Johan Kluijtmans, mondeling geregeld. Werd ik ineens gebeld door Erik Duffel, de compagnon. Peter, zei hij, kan ik eens een gesprekje hebben? Jij hebt dat kasteel gekocht. Ja dat klopt, zeg ik. En toen vroeg hij of ik er vanaf wilde zien. Ik zeg: Ja, zo gaat dat niet werken. Hij zei: Ik doe zaken met Johan en als jij het kasteeltje koopt, dan krijg ik een hoop geld dat ik nog van hem tegoed heb, niet meer. Ja, dat was natuurlijk niet mijn probleem, hè? Maar we maakten het toch akkoord, ik snapte zijn probleem en ik heb het kasteel niet afgenomen. Toen heeft hij het in handen gekregen met aftrek van de openstaande schulden die de eigenaar had. Hij had er vijftien jaar in gewoond toen hij me vorig jaar in april opbelde. Ik had hem al die tijd niet gesproken, maar hij zei: Peter, ik ben nooit vergeten wat jij voor mij gedaan hebt, ik ga het kasteel verkopen en jij bent de eerste aan wie ik het aanbied. Dit moet het kosten, niks afbieden, als jij er belang bij hebt is het van jou en anders verkoop ik het openbaar.”

En jij wilde het hebben?

“Ja, dat vond ik wel fijn.”

Was er niet iemand vermoord in dat kasteel?

“Nee, dat was in het andere huis, hè? Ik heb een tijdelijke villa gekocht omdat het kasteel flink gerenoveerd wordt. Dat heb ik gekocht van de erfgename van Jouara, de ex van de vermoorde zakenman Marcel van Hout. Zij is zes keer opgepakt omdat ze verdacht werd van medeplichtigheid, maar steeds weer vrijgelaten. Maar hoe dat allemaal precies zit, kun je allemaal op internet lezen.”

Het kasteel kostte ruim 5 miljoen, de villa meer dan 4 miljoen…

“Ja, haha. Is een kwestie van afrekenen, hè?”

9 miljoen foetsie.

“Nee da’s nie foetsie, hè? Bewaren is sparen, zeg ik. Onroerend goed is altijd goed. In dat kasteeltje ga ik in 2024 wonen, het staat nu nog in de steigers. En de kapel vind ik het mooiste; daar kan ik ons moeder elke dag herdenken en andere dierbaren. Die villa ga ik dan weer netjes verkopen.”

Waarom koop je een tijdelijk onderkomen van dik 4 miljoen? Voor the time being is een rijtjeshuis toch ook prima?

“Ach, je moet een bietje ruimte hebben, hè? Ge moet elkaar niet in de weg zitten.”

En hoe gaat het met jouw boek, dat je vorig jaar op de markt hebt gebracht?

“Boek gaat goed. Ligt nu weer een beetje stil, er is weer corona geweest, winkels dicht, feestdagen voorbij, moet weer een beetje op gang komen. Maar ik heb veel signeeracties gedaan in boekwinkels, heel veel door Nederland gereisd, dat is goed.”

Heb je wel tijd voor dit soort nevenklussen als je twaalf vakantieparken moet bestieren?

“Ja tuurlijk. De dag heeft 24 uur, hè? Kijk, we hebben twee of drie dagen die boeken gesigneerd, dat begon vaak ’s middags pas, dus had ik de hele morgen. En ik heb mensen om me heen die van alles voor me doen. Ik vind het ook leuk om te doen. Er wordt zowel positief als negatief naar mij gekeken, maar ik merk op zo’n middag alleen maar enthousiasme. Net voor corona in november hebben we een fanweekend georganiseerd; die was in een half uur uitverkocht.”

Mensen zijn dol op jou…

“…of ze vinden mij niks.”

Inderdaad. Ik las ergens dat de helft van tv-kijkend Nederland jou van de buis wil hebben.

“Ja, en dat kan ik niet rijmen met de kijkcijfers. Iedere week zo’n miljoen kijkers, ik sta steeds weer in de top 10.”

Afgunst?

“Ja, dat denk ik. Maar het zijn de kijkers die bepalen of ik op tv blijf komen. Zo’n bericht doet me niks, ik lees het niet eens. Ik krijg op woensdagochtend, nadat ik dinsdagavond op tv ben geweest, altijd berichtjes van Talpa over de kijkcijfers. En dan krijg ik nog een update over de achterafkijkers. Dat is het enige wat ik lees en die berichten zijn altijd goed.”

Maar de roddels sla je over.

“Ja, tuurlijk. Hoge bomen vangen veel wind, dat weet ge zelf ook wel. Ik lig er niet van wakker. Als ik ergens naartoe moet rijden, naar Den Bosch, Maastricht of Rotterdam: mensen springen voor de auto en willen op de foto. Ik had een signeersessie in Klazienaveen, een heel klein plaatsje in Drenthe, daar stonden gewoon 350 man buiten de winkel te wachten toen we aankwamen. Voor zo’n klein dorp zijn dat echt veel fans. In iedere boekwinkel was het tot nu toe hartstikke druk. Dan hebben we toch iets teweeggebracht bij de mensen.”

Ben jij een gevoelige man?

“Ja.”

Waar blijkt dat uit?

“Privé ben ik echt wel emotioneel. Zakelijk ben ik keihard. Dat moet ook wel, anders gaat het me niet ver brengen. Als ik mijn gevoelens zou laten spreken bij een zakelijk geschil, dan verlies ik altijd. Kijk, we hebben gasten op het park die eraf moeten. Als ze het niet kunnen betalen, bijvoorbeeld. Dan moet ik echt mijn gevoel uitschakelen, want in mijn hart zeg ik het liefst: jongens blijf lekker staan. Maar dan ga je het niet redden. Heb ik in het begin weleens gedaan, maar dan word je besodemieterd. Als ge het voor iedereen goed doet, doet ge het niet goed.”

Wanneer heb je voor het laatst gehuild?

“Zondag nog. Dat was met mijn vriendin en mijn ex-vrouw. Beetje een privékwestie. Het ging niet over ons, maar om een ander geval en we moesten alledrie een traan laten van ontroering. Ik heb met mijn ex-vrouw nog steeds een goede band en dat ik samen met Nicole zo’n moment met haar kan delen, vind ik best bijzonder.”

Dat harde, heb je dat van je vader? Hij was niet al te lief voor je, zo staat in je boek.

“Ja, ik denk dat de opvoeding van vroeger hier wel mee te maken heeft. Ik heb het niet al te luxe gehad, thuis. En ergens is daar een kracht aangezet waardoor ik altijd zeg: huppakee, er tegenaan.”

Hij heeft je geslagen, vernederd en mishandeld.

“Jaja, ik heb het niet fijn gehad. Hij was een kutvent, echt een kutvent. Ik was de jongste en had het altijd gedaan. De oudste, die was alles voor hem, ons Gerard. Die moest het ook allemaal gaan doen, het vakantiepark bestieren. Uiteindelijk is dat niet helemaal gelukt. Ik heb mijn moeder weleens horen vertellen dat ik eigenlijk ongewenst was. Ze hadden al twee kinderen en de derde was niet gewenst. Wel door ons moeder, maar niet door ons vader. Daarom is er misschien wel zoveel verkeerd gegaan. Nooit kreeg ik waardering van mijn vader. Toen hij stierf, is mijn moeder gaan leven. Zij had het ook niet makkelijk met hem.”

De nieuwste Panorama ligt nu in de winkel en is hier te bestellen.

Drank?

“Nou, om vijf uur moest zij wel altijd een jonge Bokma voor hem inschenken. En als die om vijf uur niet klaarstond, had ons moeder een probleem. Of hij haar ook sloeg? Dat heb ik niet gezien, maar ik denk het wel. Ze was een schat van een vrouw.”

Maar jou dus wel?

“Dat sowieso.”

Benieuwd naar de rest van het artikel? Lees het in de nieuwste Panorama of bekijk het op Blendle.

Entertainment
  • Ivo van der Bent